Energie van eigen bodem

Laatst gecontroleerd op:
4 december 2025

Door in ons eigen land steeds meer energie op te wekken, maken we onze energievoorziening betrouwbaarder, duurzamer en minder afhankelijk van internationale ontwikkelingen. Ons nieuwe energiesysteem bestaat uit een mix van bronnen en bijbehorende infrastructuur zodat we altijd en overal over voldoende, schone energie kunnen beschikken.

Duurzame energiebronnen richting 2050

  • Windparken op zee: Windenergie op zee levert via grote windparken op zee een aanzienlijk deel van het jaar elektriciteit. Daarmee is het een onmisbaar onderdeel van onze energiemix en wordt het verreweg de grootste bron van duurzame energie in Nederland.
  • Kernenergie: We gaan veel energie uit zon en wind halen. Maar de zon schijnt niet altijd en het is soms windstil. Kernenergie vult als weersonafhankelijke techniek aan om in de toenemende energiebehoefte te voorzien.
  • Waterstof: We gaan gebruik maken van waterstof, steeds meer geproduceerd met duurzame elektriciteit, met name voor onze industrie.
  • Lokale opwek via wind en zon: We zijn al kampioen zonnepanelen in Nederland. In de toekomst halen we steeds meer energie uit wind en zon op land, vaak lokaal opgewekt.
  • Biogrondstoffen en groen gas: Biogrondstoffen zullen in de toekomst steeds meer de rol van aardgas overnemen. Voor de middellange termijn levert LNG hieraan ook een bijdrage.
  • Warmte: We maken steeds meer gebruik van duurzame bronnen voor onze warmte, zoals geothermie.

Infrastructuur voor een toekomstig energiesysteem

  • Netten op Zee: Energie die op zee wordt opgewekt, moet naar het vasteland worden getransporteerd. Dit gebeurt via platforms op zee en kabels over de zeebodem.
  • Uitbreidingen en verzwaringen van het elektriciteitsnet: We breiden het elektriciteitsnet uit, zodat alle beschikbare duurzame elektriciteit het net op kan. Hierbij gaat het om het verzwaren van bestaande verbindingen, het uitbreiden van hoogspanningsstations of het aanleggen van nieuwe hoogspanningsverbindingen en -stations.
  • Buis- en pijpleidingen: Extra buis- en pijpleidingen zijn nodig voor waterstof en warmte. Ook leggen we extra pijpleidingen aan richting de Noordzee om tijdens de transitie CO₂ af te vangen en op te slaan.
  • Batterijen en opslagfaciliteiten: Deze kunnen worden ingezet om opgewekte energie op te vangen als het niet direct wordt gebruikt. Daarom worden batterijen voor elektriciteit en opslagfaciliteiten voor onder andere waterstof een belangrijk onderdeel van de nieuwe infrastructuur.

De opgave tot en met 2050 in cijfers:

  • 1 op de 3 straten wordt opengebroken onder meer om kabels voor groene elektriciteit te leggen.
  • Er komen meer dan 670 hoogspanningsstations en 50.000 nieuwe wijkstations (‘elektriciteitshuisjes’) bij.
  • Er wordt meer dan 100.000 km aan kabels gelegd (dat is 2,5 keer de aarde rond).
  • Het landelijke waterstofnetwerk bestaat straks uit 1.200 km leidingen die waterstof door heel het land kan transporteren.
  • In totaal is de ruimte vraag voor nieuwe energie-infrastructuur zo’n 11.000 voetbalvelden.
  • Netbeheerders investeren dit jaar gezamenlijk vijf miljard euro in de energienetten, en vanaf 2025 jaarlijks zelfs acht miljard euro.
In opdracht van:
  • Ministerie van Klimaat en Groene Groei
Bent u tevreden over deze pagina?