Shawi gerbil
Dit dier staat niet op de huis- en hobbydierenlijst.
Hieronder leest u de beoordeling over dit dier.
Algemene informatie
Familie | Muridae |
---|---|
Subfamilie | Gerbillinae |
Genus | Meriones |
Soort | Meriones shawii |
Gedomesticeerd | Nee |
Kruising | Nee |
Volwassen grootte |
|
Gewicht | 70-180 g |
Dieet | Omnivoor. |
Natuurlijke leefomgeving |
|
Levensverwachting | 1-2 jaar |
IUCN-status | “Least Concern” |
CITES | Niet vermeld |
Risicoklasse E
Bij de Shawi gerbil zijn in vier risicocategorieën voor “gezondheid en welzijn dier” één of meerdere risicofactor(en) vastgesteld. Hierdoor valt de Shawi gerbil in risicoklasse E.
Samenvatting beoordeling van de Shawi gerbil
Indien er sprake is van één of meerdere relevante ernstige zoönose(n) die slechts met gespecialiseerde maatregelen beheersbaar is/zijn wordt de risicofactor aangekruist (!), maar telt deze niet mee in de eindscore. Indien er sprake is van een relevante ernstige zoönose die niet of nauwelijks beheersbaar is of er sprake is van risico op ernstige letselschade komt de diersoort direct onder risicoklasse F te vallen (XF). Indien de risicofactor van toepassing is, wordt deze aangekruist (X).
Risicocategorie | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
Zoönosen | ! (signalerend) | Bij de Shawi gerbil zijn de hoog-risico zoönotische pathogenen Coxiella burnetii en Yersinia pestis aangetoond en bij aanverwante Gerbillinae soorten zijn de zeer hoog-risico zoönotische pathogenen Influenza A, Dobrava-Belgrade virus, en Leptospira interrogans en de hoog-risico zoönotische pathogenen Tick-Borne encephalitis virus, Crimean-Congo Hemorrhagic Fever virus, en Francisella tularensis aangetoond. Dit leidt alleen in geval van wildvang tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. |
Letselschade | De risicofactor in deze risicocategorie is niet van toepassing. |
Risicocategorie | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
Voedselopname | De Shawi gerbil heeft hypsodonte gebitselementen. | |
Ruimtegebruik/veiligheid |
|
|
Thermoregulatie | De Shawi gerbil is aangepast aan een subtropisch en een droog tropisch en subtropisch klimaat. | |
Sociaal gedrag |
|
Beoordeling per risicofactor
Risico's voor de mens
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
LG1 | ! (signalerend) | Bij de Shawi gerbil zijn de hoog-risico zoönotische pathogenen Coxiella burnetii (Dupont et al., 1995) en Yersinia pestis (Dubyanskiy & Yeszhanov, 2016) aangetoond en bij sympatrische en aanverwante Gerbillinae soorten zijn de (zeer) hoog-risico zoönotische pathogenen Leptospira interrogans (Rabiee et al., 2018), Tick-borne encephalitis virus (Logue et al., 2012), Crimean-Congo hemorrhagic fever virus (Rabiee et al., 2018), en Francisella tularensis (Hemati et al., 2020; Mostafavi et al., 2017) aangetoond. Dit leidt tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
LG2 | Op basis van de grootte, morfologie en het gedrag van Shawi gerbils is het niet aannemelijk dat de dieren ernstig letsel zullen veroorzaken bij de mens (Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risico's voor dierenwelzijn/diergezondheid
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
V1 | De Shawi gerbil is een omnivoor (Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
V2 | X | De Shawi gerbil heeft hypsodonte kiezen (Tchernov & Chetboun, 1984). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
V3 | Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over hoeveel tijd de Shawi gerbil dagelijks aan foerageren besteedt. De Shawi gerbil heeft een zeer lage doorstroomsnelheid van het maagdarm kanaal en slaat voedsel op voor latere consumptie (Denys et al., 2017; Gustavsen et al., 2008). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
V4 | Het dieet van Shawi gerbils bestaat uit zaden van meerdere graansoorten, groene vegetatie van meerdere plantenfamilies en invertebraten (Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
