Midden-Amerikaanse agoetie

Gepubliceerd op:
30 november 2023

Dit dier staat niet op de huis- en hobbydierenlijst.

Hieronder leest u de beoordeling over dit dier.

Algemene informatie

Algemene informatie (Gilbert & Lacher, 2016; Yarto-Jaramillo, 2015) 
Familie Dasyproctidae
Subfamilie -
Genus Dasyprocta
Soort Dasyprocta punctata
Gedomesticeerd Nee
Kruising Nee
Volwassen grootte Kop-romp: 480-600 mm
Gewicht 3,2-4,2 kg
Dieet Omnivoor
Natuurlijke leefomgeving
  • Verspreiding: Van het zuiden van Mexico tot Noord- en West-Colombia, West-Venezuela en Noordwest-Ecuador.
  • Habitat: Laaglandgebieden tot 2400 m; bergachtig regenwoud; loofbossen; tuinen en plantages. 
Levensverwachting 18 jaar
IUCN-status “Least Concern”
CITES Niet vermeld

Risicoklasse E

Bij de Midden-Amerikaanse agoeti zijn in vier risicocategorieën voor “gezondheid en welzijn dier” één of meerdere risicofactor(en) vastgesteld. Hierdoor valt de Midden-Amerikaanse agoeti in risicoklasse E.

Samenvatting beoordeling van de Midden-Amerikaanse agoetie

Indien er sprake is van één of meerdere relevante ernstige zoönose(n) die slechts met gespecialiseerde maatregelen beheersbaar is/zijn wordt de risicofactor aangekruist (!), maar telt deze niet mee in de eindscore. Indien er sprake is van een relevante ernstige zoönose die niet of nauwelijks beheersbaar is of er sprake is van risico op ernstige letselschade komt de diersoort direct onder risicoklasse F te vallen (XF). Indien de risicofactor van toepassing is, wordt deze aangekruist (X).  

 

Gezondheid mens
Risicocategorie Van toepassing Toelichting
Zoönosen ! (signalerend) Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over het aan- of afwezig zijn van (zeer) hoogrisico zoönotische pathogenen, maar bij de aanverwante soorten D. azarae en D. leporina zijn de hoog-risico zoönotische pathogenen Rabiësvirus en Mycobacterium tuberculosis aangetoond. Dit leidt alleen in het geval van wildvang tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. 
Letselschade   In deze risicocategorie is de risicofactor niet van toepassing.

 

Gezondheid en welzijn dier
Risicocategorie Van toepassing Toelichting
Voedselopname X
  • De Midden-Amerikaanse agoeti heeft hypsodonte gebitselementen.
  • Midden-Amerikaanse agoeti’s moeten dagelijks langdurig foerageren. 
Ruimtegebruik/veiligheid X
  • Midden-Amerikaanse agoeti’s gebruiken een afgezonderde nestplaats.
  • Midden-Amerikaanse agoeti’s hebben een sterke vluchtreactie. 
Thermoregulatie X De Midden-Amerikaanse agoeti is aangepast aan een tropisch klimaat.
Sociaal gedrag X
  • Midden-Amerikaanse agoeti’s hebben een monogame en paarsgewijze leefwijze.
  • Midden-Amerikaanse agoeti’s hebben een despotische dominantiehiërarchie. 

Beoordeling per risicofactor

Risico's voor de mens

Zoönosen
Risicofactor Van toepassing Toelichting
LG1 ! (signalerend) Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over het aan- of afwezig zijn van (zeer) hoog-risico zoönotische pathogenen, maar bij de aanverwante soorten D. azarae en D. leporina zijn de hoog-risico zoönotische pathogenen rabiësvirus (Rocha et al., 2017) en Mycobacterium tuberculosis (Brown-Uddenberg et al., 2004; Pavlik, 2006) aangetoond. Dit leidt alleen in het geval van wildvang tot een signalerende toepassing van deze risicofactor.

 

Letselschade
Risicofactor Van toepassing Toelichting
LG2   Op basis van de grootte, morfologie en het gedrag van Midden-Amerikaanse agoeti is het niet aannemelijk dat de dieren ernstig letsel zullen veroorzaken bij de mens (Gilbert & Lacher, 2016; Smythe, 1978). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.

