Zwartkoptenrek
Dit dier staat niet op de huis- en hobbydierenlijst.
Hieronder leest u de beoordeling over dit dier.
Algemene informatie
Familie | Tenrecidae |
---|---|
Subfamilie | Tenrecinae |
Genus | Hemicentetes |
Soort | Hemicentetes nigriceps |
Gedomesticeerd | Nee |
Kruising | Nee |
Volwassen grootte | Kop-romp: 124-174 mm |
Gewicht | 39-129 g |
Dieet | Carnivoor |
Natuurlijke leefomgeving |
|
Levensverwachting | 2,5 jaar |
IUCN-status | “Least Concern” |
CITES | Niet vermeld |
Risicoklasse D
Bij de zwartkoptenrek zijn in drie risicocategorieën voor “gezondheid en welzijn dier” meerdere risicofactoren vastgesteld. Hierdoor valt de zwartkoptenrek in risicoklasse D.
Samenvatting beoordeling van de zwartkoptenrek
Indien er sprake is van één of meerdere relevante ernstige zoönose(n) die slechts met gespecialiseerde maatregelen beheersbaar is/zijn wordt de risicofactor aangekruist (!), maar telt deze niet mee in de eindscore. Indien er sprake is van een relevante ernstige zoönose die niet of nauwelijks beheersbaar is of er sprake is van risico op ernstige letselschade komt de diersoort direct onder risicoklasse F te vallen (XF). Indien de risicofactor van toepassing is, wordt deze aangekruist (X).
Risicocategorie | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
Zoönosen | ! (signalerend) | Bij de zwartkoptenrek zijn de hoog-risico zoönotische pathogenen Leptospira kirschneri en Yersinia pestis aangetoond. Dit leidt tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. |
Letselschade | De risicofactor in deze risicocategorie is niet van toepassing. |
Risicocategorie | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
Voedselopname | X |
|
Ruimtegebruik/veiligheid | X |
|
Thermoregulatie | X |
|
Sociaal gedrag | In deze risicocategorie zijn geen risicofactoren van toepassing. |
Beoordeling per risicofactor
Risico's voor de mens
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
LG1 | ! (signalerend) | Bij de zwartkoptenrek zijn de hoog-risico zoönotische pathogenen Leptospira kirschneri (Dietrich et al., 2014) en Yersinia pestis aangetoond (Duplantier et al., 2004). Dit leidt tot een signalerende toepassing van deze risicofactor. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
LG2 | Op basis van de grootte en morfologie van de zwartkoptenrek is het niet aannemelijk dat de dieren ernstig letsel zullen veroorzaken bij de mens (Eisenberg & Gould, 1970; Jenkins, 2018). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risico's voor dierenwelzijn/diergezondheid
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
V1 | De zwartkoptenrek is een carnivoor (Marshall & Eisenberg, 1996). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
V2 | De zwartkoptenrek heeft geen hypsodonte gebitselementen (Renvoisé & Michon, 2014). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
V3 | X | Zwartkoptenreks eten voornamelijk regenwormen en andere zachte invertebraten. De kleine, wijd verspreide prooidieren, die vaak uit het substraat moeten worden opgegraven, maken langdurig foerageren noodzakelijk (Eisenberg & Gould, 1970; Jenkins, 2018). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
V4 | X | Het dieet van de zwartkoptenrek bestaat voornamelijk uit regenwormen, maar ook andere zachte invertebraten (Marshall & Eisenberg, 1996). Zwartkoptenreks hebben kleinere tanden dan andere tenrek genera en zijn morfologisch aangepast aan het eten van zachte invertebraten in de grond (Eisenberg & Gould, 1970; Jenkins, 2018). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
R1 | Zwartkoptenreks vertonen markeergedrag, maar het is onbekend of het territoriale doeleinden heeft. Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over de home range grootte van de zwartkoptenrek. De home range van de aanverwante en sympatrische soort de gestreepte tenrek (Hemicentetes semispinosus) is c.0,4 ha (Eisenberg & Gould, 1970; Jenkins, 2018). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