R1 | Shawi gerbils hebben een home range van gemiddeld 49 ha. De home range grootte wordt bepaald door de voedselbeschikbaarheid (Ghawar et al., 2015). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
R2 | X | Shawi gerbils gebruiken een afgezonderde nestplaats voor het werpen en grootbrengen van jongen (Daly & Daly, 1975; Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R3 | Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over een sterke, blindelingse vluchtreactie, maar het bestaan hiervan wordt ook niet aannemelijk geacht gezien Shawi gerbils gebruik maken van holen en de vluchtreactie van de aanverwante Meriones unguiculatus richting hun hol (Denys et al., 2017; Ellard, 1993). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
R4 | X | Shawi gerbils graven holen met nestkamers (Denys et al., 2017; Lubell et al., 1983). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R5 | Voor Shawi gerbils zijn er geen specifieke omgevingselementen essentieel (Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
T1 | X | Shawi gerbils leven in een subtropisch en een droog tropisch en subtropisch klimaat. In het gebied waar Shawi gerbils voorkomen, wordt het gemiddeld maximaal 33 °C en minimaal 0 °C (Fenni, 2010; Zaime et al., 1992). De gemiddelde jaarlijkse neerslag varieert, maar is maximaal 500 mm (Schultz, 2005). Shawi gerbils zijn minder actief wanneer de temperatuur onder de 18 °C komt (Denys et al., 2017). De Shawi gerbil is aangepast aan een subtropisch en een droog tropisch en subtropisch klimaat. Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
T2 | Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over het gebruik van zoel-, koel-, of opwarmplaatsen. Het gebruik hiervan wordt ook niet aannemelijk geacht omdat Shawi gerbils nachtdieren zijn en gebruik maken van hun hol (Denys et al., 2017). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
T3 | Shawi gerbils zijn jaarrond actief (Gill & Redfern, 1983). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
S1 | X | Shawi gerbils hebben een monogame leefwijze (Renoux, 1957). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
S2 | X | Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over de aanwezigheid van een dominantiehiërarchie. De fylogenetisch nauwverwante Meriones unguiculatus heeft een despotische dominantiehiërarchie, waarbij de grotere gerbils dominant zijn over de kleinere gerbils en de kleinere gerbils zich niet voortplanten (Agren et al., 1989). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
S3 | X | Shawi gerbils zijn vanaf 3 maanden oud geslachtsrijp (Zaime et al., 1992). Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over een postpartum oestrus. Verwante Meriones soorten hebben een postpartum oestrus (Gilbert, 1984; Prates & Guerra, 2005). Vrouwtjes zijn 21 dagen drachtig en krijgen per worp gemiddeld 5 jongen (Denys et al., 2017; Zaime et al., 1992). Shawi gerbils planten zich jaarrond voort (Gill & Redfern, 1983). Shawi gerbils hebben een grote kans op overbevolking. Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
Verwijzingen
Agren, G., Zhou, Q. & Zhong, W. (1989). Ecology and social behaviour of Mongolian gerbils, Meriones unguiculatus, at Xilinhot, Inner Mongolia, China. Animal Behaviour. 37. 11-27.
Daly, M. & Daly, S. (1975). Socio-Ecology of Saharan Gerbils, Especially Meriones libycus. Mammalia. 39(2). 289-311.
Denys, C., Taylor, P., Burgin, C., Aplin, K., Fabre, P.-H., Haslauer, R., . . . Menzies, J. (2017). Family MURIDAE (TRUE MICE AND RATS, GERBILS AND RELATIVES). In D. Wilson, T. Lacher Jr. & R. Mittermeier, Handbook of the Mammals of the World. Vol. 7. Rodents II (pp. 536-886).
Barcelona: Lynx Edicions.
Dubyanskiy, V. & Yeszhanov, A. (2016). Ecology of Yersinia pestis and the Epidemiology of Plague. In R. Yang & A. Anisimov, Yersinia pestis: Retrospective and Perspective (pp. 101-170). Dordrecht, Nederland: Springer.