Risico's voor dierenwelzijn/diergezondheid

Voedselopname
Risicofactor Van toepassing Toelichting
V1   De Midden-Amerikaanse agoeti is een omnivoor (Gilbert & Lacher, 2016). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.
V2 X De Midden-Amerikaanse agoeti heeft hypsodonte kiezen (Gilbert & Lacher, 2016; Yarto-Jaramillo, 2015). Deze risicofactor is daarom van toepassing. 
V3 X De Midden-Amerikaanse agoeti is een scatterhoarder (Gálvez et al., 2009; Gilbert & Lacher, 2016; Hirsch et al., 2013). Hierdoor zijn ze dagelijks langdurig bezig met het verstoppen en (her)begraven van zaden. Deze risicofactor is daarom van toepassing. 
V4   Het dieet van Midden-Amerikaanse agoeti’s is erg divers en bestaat uit zaden, fruit, zaailingen, bladeren, bloemen, insecten en paddenstoelen (Gilbert & Lacher, 2016). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.

 

Ruimtegebrek/veiligheid
Risicofactor Van toepassing Toelichting
R1   Midden-Amerikaanse agoeti’s hebben een home range van 0,7-6 ha (Emsens et al., 2013). Er is sprake van grote overlap tussen territoria en er is geen patrouilleergedrag beschreven (Aliaga-Rossel et al., 2008). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. 
R2 X Midden-Amerikaanse agoeti’s gebruiken een afgezonderde nestplaats voor het werpen en grootbrengen van jongen (Gilbert & Lacher, 2016; Smythe, 1978). Deze risicofactor is daarom van toepassing. 
R3 X Midden-Amerikaanse agoeti’s kunnen tijdens hun vlucht tot 2 meter hoog springen (Yarto-Jaramillo, 2015). Vanwege de lange en dunne poten van de agoeti’s is de kans op fracturen hoog (Gilbert & Lacher, 2016). Deze risicofactor is daarom van toepassing. 
R4   Midden-Amerikaanse agoeti’s gebruiken holen van andere dieren of maken nesten in bestaande schuilplaatsen (Gilbert & Lacher, 2016). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. 
R5   Voor de Midden-Amerikaanse agoeti’s zijn er geen specifieke omgevingselementen essentieel (Gilbert & Lacher, 2016). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. 

 

Thermoregulatie
Risicofactor Van toepassing Toelichting
T1 X

Midden-Amerikaanse agoeti’s leven in een tropisch klimaat (Gilbert & Lacher, 2016; Griffith et al., 1998). De gemiddelde maandelijkse minimumtemperatuur komt niet onder de 18 °C. In sommige hoger gelegen gebieden kan in het droge seizoen de minimumtemperatuur onder het vriespunt komen en Midden-Amerikaanse agoeti’s komen tot op een hoogte van 2400 meter voor (Emmons, 2016). In de warmste maanden ligt de gemiddelde temperatuur rond de 30 °C met maximum temperaturen van boven de 40 °C. De gemiddelde jaarlijkse neerslaghoeveelheid varieert van 500-1500 mm in gebieden met een regenseizoen in de zomer tot 2000-4000 mm in tropisch regenwoudgebieden met jaarrond regen. Het tropisch regenwoud heeft een zeer hoge luchtvochtigheid van 90100% (Schultz, 2005).

De Midden-Amerikaanse agoeti is aangepast aan een tropisch klimaat. Deze risicofactor is daarom van toepassing. 

T2   Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over het gebruik van zoel-, koel-, of opwarmplaatsen. Het gebruik hiervan wordt ook niet aannemelijk geacht omdat MiddenAmerikaanse agoeti’s leven in het bos en op de grond (Gilbert & Lacher, 2016). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. 
T3   Midden-Amerikaanse agoeti’s zijn jaarrond actief (AliagaRossel et al., 2008; Emsens et al., 2013). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. 

