Herziene EED-richtlijn
De EED-auditplicht is een verplichting vanuit de Europese Energie-Efficiency Richtlijn (EED). Op 11 oktober 2023 trad de herziene Europese EED-richtlijn in werking. Deze herziening is nodig om de Europese klimaatdoelen te halen. Nederland moet de bepalingen van de herziene richtlijn omzetten in nationale wetgeving. De verwachting is dat vanaf halverwege 2026 de Nederlandse wetgeving geldt. Tot die tijd geldt de huidige EED-(audit)plicht.
Let op: alle informatie op deze pagina is onder voorbehoud van de publicatie van de definitieve regelgeving.
Belangrijkste veranderingen
De belangrijkste veranderingen gaan over de voorwaarden. De huidige EED-plicht geldt voor ondernemingen met 250 of meer werknemers, en/of een jaaromzet van meer dan € 50 miljoen én een jaarlijks balanstotaal van meer dan € 43 miljoen.
In de herziene EED-plicht gaat het daar niet meer om. Het energiegebruik van de onderneming bepaalt dan of die onder de EED-plicht valt.
De herziene EED-plicht maakt een onderverdeling in:
- ondernemingen die een energiebeheersysteem (EBS-plicht) moeten invoeren, en;
- ondernemingen die een energie-audit moeten uitvoeren (EED-auditplicht).
De herziene EED-plicht is vastgelegd in artikel 11 van de EU-Richtlijn en komt te staan in artikel 18 van de Wet uitvoering EU-handelingen energie-efficiëntie.
Waarom de EED-plicht?
De EED-plicht maakt ondernemingen bewust van hun energiegebruik. Maar ook van de mogelijkheden om te verduurzamen en energie te besparen. Met de energie-audit krijgt u een gedetailleerd overzicht van alle energiestromen binnen uw onderneming. Ook geeft de audit inzicht in de mogelijke bespaarmaatregelen en het effect daarvan. Het gaat hier om het energiegebruik van gebouwen, installaties, industriële processen en het zakelijk vervoer.
Beschrijving van een (concern)onderneming
Tot een onderneming (het concern) rekent de richtlijn de moederonderneming en alle verbonden onderneminger. Hierin herkennen we 2 ondernemingsvormen:
- zelfstandige onderneming: deze onderneming is volledig onafhankelijk of heeft alleen minderheidsbelangen in andere ondernemingen (elk minder dan 25 %).
- verbonden onderneming: de onderneming bezit meer dan 50% van andere ondernemingen. Alle gegevens van alle verbonden ondernemingen tellen we bijelkaar op. Een voorbeeld van een verbonden onderneming is een (100%) dochteronderneming.
Moederonderneming A houdt alle aandelen in dochterondernemingen B, C, D en E. Dit zijn 'verbonden ondernemingen’. Onderneming A heeft namelijk de meerderheid van de stemrechten in de ondernemingen B tot en met E. In dit voorbeeld zijn ook de ondernemingen B, C, D en E met elkaar verbonden.
Een geconsolideerde jaarrekening is een aanduiding dat er een relatie is. Ontbreekt deze jaarrekening? Maar als deze jaarrekening ontbreekt, betekent dat niet automatisch dat er geen relatie is. Bij een ontbrekende jaarrekening is het ook mogelijk dat het energiegebruik van verbonden ondernemingen toch moet worden meegeteld bij de EED-auditplicht.
Bestaat een onderneming uit een moederbedrijf met een zeer groot aantal dochterondernemingen (zie afbeelding) én geeft die een groot aantal franchises uit aan franchiseondernemingen? Dan bepaalt het energiegebruik van het moederbedrijf inclusief de dochterondernemingen of er sprake is van EED-auditplicht. De franchises tellen dan niet mee. Een individuele franchiseonderneming is alleen EED-auditplichtig als deze op zichzelf aan de eisen van het energiegebruik voldoet.

