Stokstaartje
Dit dier staat niet op de huis- en hobbydierenlijst.
Hieronder leest u de beoordeling over dit dier.
Algemene informatie
Familie | Herpestidae |
---|---|
Subfamilie | - |
Genus | Suricata |
Soort | Suricata suricatta |
Gedomesticeerd | Nee |
Kruising | Nee |
Volwassen grootte | Kop-romp: 25,4-29 cm |
Gewicht | 620-969 g |
Dieet | Insectivoor |
Natuurlijke leefomgeving |
|
Levensverwachting | 8 jaar in het wild, 12 jaar in gevangenschap. |
IUCN-status | "Least concern" |
CITES | Niet vermeld |
Risicoklasse E
Bij het stokstaartje zijn in vier risicocategorieën voor “gezondheid en welzijn dier” één of meerdere risicofactor(en) vastgesteld. Hierdoor valt het stokstaartje in risicoklasse E.
Samenvatting beoordeling van het stokstaartje
Indien er sprake is van één of meerdere relevante ernstige zoönose(n) die slechts met gespecialiseerde maatregelen beheersbaar is/zijn wordt de risicofactor aangekruist (!), maar telt deze niet mee in de eindscore. Indien er sprake is van een relevante ernstige zoönose die niet of nauwelijks beheersbaar is of er sprake is van risico op ernstige letselschade komt de diersoort direct onder risicoklasse F te vallen (XF). Indien de risicofactor van toepassing is, wordt deze aangekruist (X).
Risicocategorie | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
Zoönosen | ! (signalerend) | Bij het stokstaartje is het hoog-risico zoönotische pathogeen rabiësvirus aangetoond. Dit leidt alleen in het geval van wildvang tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. |
Letselschade | De risicofactor in deze risicocategorie is niet van toepassing. |
Risicocategorie | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
Voedselopname | X | Stokstaartjes moeten dagelijks langdurig foerageren. |
Ruimtegebruik/veiligheid | X |
|
Thermoregulatie | X |
|
Sociaal gedrag | X |
|
Beoordeling per risicofactor
Risico's voor de mens
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
LG1 | ! (signalerend) | Bij het stokstaartje is het hoog-risico zoönotische pathogeen rabiësvirus aangetoond (Nel et al., 2004; van Staaden, 1994). Dit leidt alleen in het geval van wildvang tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
LG2 | Op basis van de grootte van stokstaartjes (Gilchrist et al., 2009) is het niet aannemelijk dat de dieren ernstig letsel zullen veroorzaken bij de mens. Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risico's voor dierenwelzijn/diergezondheid
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
V1 | Het stokstaartje is een insectivoor (Gilchrist et al., 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
V2 | Het stokstaartje heeft geen hypsodonte gebitselementen (Gilchrist et al., 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
V3 | X | Stokstaartjes foerageren 5-8 uur per dag (Myles & Montrose, 2015). Zij jagen op kleine voedsel-items, zoals schorpioenen, insecten, en hagedissen, die soms opgegraven moeten worden en dispers verspreid zijn (Gilchrist et al., 2009; Myles & Montrose, 2015). Stokstaartjes hebben een grote home range die tot 10 km2 groot is (Gilchrist et al., 2009). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
V4 | Het dieet van stokstaartjes bestaat uit schorpioenen, spinnen, kevers, larven van duizendpoten, hagedissen en kleine slangen (Gilchrist et al., 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
R1 | X | Stokstaartjes hebben een home range van 2-10 km2 (Gilchrist et al., 2009). Groepen stokstaartjes verdedigen en markeren deze home range samen (Gilchrist et al., 2009). Stokstaartjes maken gebruik van latrines op de grenzen van hun territorium (Jordan et al., 2007). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R2 | X | Stokstaartjes gebruiken een afgezonderde nestplaats voor het werpen en grootbrengen van jongen en als nachtrustplaats (Gilchrist et al., 2009). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R3 | Bij gevaar slaan stokstaartjes alarm en vluchten zij hun hol in (Gilchrist et al., 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
R4 | X | Stokstaartjes gebruiken zelf gegraven holen (van Staaden, 1994). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R5 | Voor stokstaartjes zijn er geen specifieke omgevingselementen essentieel (Gilchrist et al., 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