 

Sociaal gedrag
Risicofactor Van toepassing Toelichting
S1 X Midden-Amerikaanse agoeti’s hebben een monogame en paarsgewijze leefwijze (Gilbert & Lacher, 2016; Korz, 1991). Deze risicofactor is daarom van toepassing. 
S2 X Midden-Amerikaanse agoeti’s leven solitair of in familiegroepen bestaande uit een paartje met nageslacht (Gilbert & Lacher, 2016). Er is sprake van grote overlap in home ranges (Maher & Burger, 2016). Normaliter vermijden Midden-Amerikaanse agoeti’s elkaar of gedragen ze zich agressief richting soortgenoten, maar wanneer er een hoge voedseldichtheid is vormen ze een despotische dominantiehiërarchie (Clark & Galef, 1977). Deze risicofactor is daarom van toepassing. 
S3   De Midden-Amerikaanse agoeti is vanaf 6 maanden oud geslachtsrijp en heeft een oestruscyclus van 34-36 dagen. Vrouwtjes zijn 115-120 dagen drachtig en hebben een postpartum oestrus (Korz, 1991), waardoor de minimale periode tussen twee worpen 127 dagen is (Merrit, 1983). Midden-Amerikaanse agoeti’s hebben geen grote kans op overbevolking. Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. 

Verwijzingen

Aliaga-Rossel, E., Kays, R. & Fragoso, J. (2008). Home-range use by the Central American agouti (Dasyprocta punctata) on Barro Colorado Island, Panama. Journal of Tropical Ecology. 24. 367374.

Brown-Uddenberg, R., Garcia, G. & Baptiste, Q. (2004). The Agouti [Dasyprocta leoprina, D.aguti] Booklet and Producers' Manual. Trinidad and Tobago: GWG Publications.

Clark, M. M. & Galef Jr., B. G. (1977). Patterns of Agonistic Interaction and Space Utilization by Agoutis (Dasyprocta punctata). Behavioral Biology. 20. 135-140.

Emmons, L. (2016). Dasyprocta punctata. The IUCN Red List of Threatened Species 2016. Opgehaald van IUCN: doi:10.2305/IUCN.UK.2016-2.RLTS.T89497686A78319610.en

Emsens, W., Suselbeek, L. & Hirsche, B. (2013). Effects of Food Availability on Space and Refuge Use by a Neotropical Scatterhoarding Rodent. Biotropica. 88-93.

Gálvez, D., Kranstauber, B., Kays, R. & Jansen, P. (2009). Scatter hoarding by the Central American agouti: A test of optimal cache spacing theory. Animal Behaviour. 78. 1327-1333.

Gilbert, J. & Lacher, T. (2016). Family DASYPROCTIDAE (Agoutis and Acouchys). In D. Wilson, T. Lacher Jr. & R. Mittermeier, Handbook of the Mammals of the World. Vol. 6. Lagomorphs and Rodents I (pp. 440-462). Barcelona: Lynx Edicions.

Griffith, G., Omernik, J. & Azevedo, S. (1998). Ecological Classification of the Western Hemisphere. Oregon: United States Environmental Protection Agency.

Hirsch, B., Kays, R. & Jansen, P. (2013). Evidence for cache surveillance by a scatter-hoarding rodent. Animal Behaviour. 85(6). 1511-1516.

Korz, V. (1991). Social relations and individual coping reactions in a captive group of Central American Agoutis (Dasyprocta punctata). Zeitschrift für Säugetierkunde. 4. 207-208.

Maher, C. R. & Burger, J. R. (2016). Chapter 2: Diversity of social behavior in caviomorph rodents. In L. E. Ebensperger & L. D. Hayes, Sociobiology of Caviomorph Rodents: An Integrative Approach (pp. 28-58). Hoboken: John Wiley & Sons, Ltd.

Merrit, D. (1983). Preliminary observations on reproduction in the Central American agouti, Dasyprocta punctata. Zoo Biology. 127-131.

Pavlik, I. (2006). The experience of new European Union Member States concerning the control of bovine tuberculosis. Veterinary Microbiology. 112(2-4). 221-230.

Rocha, S. M., de Oliveira, S. V., Heinemann, M. B. & Gonçalves, V. S. P. (2017). Epidemiological profile of wild rabies in Brazil (2002-2012). Transboundary and Emerging Diseases. 64(2). 624-633.

Schultz, J. (2005). The Ecozones of the World. Berlin: Springer Verlag.

Smythe, N. (1978). The natural history of the Central American agouti (Dasyprocta punctata). Smithsonian Contributions to Zoology.

Yarto-Jaramillo, E. (2015). Rodentia. In R. Miller & M. Fowler, Zoo and Wild Animal Medicine (pp. 384422). Missouri: Saunders. 

Bent u tevreden over deze pagina?