Projectprocedure rijksenergieprojecten

Gepubliceerd op:
11 december 2023
Laatst gecontroleerd op:
31 januari 2024

De Rijksoverheid coördineert de besluitvorming van energieprojecten met een nationaal belang. De minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) is hiervoor verantwoordelijk. Vanaf 1 januari 2024 is de Omgevingswet van kracht. Energieprojecten onder rijkscoördinatie vallen onder de Omgevingswet. Daarom doorlopen de projecten nu de projectprocedure (voorheen rijkscoördinatieregeling-procedure). 

Rijksgecoördineerde energieprojecten

De volgende energieprojecten volgen automatisch de projectprocedure:

  • Energiecentrales met een capaciteit van ten minste 500 MW
  • Windparken met een capaciteit van ten minste 100 MW
  • Overige duurzame energiecentrales met een capaciteit van ten minste 50 MW
  • Uitbreidingen van het landelijk hoogspanningsnet op een spanningsniveau van 220 kV of hoger
  • Mijnbouwwerken voor opslag van stoffen en daarbij behorende pijpleidingen
  • Uitbreiding van het landelijk gastransportnet. Maar alleen met een druk van ten minste 40 bar en een diameter van ten minste 45,7 centimeter
  • Aanleg of uitbreiding van LNG-installaties met een capaciteit ten minste 4 miljard m3

De minister kan naast deze projecten ook andere projecten aanwijzen als van nationaal belang. Deze projecten volgen dan ook de projectprocedure.

Een deel van deze projecten valt daarnaast ook onder het Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (MIEK). In dit programma staan energieprojecten die een belangrijke basis vormen voor de energie-infrastructuur op de lange termijn. Meer informatie over het MIEK vindt u op de website van de Rijksoverheid: Grote energieprojecten voor duurzame energie.

Coördinatie onder de Omgevingswet: projectprocedure

Per 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. Rijksenergieprojecten doorlopen onder deze wet de projectprocedure. De projectprocedure bestaat uit 2 fasen: de verkenningsfase en de planuitwerkingsfase. 

Inspraakmomenten

De mogelijkheid voor inspraak in de procedure is afhankelijk het project. Het ministerie heeft 3 opties uitgewerkt om invulling te geven aan de projectprocedure. Per project wordt bepaald welke optie het beste past. De opties zijn:

Hoe kunt u reageren?

Wilt u weten voor welke projecten op dit moment inspraak of beroep mogelijk is? Kijk dan in het overzicht op de pagina: Nu ter inzage. Door op het betreffende project te klikken leest u meer over het indienen van een zienswijze of het instellen van beroep.

Taken van betrokken partijen

Het Rijk neemt bij een project dat onder rijkscoördinatie de projectprocedure valt zelf het ruimtelijk besluit. Ook zal het rijk de vergunningen die nodig zijn om het projectbesluit uit te voeren coördineren. Veel taken blijven bij rijkscoördinatie hetzelfde:

  • De initiatiefnemer zorgt voor een goede voorbereiding van het project. Hij zorgt voor het aanvragen van alle benodigde vergunningen en ontheffingen.
  • De vergunningen en ontheffingen (‘uitvoeringsbesluiten’) blijven de taak van de betreffende overheden. De gemeenten besluiten bijvoorbeeld zelf over de aangevraagde omgevingsvergunningen waarvoor zij verantwoordelijk zijn.

Bij problemen met een uitvoeringsbesluit kan de minister zelf, na overleg met een andere minister, een besluit nemen. Deze andere minister heeft meer inhoudelijke kennis van het onderwerp. Dit gebeurt alleen in enkele gevallen.

Aanvraagformulier initiatiefnemers

De initiatiefnemer maakt zijn plannen voor een bepaald energieproject vroegtijdig bekend aan de minister van EZK. In de wet ligt vast welke projecten automatisch de projectprocedure moeten doorlopen. Het bekendmaken van de plannen voor een energieproject gebeurt via een aanvraag. Voor de aanvraag maakt de initiatiefnemer gebruik van een standaard aanvraagformulier.

Contact Bureau Energieprojecten

Bel 070 379 89 79
bureauenergieprojecten@minezk.nl

Bent u tevreden over deze pagina?