Het energiegebruik van uw onderneming berekenen
Het gemiddelde jaarlijkse energiegebruik over de afgelopen 3 jaar, alle energiedragers samengenomen, bepaalt de EED-plicht. Dit betekent dat u het energiegebruik van alle vestigingen/activiteiten binnen uw onderneming, inclusief verbonden ondernemingen, bij elkaar moet optellen. Dit gaat over bijvoorbeeld:
- ingekochte elektriciteit en zelf opgewekte (hernieuwbare) elektriciteit min mogelijk doorgeleverde- of teruggeleverde elektriciteit
- ingekocht gas (aardgas, LNG, propaan, butaan, groen gas, etc,)
- ingekochte warmte
- ingekochte energie van buurbedrijven
- zelf geproduceerde energie, bijvoorbeeld groen gas
- brandstof voor zakelijk vervoer in eigen beheer
- brandstof voor gebouw- of procesverwarming
Organisaties/instellingen met publieke taken en economische activiteiten
Voert uw organisatie publieke taken uit? En ook economische activiteiten (bijvoorbeeld: overheidsinstanties, universiteiten)? Dan geldt voor de richtlijn het energiegebruik dat alleen is toe te schrijven aan de economische activiteiten.
Voorkom al te veel werk met deze stappen:
- Bekijk eerst het energiegebruik van het laatste kalenderjaar.
- Gebruik onze rekentool voor het omrekenen van alle energiestromen in de juiste eenheid (TJ).
- Komt u ruimt boven de grenswaarden 10 TJ uit? De kans is dan groot dat uw onderneming EED-plichtig is.
Valt uw onderneming onder de Energiebeheersysteem (EBS)-plicht?
Heeft u een onderneming met over de afgelopen 3 jaar een gemiddeld jaarlijks energiegebruik, alle energiedragers samengenomen, van meer dan 85TJ? Dan geldt voor uw onderneming de EBS-plicht. Dit betekent dat u verplicht ben een EBS in te voeren (bijvoorbeeld ISO 50.001). U moet voor uw onderneming het bewijs van het EBS en de lijst met kosteneffectieve maatregelen indienen.
Vrijstellingen van de EBS-plicht
Mogelijk is uw onderneming vrijgesteld van de EBS-plicht. Dat is het geval als uw onderneming een energieprestatiecontract (EPC) uitvoert. Voorwaarde is wel dat het EPC betrekking heeft op de nodige elementen van het energiebeheersysteem en dat het contract voldoet aan de eisen zoals die staan beschreven in de bijlage XV van de herziene EED richtlijn.
Een milieubeheersysteem dat een energie-audit omvat, biedt mogelijk ook een vrijstelling voor de EBS-plicht. Een onderzoek naar welk milieubeheersysteem in Nederland hieraan voldoet, is nog aan de gang.
Wanneer benodigde gegevens indienen?
Bent u onder de gewijzigde richtlijn EBS-plichtig? Dan heeft u tot 11 oktober 2027 de tijd om het bewijs te overleggen dat uw onderneming een EBS toepast of een EPC uitvoert. U voegt ook een lijst met kosteneffectieve maatregelen toe.
Valt uw onderneming onder de EED-auditplicht?
Heeft u een onderneming met over de afgelopen 3 jaar een gemiddeld jaarlijks energiegebruik, alle energiedragers samengenomen, van meer dan 10TJ? Maar niet meer dan 85 TJ? Dan geldt voor uw onderneming de EED-auditplicht. Dit betekent dat u verplicht bent voor uw onderneming een energie-audit uit te voeren en daarvan een rapport in te dienen. Ook bent u verplicht om een actieplan te maken met daarin adviezen uit de energie-audit. Jaarlijks moet u de voortgangsrapportage van de acties uit het actieplan opstellen en publiceren.
Vrijstellingen of alternatieve invulling van de EED-auditplicht
Sommige ondernemingen hoeven geen EED energie-auditrapport in te dienen. Zij hebben een vrijstelling of geven op een andere manier invulling aan de EED-auditplicht. Het gaat om:
- ondernemingen die een Europees of internationaal gecertificeerd energiebeheersysteem (EBS) gebruiken (bijvoorbeeld ISO 50.001). Deze ondernemingen voeren al een energie-audit uit;
- ondernemingen die een energieprestatiecontract (EPC) uitvoeren. Voorwaarde is wel dat het EPC gaat over de nodige onderdelen van het EBS. Maar ook dat het contract voldoet aan de eisen zoals die staan beschreven in de bijlage XV van de herziene EED richtlijn;
- ondernemingen met een keurmerk dat het ministerie van Klimaat en Groene Groei (KGG) heeft erkend. Het keurmerk geeft invulling aan de EED-auditplicht voor de vestigingen van de onderneming waar het keurmerk betrekking op heeft.
