Investeren in bewezen innovaties voor stallen
Heeft u in 2020 of 2021 subsidie gekregen voor investeringen in bewezen innovatieve staltechnieken? Ontdek voor welke technieken en kosten u subsidie krijgt. Bekijk ook wat u verder nog regelt voor uw investering.
Over deze subsidie
Deze subsidie is ook bekend als de investeringsmodule van de regeling Subsidiemodules brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen (Sbv). Er waren 2 aanvraagperiodes (openstellingen):
- 1 juli 2020 tot en met 31 augustus 2020
- 19 april 2021 tot en met 31 mei 2021
Voor welke kosten krijgt u subsidie?
U krijgt subsidie voor één of meer van de volgende staltechnieken:
| Sector | Staltechniek | BWL-nummer | Vermindering fijnstof volgens de Rav |
|---|---|---|---|
| Vleeskuikens, leghennen en kalkoenen | Positieve ionisatie met koolstofborsteltjes | BWL 2020.03 | 31% |
| Vleeskuikens | Ionisatiesysteem met negatieve coronadraden | BWL 2009.18 | 49% |
| Vleeskuikens | Negatieve ionisatie met coronadraden, met 40 emitters per meter (prikkeldraad) | BWL 2020.04 | 52% |
| Vleeskuikens | Positieve ionisatie met ionisatie-units met ingebouwde coronadraden en collectoroppervlak | BWL 2020.05 | 16% |
| Leghennen | Strooiselschuif bij volièrehuisvesting | BWL 2017.02 | 20% |
* Het BWL-nummer staat in de lijst van de Regeling ammoniak en veehouderij (Rav). Per 1 januari 2024 zijn de BWL-nummers veranderd naar OW-nummers. Deze zijn nu onderdeel van de Omgevingsregeling in plaats van de Rav. Omnummeren doet u door BWL te vervangen door OW.
Kosten waarvoor u geen subsidie krijgt
U krijgt geen subsidie voor:
- kosten om u te houden aan wettelijke verplichtingen, zoals het Besluit emissiearme huisvesting veehouderij
- verwijderingsbijdrage
- verwijderingskosten oude installaties
- kosten voor demontage, verwerken en afvoeren van oude installaties
- kosten voor verwijdering van oude verlichting
Voorwaarden
- U heeft een pluimveehouderij.
- U zorgt dat er minimaal 45% minder fijnstof uit de stal komt. Dit resultaat haalt u met de nieuwe en mogelijk eerder geïnstalleerde technieken.
- U rondt uw project af binnen 3 jaar na de beslissing op uw subsidieaanvraag.
- Uw subsidie is minimaal € 4.000.
- U investeert niet in tweedehands technieken.
- Moet u een milieueffectbeoordeling laten uitvoeren? Stuur dan een kopie van de beoordeling of vergunning naar ons toe. Dit doet u binnen een jaar na de beslissing op uw aanvraag. Hebben wij de beoordeling of vergunning binnen? Dan krijgt u hier een bevestiging van. Hierna start u met uw project.
Vermindering fijnstof berekenen
U kunt zelf berekenen of er 45% minder fijnstof uit uw nieuwe of aangepaste stal komt. Op de website van Infomil vindt u het Rekenmodel Vee-combistof V2.
Voorwaarden aanzetten staltechnieken
Heeft u bestaande staltechnieken uitgezet? Na deskundige installatie van de nieuwe innovatieve staltechniek mag u deze technieken weer aanzetten:
- ionisatiesysteem met negatieve coronadraden
- negatieve ionisatie met coronadraden, met 40 emitters per meter (prikkeldraad)
- positieve ionisatie met ionisatie-units met ingebouwde coronadraden en collectoroppervlak
Ook moet u werken volgens een aantal voorwaarden. Er is dan geen verhoogd risico meer op stalbrand. Uw staltechniek:
- is volgens de regels van de fabrikant geïnstalleerd en mag geen afwijkingen hebben;
- is door opgeleide mensen geïnstalleerd;
- heeft een ingebouwde vlamboogdetectie. Of bestaat uit een combinatie die de leverancier heeft goedgekeurd;
- heeft een minimale veilige afstand tussen het systeem (inclusief kabels) en brandbare oppervlakten (bijvoorbeeld het isolatiemateriaal). Voor de systemen BWL 2020.04 en BWL 2020.05 geldt een minimale afstand van 40 centimeter. Voor het systeem BWL 2009.18 adviseren wij om contact op te nemen met de leverancier voor de veilige afstand;
- wordt schoongemaakt volgens de specificatie en zo vaak als de leverancier adviseert;
- met negatieve ionisatie met coronadraden met 40 emitters per meter (BWL 2020.04) moet u eerst helemaal schoonmaken. Pas dan mag u het weer aanzetten. Zo voorkomt u storingen.
Uw omgevingsvergunning
Als u zich aan deze voorwaarden voor het aanzetten van staltechnieken houdt, voldoet u weer aan de eisen van uw omgevingsvergunning. Hierop gaat de omgevingsdienst dan ook weer handhaven.
Na uw aanvraag
U heeft van ons een brief ontvangen met de beslissing dat u deze subsidie krijgt. Daarna gaat het zo verder:
Voorschotten
U krijgt de subsidie uitbetaald in voorschotten. Op Voorschot tijdens uitvoering subsidieproject leest u wanneer wij het geld naar u overmaken. Ook in uw beslisbrief leest u hierover.
Voortgang doorgeven
Duurt het langer dan 12 maanden voordat uw project af is? Geef dan de voortgang van uw project aan ons door in een voortgangsrapportage. In uw beslisbrief leest u wanneer u dit moet doen.
Wijziging doorgeven
Verandert er iets in uw project? Geef dit op tijd aan ons door. Voor sommige aanpassingen moet u vooraf om toestemming vragen. Zo voorkomt u dat u minder of geen subsidie krijgt.
Vaststelling aanvragen
Bent u klaar met uw investeringsproject? Vraag binnen 13 weken vaststelling van uw subsidie aan. Dit doet u voor elk project. Ook als het bedrag lager is dan € 25.000. Wij bepalen na uw aanvraag uw definitieve subsidie. Voor uw aanvraag logt u in met eHerkenning. U heeft minimaal niveau 2+ met machtiging RVO-diensten op niveau eH2+ nodig.
Bij uw vaststellingsaanvraag stuurt u deze gegevens mee:
- factuur en betaalbewijs voor elke investering
- bewijs dat u de investeringen in gebruikt. Dit kan een rapport of verklaring van een keuring voor ingebruikneming zijn. U kunt ook een foto meesturen.
- eindverslag. Gebruik hiervoor dit format:
Voor uw aanvraag logt u in met eHerkenning. U heeft minimaal niveau 2+ met machtiging RVO-diensten op niveau eH2+ nodig.
Wetten en regels
U vindt de officiële wettekst van deze subsidieregeling in de Staatscourant:
U vindt de algemene regels van een subsidieaanvraag op Subsidiespelregels ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur [interne link].
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