T1 | X | Stokstaartjes leven in een subtropisch en een droog tropisch en subtropisch klimaat (Gilchrist et al., 2009; Schultz, 2005). In het gebied waar stokstaartjes voorkomen, is de gemiddelde maximumtemperatuur 35 °C en de gemiddeld minimumtemperatuur 0-5 °C (Müller & Lojewski, 1986). In een subtropisch klimaat is de gemiddelde jaarlijkse neerslaghoeveelheid is maximaal 800-900 mm en in een droog tropisch en subtropisch klimaat is het maximaal 500 mm (Schultz, 2005). Stokstaartjes hebben een thermoneutrale zone tussen 30-32,5 °C (Müller & Lojewski, 1986; van Staaden, 1994). Het stokstaartje is aangepast aan een subtropisch en een droog tropisch en subtropisch klimaat. Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
T2 | X | Stokstaartjes zonnebaden op ochtenden wanneer de temperatuur onder 27 °C ligt (Habicher, 2009; Müller & Lojewski, 1986). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
T3 | Stokstaartjes zijn jaarrond actief (Gilchrist et al., 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
S1 | X | Stokstaartjes hebben een monogame en paarsgewijze leefwijze (Clutton-Brock & Isvaran, 2006; Gilchrist et al., 2009; Leclaire et al., 2013). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
S2 | X | Stokstaartjes leven in sociale groepen van 2-30 individuen, met een dominant paartje en meerdere subordinate mannetjes en vrouwtjes (Gilchrist et al., 2009; van Staaden, 1994). Het dominante paartje plant zich meer voort, markeert meer en wordt vaker verzorgd door subordinaten (Gilchrist et al., 2009). Er is sprake van een despotische dominantiehiërarchie. Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
S3 | Vrouwtjes zijn vanaf 1 jaar oud geslachtsrijp, maar werpen niet voordat ze 2 jaar oud zijn (Gilchrist et al., 2009; van Staaden, 1994). Vrouwtjes hebben een postpartum oestrus, waardoor dominante vrouwtjes 3 keer per jaar kunnen werpen. Vrouwtjes zijn 70 dagen drachtig en krijgen per worp 3-7 jongen. Stokstaartjes hebben een geboortepiek tijdens nattere en warmere periodes. Dominante stokstaartjes onderdrukken de voortplanting van subordinaten (Gilchrist et al., 2009). Stokstaartjes hebben geen grote kans op overbevolking. Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Verwijzingen
Clutton-Brock, T., & Isvaran, K. (2006). Paternity loss in contrasting mammalian societies. Biology Letters, 2(4), 513-516. doi:10.1098/rsbl.2006.0531
Gilchrist, J., Jennings, A., Veron, G., & Cavallini, P. (2009). Family Herpestidae (Mongooses). In D. Wilson, & R. Mittermeier, Handbook of the Mammals of the World: Vol. 1. Carnivores (pp. 564-658). Barcelona: Lynx Edicions.
Habicher, A. (2009). Behavioural cost minimisation and minimal invasive blood-sampling in meerkats (S. Suricatta, Herpestidae). Keulen: Universität zu Köln.
Jordan, N., Cherry, M., & Manser, M. (2007). Latrine distribution and patterns of use by wild meerkats: implications for territory and mate defence. Animal Behaviour, 73(4), 613-622.
Leclaire, S., Nielsen, J., Sharp, S., & Clutton-Brock, T. (2013). Mating strategies in dominant meerkats: evidence for extra‐pair paternity in relation to genetic relatedness between pair mates. Journal of Evolutionary Biology, 26(7), 1499-1507. doi:10.1111/jeb.12151
Müller, E., & Lojewski, U. (1986). Thermoregulation in the meerkat (Suricata suricatta Schreber, 1776). Comparative biochemistry and physiology - Part A: Comparative physiology, 83(2), 217-224.
Myles, S., & Montrose, V. (2015). The effects of olfactory stimulation on the behaviour of captive meerkats (Suricata suricatta). Journal of Zoo and Aquarium Research, 3(2), 37-42.
Nel, L., Sabeta, C., von Teichman, B., Jaftha, J., Rupprecht, C., & Bingham, J. (2005). Mongoose rabies in southern Africa: a re-evaluation based on molecular epidemiology. Virus research, 109(2), 165-173. doi:10.1016/j.virusres.2004.12.003
Schultz, J. (2005). The ecozones of the world, the ecological divisions of the geosphere. Aachen, Germany: Springer.
van Staaden, M. (1994). Suricata suricatta. Mammalian Species, 483(2), 1-8.
Wilson, D., & Reeder, D. (2005). Mammal species of the world. A taxonomic and geographic reference (3rd ed). Opgehaald van Mammal species of the world: https://www.departments.bucknell.edu/biology/resources/msw3/