Ook een milieubeheersysteem dat een energie-audit omvat, geeft mogelijk vrijstelling voor de EED-auditplicht. Een onderzoek naar welk milieubeheersysteem in Nederland hieraan voldoet, is nog aan de gang.
U bent verplicht om aan te tonen dat één van deze punten voor u geldt. Dus u dient bij RVO een bewijs van een EBS-toepassing in, of een keurmerk, of een EPC. Daarbij voegt u ook een lijst met kosteneffectieve maatregelen toe. De lijst met erkende keurmerken is binnenkort beschikbaar.
Hoe voldoet u aan de EED-auditplicht?
Een energie-auditrapport stelt u per vestiging op. U voegt daarbij een samenvatting op concernniveau toe. Het onderdeel vervoer mag u op concernniveau in het rapport opnemen.
Het rapport van een energie-audit bevat minimaal:
- Een korte algemene beschrijving van de onderneming, de bedrijfsvoering en de uitgevoerde energie-audit.
- Een in een schema weergegeven overzicht met een korte algemene beschrijving van alle bestaande processen, installaties, gebouwen en het vervoer binnen de onderneming.
- Een overzicht van het totaal gemeten energiegebruik van de onderneming over het meest laatste kalenderjaar in gigajoule.
- De totaalgebruiken aan elektriciteit, aardgas, warmte, autobrandstof en alle andere energiedragers, opgegeven in de gebruikelijke energie-eenheden.
- Het energiegebruiksprofiel in de vorm van een tabel of grafiek. Hierin staat de gekwantificeerde onderverdeling van de energiegebruiken van de processen, gebouwen, installaties en vervoer.
- Een uitsplitsing, naar deelgebruik, van het energiegebruik voor de processen, gebouwen, installaties en vervoer van de onderneming. Dit geldt als elk van die deelgebruiken individueel meer dan 5% van het energiegebruik van het afzonderlijke onderdeel uitmaakt.
- Een belastingprofiel van het elektriciteitsgebruik waaruit blijkt hoe het elektriciteitsgebruik gedurende de dag en nacht verloopt tijdens zowel werkdagen als niet-werkdagen.
- Een overzicht van het kosteneffectieve energiebesparingspotentieel in gigajoule.
- Een overzicht van het mogelijk voor kosteneffectief gebruik of kosteneffectieve productie van hernieuwbare energie.
- Een overzicht van alle mogelijke kosteneffectieve besparingsmaatregelen, gecategoriseerd in:
- procesmaatregelen
- gebouwgebonden maatregelen
- maatregelen voor installaties
- maatregelen voor vervoer.
- Per besparingsmaatregel, bedoeld in onderdeel 8, een duidelijke omschrijving van de maatregel, het besparingspotentieel, de benodigde investering en de kosteneffectiviteit.
In de opgave van het kosteneffectieve energiebesparingspotentieel neemt u het volgende op:
- Het totaal aan kosteneffectief energiebesparingspotentieel in gigajoule en als percentage van het totaalgebruik.
- Het totaal van het kosteneffectief potentieel aan elektriciteitsbesparing in kWh en als percentage van het totaalgebruik.
- Het totaal van kosteneffectief gebruik of kosteneffectieve productie van hernieuwbare energie.
- Als aardgasgebruik aanwezig: het totaal van het kosteneffectief potentieel aan aardgasbesparing in m3 en als percentage van het totaalgebruik.
- Als warmtegebruik aanwezig: het totaal van het kosteneffectief potentieel aan warmtebesparing in gigajoule en als percentage van het totaalgebruik.
