Hoe beschermt u de natuur bij een windturbine?
Bent u betrokken bij een (ontwikkel)plan voor een windturbine of windpark? Voor de aanleg moet u rekening houden met het natuurbeleid. De bouw en exploitatie van windturbines kunnen gevolgen hebben voor beschermde planten, dieren en natuurgebieden. Lees op deze pagina welke regels er zijn.
Hoe beschermt u dieren tegen windturbines?
In de Omgevingswet staat de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn. Deze wet beschermt bijna 1.000 soorten vogels en andere dieren. Hierin staat dat het verboden is om vogels te verstoren of te doden. Ook mag u hun nest, rustplek of eieren niet verstoren.
Bij windprojecten is er een risico op verstoring of doding. Het is daarom belangrijk dat u als initiatiefnemer een milieueffectrapportage maakt, met aandacht voor vogel- en vleermuissoorten. Blijkt uit dit onderzoek dat dit bij meer dan een paar dieren kan gebeuren? Dan heeft u een speciale vergunning nodig: de Omgevingsvergunning flora- en fauna-activiteit. U vraagt deze aan bij de provincie.
Vogels
Windturbines zorgen voor een klein deel van de vogelslachtoffers dat door mensen wordt veroorzaakt. Windturbines kunnen vogels op 3 manieren schaden:
- Aanvaring: vogels kunnen zich doodvliegen tegen de wieken of tegen de mast;
- Barrièrewerking: vogels moeten om de windturbines heen vliegen tijdens de trek of op weg naar hun leefgebied;
- Verstoring: vogels gaan windturbines en hun omgeving uit de weg. Die gebieden zijn dan ongeschikt als voedsel-, rust- of broedgebied.
Om te weten wat het effect is van windturbines op vogels, moet u veldonderzoek laten doen. Daarbij onderzoekt u welke vogels er zijn en hoe ze het gebied gebruiken. Ook maakt u een inschatting hoeveel vogels tegen de turbine kunnen vliegen. Dit onderzoek gebeurt meestal in het voor- en najaar.
Vleermuizen
Windturbines kunnen ook nadelig zijn voor vleermuizen. De plek waar de turbine staat, is belangrijk voor de vleermuizen die daar leven. Vleermuizen zijn kwetsbaarder dan vogels. Ze komen in kleinere aantallen voor en krijgen minder jongen.
De meeste vleermuisslachtoffers vallen in de nazomer en herfst. Dit is de tijd dat veel vleermuizen op reis zijn of gebieden gebruiken die belangrijk voor ze zijn.
Als een windturbine of windpark invloed kan hebben op vleermuizen, gebruiken we het vleermuisprotocol. Dit is een stappenplan om te kijken hoe belangrijk een gebied is voor vleermuizen. Als u dit protocol volgt, laat u zien dat u alles doet om vleermuizen te beschermen.
Hoe beschermen we natuurgebieden tegen windturbines?
Sommige natuurgebieden in Nederland zijn extra goed beschermd. Denk aan Natura 2000-gebieden en het Natuurnetwerk Nederland. Wilt u een windturbine bouwen in of bij zo’n gebied? Voor activiteiten of projecten die schadelijk zijn voor de beschermde natuur, moet u een vergunning aanvragen. Dit geeft de zekerheid dat we goed nadenken over projecten die gevolgen (kunnen) hebben voor natuurgebieden.
Natura 2000
Ligt uw windpark of windturbine in of bij een Natura 2000-gebied? Dan moet u altijd onderzoeken of het schadelijk is voor de natuur. Kunt u aantonen dat de windturbines geen belangrijke schade veroorzaken op de planten- en diersoorten of de leefomgeving in het Natura 2000-gebied? Dan kunt u de windturbines in of nabij dit gebied (laten) plaatsen.
Is er wél schade voor het gebied? Dan mag het alleen als er sprake is van groot openbaar belang en als er geen andere oplossingen zijn.
Lees meer over deze uitzondering in de richtlijn van de Europese Commissie
Natuurnetwerk Nederland
Het Natuurnetwerk Nederland (NNN) ligt ook vast in de Omgevingswet. De regels voor deze bescherming lijken op die voor Natura 2000-gebieden. Als een windpark of windturbine(s) een nadelig effect hebben op een gebied, dan mag u geen turbines (laten) plaatsen. Er is één uitzondering. Windturbines mogen toch als u voldoet aan de zogenaamde ADC-toets. U moet aan alle 3 voorwaarden voldoen:
- U heeft onderzocht of er echt geen andere plek is voor het windpark of de windturbine(s).
- Er is een dwingende reden van openbaar belang voor het windpark of de windturbine(s).
- U neemt compenserende maatregelen om de schade aan de natuur te herstellen.
Stiltegebieden
Stiltegebieden zijn plekken op het platteland waar het nog echt stil is. De provincie wijst deze gebieden aan om de natuurlijke stilte te beschermen. Dat is goed voor mensen én voor dieren. In stiltegebieden gelden daarom regels die geluid beperken.
In de omgevingsverordening staan de stiltegebieden en de bijbehorende regels. Gemeenten moeten deze regels opnemen in hun omgevingsplan. Meestal geldt er een geluidsgrens. U moet windturbines ver genoeg van een stiltegebied plaatsen, zodat het daar nog steeds stil blijft.
Weidevogelgebieden
Weidevogelgebieden zijn broedplekken voor vogels, zoals de grutto en de kievit. De provincie heeft deze gebieden opgenomen in de omgevingsverordening. De regels zorgen ervoor dat de vogels er kunnen blijven broeden.
Meestal mag u geen windturbines plaatsen in weidevogelgebieden. Ook in de buurt kan een turbine een risico zijn. Daarom moet u voldoende afstand houden. Soms is het toch mogelijk om een windturbine te plaatsen, als u de natuur op een andere plek goed compenseert.
Ganzenrustgebieden
Ganzenrustgebieden zijn bedoeld voor beschermde ganzensoorten, zoals de grauwe gans, kolgans en brandgans. Deze gebieden zijn belangrijk in de winter. Ganzen kunnen er veilig rusten en voedsel zoeken.
De provincie heeft deze gebieden opgenomen in de omgevingsverordening. Windturbines mogen meestal niet in of direct naast ganzenrustgebieden komen. De afstand moet groot genoeg zijn om verstoring te voorkomen. In sommige gevallen mag het wel, als u het verlies van natuur op een andere plek compenseert.
Welke wetten en regels beschermen de natuur?
De Wet natuurbescherming (Wnb) ging op 1 januari 2024 op in de Omgevingswet. Deze wet beschermt planten- en diersoorten en natuurgebieden. Naast deze wet wordt de natuur in Nederland beschermd door:
- Natuurnetwerk Nederland (NNN): het Nederlandse netwerk van bestaande en nieuw aan te leggen natuurgebieden. Het netwerk verbindt natuurgebieden beter met elkaar en met het omringende agrarisch gebied.
- Provinciale regels: sommige gebieden vallen onder deze regels, zoals ganzenrustgebieden of weidevogelgebieden.
Provincies stellen het natuurbeleid vast. Zij zijn verantwoordelijk voor het afgeven van vergunningen en ontheffingen (vrijstellingen) voor windparken of windturbines in natuurgebieden.
Vragen over windenergie op land?
- Ministerie van Klimaat en Groene Groei