Dupont, H., Brouqui, P., Faugere, B. & Raoult, D. (1995). Prevalence of Antibodies to Coxiella burnetii, Rickettsia conorii, and Rickettsia typhi in Seven African Countries. Clinical Infectious Diseases. 21. 1126-1133.
Ellard, C. (1993). Organization of escape movements from overhead threats in the Mongolian gerbil (Meriones unguiculatus). Journal of Comparative Psychology. 107(3). 242-249.
Fenni, M. (2010). Effect of the edaphic factors on geographical distribution of Meriones shawi (Mammalia: Rodentia) in Setif high plains (North-East, Algeria). 12th International Conference Rodens et Spatium on Rodent Biology, (pp. 49-55). Zongnuldak, Turkije.
Ghawar, W., Zaätour, W., Chlif, S., Bettaieb, J., Chelghaf, B., Snoussi, M.-A. & Ben Salah, A. (2015). Spatiotemporal dispersal of Meriones shawi estimated by radio-telemetry. Interantional Journal of Multidisciplinary Research and Development. 2(12). 211-216.
Gilbert, A. (1984). Postpartum and Lactational Estrus: A Comparative Analysis in Rodentia. Journal of Comparative Psychology. 98(3). 232-245.
Gill, J. & Redfern, R. (1983). Laboratory tests of seven rodenticides for the control of Meriones shawi. Epidemiology & Infection. 91(2). 351-357.
Gustavsen, C., Chevret, P., Krasnov, B., Mowlavi, G., Madsen, O. & Heller, R. (2008). The morphology of islets of Langerhans is only midly affected by the lack of Pdx-1 in the pancreas of adult Merionesjirds. General and Comparative Endocrinology. 159. 241-249.
Hemati, M., Khalili, M., Rohani, M., Sadeghi, B., Esmaeili, S., Ghasemi, A., Mahmoudi, A., Gyuranecz, M. & Mostafavi, E. (2020). A serological and molecular study on Francisella tularensis in rodents from Hamadan province, Western Iran. Comparative Immunology, Microbiology and Infectious
Diseases. 68. 31733511.
Logue, C., Atkinson, B., Chanturia, G., Zhgenti, E., Zakalashvili, M. & Hewson, R. (2012). Detection of Emerging Viral Zoonoses in the Republic of Georgia. Conference: Society of General Microbiology Spring Conference, Dublin.
Lubell, D., Ballais, J., Gautier, A., Hassan, F., Elmendore, T. & Aumassip, G. (1983). The prehistoric cultural ecology of Capsian escargotieres. Libyca. 23(43). 59-142.
Mostafavi, E., Shahraki, A. H., Japoni-Nejad, A., Esmaeili, S., Darvish, J., Sedaghat, M. M., Mohammadi, A., Mohammadi, Z., Mahmoudi, A., Pourhossein, B., Ghasemi, A., Gyuranecz, M. & Carniel, E. (2017). A Field Study of Plague and Tularemia in Rodents, Western Iran. Vector-Borne and
Zoonotic Diseases. 17(4). 247-253.
Prates, E. & Guerra, R. (2005). Parental care and sexual interactions in Mongolian gerbils (Meriones unguiculatus) during the postpartum estrus. Behavioural Processes. 70. 104-112.
Rabiee, M., Mahmoudi, A., Siahsarvie, R., Krystufek, B. & Mostafavi, E. (2018). Rodent-borne diseases and their public health importance in Iran. PLoS Neglected Tropical Diseases. 12(4).
Renoux, G. (1957). About Meriones. Science. 125(3242). 314.
Schultz, J. (2005). The Ecozones of the World. Berlin: Springer Verlag.
Tchernov, E. & Chetboun, R. (1984). A new genus of gerbillid rodent from the early Pleistocene of the Middle East. Journal of Vertebrate Paleontology. 4(4). 559-569.
Zaime, A., Laraki, M., Gautier, J.-Y. & Garnier, D. (1992). Seasonal variations of androgens and of several sexual parameters in male Meriones shawi in southern Morocco. General and Comparative Endocrinology. 86(2). 289–296.