- Als andere energiedragers aanwezig: het totaal van het kosteneffectief potentieel aan besparing in gigajoule en als percentage van het totaalgebruik
- Als autobrandstof aanwezig: het totaal van het kosteneffectief potentieel aan autobrandstofbesparing in liter en als percentage van het totaalgebruik.
De kosteneffectiviteit wordt zoveel mogelijk voortbouwend op een analyse van de levenscycluskosten bepaald.
U neemt ook het energiegebruik voor vervoer op in het overzicht van het energiegebruik. Het gaat dan om vervoer dat onderdeel is van de bedrijfsmiddelen van de onderneming zelf. Of om vervoer dat onderdeel is van de bedrijfsvoering. Het maakt niet uit wat het voor soort onderneming is, bijvoorbeeld een handelsbedrijf of een productiebedrijf.
Belangrijk is of u het vervoer in eigen beheer doet. In dat geval heeft u als onderneming invloed op het energiegebruik. Dit doet u door bijvoorbeeld efficiëntere motoren, andere brandstoffen of een effectievere logistieke planning toe te passen.
Besteedt u het vervoer uit? Dan valt dat onder de mogelijke auditplicht van de vervoersmaatschappij. Woon-werkverkeer van werknemers valt niet onder de auditplicht, maar mag u wel meenemen.
Een van de eisen van een energie-audit is een overzicht van het kosteneffectieve energiebesparingspotentieel. Hiermee bedoelen we dat u inzichtelijk maakt welke maatregelen kosteneffectief voor uw onderneming zijn. De richtlijn werkte kosteneffectiviteit op dit punt niet verder uit. Het is aannemelijk dat die niet vastzit aan een terugverdientijd van 5 jaar.
Maatregelen waarvan de terugverdientijd lager is dan de levensduur zijn in principe kosteneffectief. Dit omdat de maatregelen, met een lange terugverdientijd, waarschijnlijk een grote besparing op het energiegebruik opleveren.
Wanneer energie-auditrapport indienen?
Is uw onderneming onder de huidige regeling al EED-auditplichtig? Dan bent u nog steeds verplicht om, binnen 4 jaar na de vorige energie-audit, een nieuw energie-auditrapport in te dienen. Dient u dit rapport in na het ingaan van de herziene richtlijn? Dan moet dit rapport voldoen aan de nieuwe eisen. Bij dit rapport voegt u ook een actieplan toe.
Is uw onderneming nu nog niet EED-auditplichtig, maar wel met de herziene EED-richtlijn? Dan heeft u tot één jaar, nadat de Nederlandse regelgeving ingaat, de tijd om een energie-audit uit te voeren en daarover te rapporteren.
Ondernemingen die al een EBS gebruiken (ISO certificering), een erkend keurmerk hebben of een EPC uitvoeren, moeten dit steeds binnen 4 jaar na de vorige melding opnieuw melden
Sjablonen voor uw rapport
Begin oktober 2025 vindt u hier de aangepaste sjablonen voor uw rapportage.
Actieplan en uitvoeringspercentage
In het actieplan meldt u voor iedere maatregel:
- een omschrijving van de maatregel
- de verwachte energiebesparing
- het beoogde jaar van uitvoering van de maatregel
- de reden voor de keuze van dit jaar
- de mogelijke voorwaarden en belemmeringen
Denk bij voorwaarden en belemmeringen bijvoorbeeld aan een jaar dat een productiestop plaatsvindt, of dat er een bepaalde vergunning nodig is.
U legt dit actieplan voor aan de leiding van de onderneming. Dit actieplan en het uitvoeringspercentage is onderdeel van het bestuursverslag van de onderneming. Met de formule hieronder wordt elk jaar het uitvoeringspercentage bepaald.

Wij houden u op de hoogte
In het eerste kwartaal van 2026 organiseren wij een webinar. Hierin informeren we u verder over de herziene EED-plicht. Ook sturen wij de EED-plichtige ondernemingen een brief. Houd deze website in de gaten voor de datum van - en aanmelding - voor het webinar.
Blijft u graag per mail op de hoogte van wijzigingen op deze specifieke pagina? Meld u dan aan voor de e-mailnotificatie bovenaan deze pagina.
- Ministerie van Klimaat en Groene Groei