Nauwelijks chemische bestrijdingsmiddelen, toch mooie chrysanten
De sierteeltsector stond vroeger bekend om het gebruik van grote hoeveelheden chemische bestrijdingsmiddelen. Tegenwoordig werken de meeste kwekers biologisch, zoals chrysantenkwekerij Diamond Flowers. Directeur Koen Kreling laat zien dat je mooie bloemen kunt kweken met nauwelijks chemische bestrijdingsmiddelen.
Kreling: "5 jaar geleden was bij ons de verhouding tussen biologische en chemische bestrijdingsmiddelen nog 50/50. Nu is dat zeker 90/10."
Hulp van de bloemenwants en de roofmijt
Kreling vertelt: "Binnen de kas zetten we verschillende biologische bestrijders in tegen schadelijke insecten als de trips en de spintmijt. De Orius, een bepaald soort bloemenwants, eet trips. Roofmijten pakken spint aan. De laatste tijd werken we ook met feromoonvallen tegen vlinders en motten, waarmee we rupsen voorkomen." De feromoonvallen trekken mannetjes aan met een lokstof, zodat die geen vrouwtjes meer kunnen bevruchten.
Steeds vaker biologische bestrijders
Biologische bestrijding heeft een hoge vlucht genomen. "10 jaar geleden kwamen de 1e biologische bestrijders in de kas. In de jaren daarna leerden we steeds beter welke beestjes we uit moeten zetten."
De laatste 5 jaar zijn op dit gebied grote stappen gezet in Nederland. Kreling vertelt: "5 jaar geleden was bij ons de verhouding tussen biologische en chemische bestrijdingsmiddelen nog 50/50. Nu is dat zeker 90/10. We gebruiken chemische bestrijdingsmiddelen als correctiemiddel wanneer het gewas aan het einde van de teelt niet schoon is."
Onderzoeken en experimenten
De groenstrook buiten de kas van Diamond Flowers trekt insecten aan die Kreling buiten de kas wil houden.
Kreling vindt het positief dat RVO onderzoek naar biodiversiteit (mee)financiert. Een voorbeeld is het onderzoek dat de Wageningen University & Research (WUR) uitvoert op de grond van Diamond Flowers.
"Buiten de kas doen we experimenten. We leggen een groenstrook aan met bloemen, bomen en struiken. De flora trekt insecten aan die we buiten de kas willen houden. De universiteit onderzoekt wat die bloemen, planten en struiken doen. Hoe reageren beestjes daarop?" Volgens Kreling levert het onderzoek nuttige inzichten op voor de glastuinbouwsector.
De consument bepaalt
Volledig biologisch werken kan volgens Kreling als consumenten bereid zijn (beperkte) schade aan bloemen te accepteren. Denk aan een bloem waar een gaatje in zit, omdat een rups eraan heeft geknaagd. "Dat zie je in de natuur ook, maar mensen willen dat bloemen er strak en netjes uitzien." Kan het toch nog biologischer? "Ik denk dat het mogelijk is."
Meer weten?
Wilt u ook meer biodiversiteit in en om uw glastuinbouwbedrijf? En wilt u weten wat wij voor uw bedrijf kunnen betekenen? Lees meer op Meer natuur in de landbouw.
- Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