R2 | X | Zwartkoptenreks gebruiken een afgezonderde nestplaats voor het werpen en grootbrengen van jongen en als rustplaats (Eisenberg & Gould, 1970; Jenkins, 2018). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R3 | De zwartkoptenrek vlucht richting een lage verstopplek bij tekenen van gevaar. Als vluchten niet voldoende is, stelt de zwartkoptenrek zich defensief op door de stekels rechtop te zetten en met de puntige uiteinden richting het gevaar te rennen (Eisenberg & Gould, 1970; Jenkins, 2018). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
R4 | X | Zwartkoptenreks gebruiken uitsluitend zelf-gegraven holen. Ze hebben goed ontwikkelde klauwen aan hun brede voorpoten waarmee ze goed kunnen graven (Eisenberg & Gould, 1970). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
R5 | Voor zwartkoptenreks zijn er geen specifieke omgevingselementen essentieel (Eisenberg & Gould, 1970). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
T1 | X | Zwartkoptenreks leven in een tropisch klimaat (Jenkins, 2018; Schultz, 2005). De gemiddelde minimumtemperatuur in het tropische deel en tropisch gebergte tot 2050 m hoogte van het leefgebied van zwartkoptenreks (Madagaskar) is 18 °C (met een uiterste minimumtemperatuur van 0 °C). De gemiddelde maximumtemperatuur is 30 °C (met een uiterste maximumtemperatuur van 40 °C). De gemiddelde jaarlijkse neerslaghoeveelheid varieert van 500-1500 mm in gebieden met een regenseizoen in de zomer tot 2000-4000 mm in tropisch regenwoudgebieden met jaarrond regen. De luchtvochtigheid is 90-100% (Schultz, 2005).De zwartkoptenrek is aangepast aan een tropisch klimaat. Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
T2 | Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over het gebruik van zoel-, koel- of opwarmplaatsen. Het gebruik hiervan wordt ook niet aannemelijk geacht omdat zwartkoptenreks gebruik maken van een hol (Eisenberg & Gould, 1970). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
T3 | X | Zwartkoptenreks houden een obligate winterslaap (Jenkins, 2018). Deze risicofactor is daarom van toepassing. |
Risicofactor | Van toepassing | Toelichting |
---|---|---|
S1 | Zwartkoptenreks hebben een polygame leefwijze (Eisenberg & Gould, 1970). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
S2 | Zwartkoptenreks leven solitair (Eisenberg & Gould, 1970). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. | |
S3 | Vrouwtjes zijn geslachtsrijp vanaf 30-35 dagen en kunnen twee keer per jaar werpen. Vrouwtjes zijn 55-58 dagen drachtig en krijgen per worp 1-5 jongen. Zwartkoptenreks hebben een paarseizoen van begin oktober t/m eind maart (Eisenberg & Gould, 1984; Jenkins, 2018). Zwartkoptenreks hebben geen grote kans op overbevolking. Deze risicofactor is daarom niet van toepassing. |
Verwijzingen
Dietrich, M., Wilkinson, D. A., Soarimalala, V., Goodman, S. M., Dellagi, K. & Tortosa, P. (2014). Diversification of an emerging pathogen in a biodiversity hotspot: Leptospira in endemic small mammals of Madagascar. Molecular Ecology. 23(11). 2783-2796.
Duplantier, J. M., Duchemin, J. B., Chanteau, S. & Carniel, E. (2005). From the recent lessons of the Malagasy foci towards a global understanding of the factors involved in plague reemergence. Veterinary Research. 36(3). 437-453.
Eisenberg, J. & Gould, E. (1970). The Tenrecs: a study in mammalian behavior and evolution. Washington: Smithsonian Insitution Press.
Eisenberg, J. F. & Gould, E. (1984). The insectivores. In A. Jolly, P. Oberle & R. Albignac, Key environments: Madagascar (pp. 155-165). Exeter: A. Wheaton & Co ltd.
Jenkins, P. D. (2018). Family Tenrecidae. In D. E. Wilson & R. A. Mittermeier, Handbook of the mammals of the world (Vol. 8, pp. 48 - 71). Barcelona: Lynx Edicions.
Marshall, C. D. & Eisenberg, J. F. (1996). Hemicentetes semispinosus. Mammalian Species. 541. 1-4.
Renvoisé, E. & Michon, F. (2014). An Evo-Devo perspective on ever-growing teeth in mammals and dental stem cell maintenance. Frontiers in Physiology. 5. 324.
Schultz, J. (2005). The ecozones of the world, The Ecological Divisions of the Geosphere (2 ed.). Berlin: Springer.
Symonds, M. R. (1999). Life histories of the Insectivora: the role of phylogeny, metabolism and sex differences. Journal of Zoology. 249(3). 315-337.