Duurzame biobrandstoffen in uw bedrijf
Levert u duurzame biobrandstoffen aan de Nederlandse markt. En wilt u deze mee laten tellen voor de Jaarverplichting Hernieuwbare Energie Vervoer en het behalen van de Europese transportdoelen? Dan moeten deze biobrandstoffen voldoen aan de Europese duurzaamheidscriteria. U leest op deze pagina welke verplichtingen en regelgeving daarbij komen kijken en waar u verder rekening mee moet houden.

Biobrandstoffen ook wel vloeibare biomassa voor transport zijn van duurzame biogrondstoffen zoals afval of plantaardig materiaal. Ze zijn een alternatief voor fossiele brandstoffen, zoals benzine en diesel. Biobrandstoffen worden veelal gebruikt in voertuigen.
Jaarverplichting en de REV
De Jaarverplichting Hernieuwbare Energie Vervoer verplicht bedrijven die in Nederland brandstof leveren aan vervoer, om een deel van die brandstof uit hernieuwbare energie te laten bestaan. Dit geldt voor benzine en diesel voor weg- en spoorvervoer, landbouwtrekkers en pleziervaart.
De geleverde hernieuwbare energie (duurzame biobrandstoffen, hernieuwbare elektriciteit, hernieuwbare waterstof of hernieuwbare synthetische brandstoffen) registreert u bij de NEa in het Register Energie Vervoer. De biobrandstoffen die u daarbij gebruikt moeten voldoen aan de Europese duurzaamheidscriteria.
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) is verantwoordelijk voor deze Jaarverplichting. De Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) voert de regelgeving uit en handhaaft de naleving.
Hoe voldoet u aan de duurzaamheidseisen?
In Nederland moet de gehele productie- en handelsketen van duurzame biobrandstoffen gecertificeerd zijn via duurzaamheidssystemen. Dat begint al bij de inzameling van de grondstof (verzameling van de afvalstromen of teelt van gewassen) en eindigt bij de bedrijven die de biobrandstoffen leveren aan de Nederlandse transportmarkt.
Er zijn meerdere duurzaamheidssystemen waarmee bedrijven zich kunnen certificeren. Deze zijn te vinden op de webpagina van de Europese Commissie.
Boekt u biobrandstoffen in, in het register van de NEa? Dan toont u via de Jaarverplichting met duurzaamheidscertificaten aan dat deze brandstoffen aan de Europese duurzaamheidcriteria voldoen. Daarvoor moet de gehele keten van de biobrandstof door een Europees erkend duurzaamheidssysteem zijn gecertificeerd.
In het REV staan de duurzaamheidskenmerken van de ingeboekte biobrandstoffen. Meer informatie over de methode van aantonen vindt u op Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) en in de jaarlijkse NEa-rapportages.
Kenmerken van duurzame biobrandstof
Het duurzaamheidssysteem moet onder andere de vermindering van broeikasgasuitstoot waarborgen. Bijvoorbeeld de gemeten CO2-reductie over de gehele keten van productie, van grondstof tot eindgebruik. Deze moet ten opzichte van die van fossiele brandstoffen ten minste 65% voor productieinstallaties die vanaf 1 januari 2021 in productie zijn. Voor oudere installaties gelden lager percentages.
Naast de eisen voor vermindering van de broeikasgasuitstoot moeten biobrandstoffen en vloeibare biomassa ook aan enkele andere duurzaamheidseisen voldoen:
- De biomassa mag niet afkomstig zijn van land met een hoge biodiversiteitswaarde. Zoals oerbos, beschermde natuurgebieden en graslanden met een grote biodiversiteit.
- De biomassa mag niet zijn geproduceerd op land met hoge koolstofvoorraden. Dit zijn waterrijke gebieden en permanent beboste gebieden. Dit geldt ook voor veengebied, behalve als is aangetoond dat de biomassaproductie niet leidt tot ontwatering van een eerder niet-ontwaterde bodem. Hiervoor is de status van gronden in januari 2008 bepalend.
Berekenen van broeikasgasemissies
De berekeningsmethode voor broeikasgasemissies staat opgenomen in bijlage V (vloeibare biomassa) en VI (gasvormige en vaste biomassa) van de Richtlijn hernieuwbare Energie via Europese richtllijn Hernieuwbare Energie (RED) (Directive 2009/28/EC)
Meer informatie over de berekening van de broeikasgasemissie vindt u op de webpagina Broeikasgasemissies berekenen.
Vragen over duurzame biobrandstoffen?
- Ministerie van Klimaat en Groene Groei
- Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat