Mongoolse gerbil
Hieronder leest u de beoordeling over dit dier.
Algemene informatie
Familie | Muridae |
---|---|
Subfamilie | Gerbillinae |
Genus | Meriones |
Soort | Meriones unguiculatus |
Gedomesticeerd | Gedomesticeerde Mongoolse gerbil: ja Wilde Mongoolse gerbil: nee |
Kruising | Nee |
Volwassen grootte |
|
Gewicht | 52-60 g |
Dieet | Herbivoor/Granivoor |
Natuurlijke leefomgeving |
|
Levensverwachting | 3-4 maanden in het wild, 2 jaar in gevangenschap |
IUCN-status | “Least Concern” |
CITES | Niet vermeld |
Risicoklasse E
Gedomesticeerde Mongoolse gerbil: Bij de gedomesticeerde Mongoolse gerbil zijn in vier risicocategorieën voor “gezondheid en welzijn dier” één of meerdere risicofactor(en) vastgesteld. Hierdoor valt de gedomesticeerde Mongoolse gerbil in risicoklasse E.
Wilde Mongoolse gerbil: Bij de wilde Mongoolse gerbil zijn in vier risicocategorieën voor “gezondheid en welzijn dier” één of meerdere risicofactor(en) vastgesteld. Hierdoor valt de wilde Mongoolse gerbil in risicoklasse E.
Samenvatting beoordeling van de Mongoolse gerbil
Indien er sprake is van één of meerdere relevante ernstige zoönose(n) die slechts met gespecialiseerde maatregelen beheersbaar is/zijn wordt de risicofactor aangekruist (!), maar telt deze niet mee in de eindscore. Indien er sprake is van een relevante ernstige zoönose die niet of nauwelijks beheersbaar is of er sprake is van risico op ernstige letselschade komt de diersoort direct onder risicoklasse F te vallen (XF). Indien de risicofactor van toepassing is, wordt deze aangekruist (X).
Risicocategorie | Gedomesticeerd | Wild | Toelichting |
---|---|---|---|
Zoönosen | ! (signalerend) | ! (signalerend) | Bij de Mongoolse gerbil zijn de hoog-risico zoönotische pathogenen Influenza A en Yersinia pestis aangetoond en bij de sympatrische en aanverwante Gerbillinae soorten zijn de (zeer) hoog-risico zoönotische pathogenen Leptospira interrogans, DobravaBelgrade virus, Tick-borne encephalitis virus, en Francisella tularensis aangetoond. Dit leidt tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. |
Letselschade | De risicofactor in deze risicocategorie is niet van toepassing. |
Risicocategorie | Gedomesticeerd | Wild | Toelichting |
---|---|---|---|
Voedselopname | X | X | De Mongoolse gerbil heeft hypsodonte gebitselementen. |
Ruimtegebruik/veiligheid | X | X |
|
Thermoregulatie | X | X | De Mongoolse gerbil is aangepast aan een aride landklimaat. |
Sociaal gedrag | X | X |
|
Beoordeling per risicofactor
Risico's voor de mens
Risicofactor | Gedomesticeerd | Wild | Toelichting |
---|---|---|---|
LG1 | ! (signalerend) | ! (signalerend) | Bij de Mongoolse gerbil zijn de hoog-risico zoönotische pathogenen Influenza A (Pavlova et al., 2016) en Yersinia pestis (Riehm et al., 2011) aangetoond en bij de sympatrische en aanverwante Gerbillinae soorten zijn de (zeer) hoog-risico zoönotische pathogenen Leptospira interrogans (Rabiee et al., 2018), Dobrava-Belgrade virus (Zhuravlev et al., 2008), Tick-borne encephalitis virus (Logue et al., 2012), en Francisella tularensis (Zhang et al., 2006) aangetoond. Dit leidt tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. |
Risicofactor | Gedomesticeerd | Wild | Toelichting |
---|---|---|---|
LG2 | Op basis van de grootte, morfologie en het gedrag van de Mongoolse gerbil is het niet aannemelijk dat de dieren ernstig letsel zullen veroorzaken bij de mens (Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risico's voor dierenwelzijn/diergezondheid
Risicofactor | Gedomesticeerd | Wild | Toelichting |
---|---|---|---|
V1 | De Mongoolse gerbil is een mixed-feeder (Denys et al., 2017; Pei et al., 2001). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | ||
V2 | X | X | De Mongoolse gerbil heeft hypsodonte kiezen (Tchernov & Chetboun, 1984). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
V3 | De activiteit van de Mongoolse gerbil verschilt door het jaar heen, met soms maar 2 uur activiteit per dag (Randall & Thiessen, 1980). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | ||
V4 | Het dieet van Mongoolse gerbils bestaat voornamelijk uit zaden van onder andere grassen, maar ook groene stengels en bladeren van meerdere plantensoorten (Denys et al., 2017; Pei et al., 2001). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Gedomesticeerd | Wild | Toelichting |
---|---|---|---|
R1 | Mongoolse gerbils hebben een home range van gemiddeld 262-309 m2. Er is sprake van overlap tussen home ranges (Wang et al., 2011). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | ||
R2 | X | X | Mongoolse gerbils gebruiken een afgezonderde nestplaats voor het werpen en grootbrengen van jongen (Vallejo et al., 2000). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R3 | Bij gevaar vluchten Mongoolse gerbils hun hol in (Ellard, 1993). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | ||
R4 | X | X | Mongoolse gerbils graven holen die complex kunnen zijn, met meerdere gangen en kamers. Daarnaast graven zij ook simpele tijdelijke holen (Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R5 | Voor de Mongoolse gerbil zijn er geen specifieke omgevingselementen essentieel (Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Gedomesticeerd | Wild | Toelichting |
---|---|---|---|
T1 | X | X | De Mongoolse gerbil komt voor op steppes en semiwoestijn gebieden, waar het aride landklimaat zorgt voor warme zomers en koude winters, met extreme temperaturen van 40°C tot -35°C (Denys et al., 2017). In het droge landklimaat van Mongolië ligt de gemiddelde jaarlijkse neerslaghoeveelheid onder de 400 mm (Schultz, 2005). De Mongoolse gerbil heeft een thermoneutrale zone tussen de 26 en 39°C en laat activiteit zien tot 16°C. Ligt de temperatuur lager, dan verblijft de gerbil in zijn hol (Randall & Thiessen, 1980; Shi & Wang, 2016). De Mongoolse gerbil is aangepast aan een aride landklimaat. Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
T2 | Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over het gebruik van zoel-, koel-, of opwarmplaatsen. Het gebruik hiervan wordt ook niet aannemelijk geacht omdat Mongoolse gerbils nachtdieren zijn en gebruik maken van hun hol (Denys et al., 2017; Randall & Thiessen, 1980). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | ||
T3 | Mongoolse gerbils zijn jaarrond actief (Nyby & Thiessen, 1980). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Gedomesticeerd | Wild | Toelichting |
---|---|---|---|
S1 | X | X | Mongoolse gerbils hebben een monogame leefwijze (Denys et al., 2017; Gromov & Voznesenskaya, 2012; Juana et al., 2010). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
S2 | X | X | Mongoolse gerbils leven in familiegroepen, waar alleen het grootste mannetje zich voortplant met één vrouwtje, terwijl er bij de andere groepsgenoten sprake is van suppressie van de voortplanting (Agren et al., 1989). Er is sprake van een despotische dominantiehiërarchie. Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
S3 | X | X | Mongoolse gerbils zijn vanaf 63 dagen geslachtsrijp en hebben een postpartum oestrus. Vrouwtjes zijn 19-20 dagen drachtig en krijgen per worp tot 7 jongen (Denys et al., 2017; Prates & Guerra, 2005). Mongoolse gerbils hebben een grote kans op overbevolking. Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
Verwijzingen
Agren, G., Zhou, Q. & Zhong, W. (1989). Ecology and social behaviour of Mongolian gerbils, Meriones unguiculatus, at Xilinhot, Inner Mongolia, China. Animal Behaviour. 37. 11-27.
Denys, C., Taylor, P., Burgin, C., Aplin, K., Fabre, P.-H., Haslauer, R., . . . Menzies, J. (2017). Family MURIDAE (TRUE MICE AND RATS, GERBILS AND RELATIVES). In D. Wilson, T. Lacher Jr. & R. Mittermeier, Handbook of the Mammals of the World. Vol. 7. Rodents II (pp. 536-886). Barcelona: Lynx Edicions.
Ellard, C. (1993). Organization of escape movements from overhead threats in the Mongolian gerbil (Meriones unguiculatus). Journal of Comparative Psychology. 107(3). 242-249.
Gromov, V. & Voznesenskaya, V. (2012). Paternal Care, Social Rank and Testosterone Secretion in Males of Mongolian and Midday Gerbils (Meriones unguiculatus and M. meridianus). Doklady Biological Sciences. 442(1). 54-57.
Juana, L., Barbara, V.-G., Martin, M.-T., Agustin, C., Guillermo, R.-B. & Guadalupe, O. (2010). Neither testosterone levels nor aggression decrease when the male Mongolian gerbil (Meriones unguiculatus) displays paternal behavior. Hormones and Behavior. 57. 271-275.
Logue, C., Atkinson, B., Chanturia, G., Zhgenti, E., Zakalashvili, M. & Hewson, R. (2012). Detection of Emerging Viral Zoonoses in the Republic of Georgia. Conference: Society for General Microbiology Spring Conference, Dublin.
Nyby, J. & Thiessen, D. (1980). Food Hoarding in the Mongolian Gerbil (Meriones unguiculatus): Effects of Food Deprivation. Behavioral and Neural Biology. 30. 39-48.
Pavlova, E., Kirilyuk, E. & Naidenko, S. (2016). Occurrence Pattern of Influenza A Virus, Coxiella burnetii, Toxoplasma gondii, and Trichinella sp. in the Pallas Cat and Domestic Cat and their Potential Prey Under Arid Climate Conditions. Arid Ecosystems. 6(4). 277-283.
Pei, Y.-X., Wang, D.-H. & Hume, I. (2001). Effects if Dietary Fibre on Digesta Passage, Nutrient Digestibility, and Gastrointestinal Tract Morphology in the Granivorous Mongolian Gerbil (Meriones unguiculatus). Physiological and Biochemical Zoology. 74(5). 742-749.
Prates, E. & Guerra, R. (2005). Parental care and sexual interactions in Mongolian gerbils (Meriones unguiculatus) during the postpartum estrus. Behavioural Processes. 70. 104-112.
Rabiee, M., Mahmoudi, A., Siahsarvie, R., Krystufek, B. & Mostafavi, E. (2018). Rodent-borne diseases and their public health importance in Iran. PLoS Neglected Tropical Diseases. 12(4).
Randall, J. & Thiessen, D. (1980). Seasonal Activity and Thermoregulation in Meriones unguiculatus: A Gerbil's Choice. Behavioral Ecology and Sociobiology. 7(4). 267-272.
Riehm, J., Tserennorov, D., Kiefer, D., Stuermer, I., Tomaso, H., Zöller, L., Otgonbaatar, D. & Scholz, H. C. (2011). Yersinia pestis in Small Rodents, Mongolia. Emerging Infectious Diseases. 17(7). 1320-1322.
Schultz, J. (2005). The Ecozones of the World. Berlin: Springer Verlag.
Shi, Y. & Wang, D. (2016). Implication of Metabolomic profiles to wide thermoneutral zones in Mongolian gerbils (Meriones unguiculatus). Integrative Zoology. 11(4). 282-294.
Stuermer IW, P. Karsten, A. Leybold, O. Zinke, O. Kalberlah, R. Samjaa and H. Scheich: Intraspecific Allometric Comparison of Laboratory Gerbils with Mongolian Gerbils Trapped in the Wild Indicates Domestication in Meriones unguiculatus (Milne-Edwards, 1867)(Rodentia: Gerbillinae): Zool. Anz. 242 (2003): 249–266
Tchernov, E. & Chetboun, R. (1984). A new genus of gerbillid rodent from the early Pleistocene of the Middle East. Journal of Vertebrate Paleontology. 4(4). 559-569.
Vallejo, L., Garrosa, M., Al-Majdalawi, A., Mayo, A. & Gayoso, M. (2000). Effects of unilateral deprivation in postnatal development of the olfactory bulb in an altricial rodent, the gerbil (Meriones unguiculatus). Developmental Brain Research. 122. 35-46.
Wang, Y., Liu, W., Wang, G., Wan, X. & Zhong, W. (2011). Home-range sizes of social groups of Mongolian gerbils Meriones unguiculatus. Journal of Arid Environments. 75. 132-137.
Zhang, F., Liu, W., Chu, M., He, J., Duan, Q., Wu, X.-M., Zhang, P.-H., Zhao, Q.-M., Yang, H., Xin, Z.-T. & Cao, W.-C. (2006). Francisella tularensis in Rodents, China. Emerging Infectious Diseases. 12(6). 994-996.
Zhuravlev, V., Garanina, S., Kabin, V., Shipulin, G. & Platonov, A. (2008). Detection of a new natural virus focus Dobrava in the Astrakhan Region. Voprosy Virusologii. 53(2). 37-40