Veelgestelde vragen regeling Huisvesting Grote Gezinnen Vergunninghouders

Als een gezin in zijn geheel of gedeeltelijk op een locatie verblijft op basis van de HAR, dan valt het gezin onder de doelgroep van de regeling.

Als een gezin in zijn geheel in een tussenvoorziening is gehuisvest in een gemeente, dan behoort het gezin niet tot de doelgroep van de regeling. Voor dit gezin kunt u wel subsidie aanvragen als een gedeelte van het gezin al in een tussenvoorziening is gehuisvest dat niet geschikt is voor het gehele gezin en de rest van het gezin nog als nareiziger volgt. Deze nareizende gezinsleden moeten beschikken over een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv).

Nee, de gezinsleden die nareizigers zijn, moeten al beschikken over een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv). De mvv moet dus al zijn toegekend en niet alleen zijn ingediend.

In dat geval krijgt de gemeente maximaal € 35.000 inclusief btw vergoed. Dat is het maximale bedrag voor gezin van 6 tot en met 9 personen.

Aanpassingen

Onder aanpassingen valt het aanpassen van de woning zodat deze woning geschikt is voor huisvesting van een groot gezin vergunninghouders. Voorbeelden van aanpassingen zijn het plaatsen van:

• een tussenwand
• een dakkapel
• een aanbouw

Transformatie

Onder transformatie verstaan we het verbouwen van panden met een andere bestemming dan wonen, bijvoorbeeld een voormalige zorgpand. Na de verbouwing worden deze panden geschikt voor bewoning door een gezin van 6 personen of meer.

Nieuwbouw

Bij nieuwbouw denkt u aan:

• nieuwbouwprojecten die op de planning staan
• waar de bouwwerkzaamheden nog niet zijn gestart.

Deze nieuwbouwprojecten worden dan geschikt gemaakt voor bewoning door een groot gezin. Dat kan bijvoorbeeld door extra aanpassingen aan de woningen (toevoeging dakkapel), of het samenvoegen van 2 (flex)woonunits. Bij elke vorm van verbouw moeten de werkzaamheden binnen 12 maanden na toekenning van de middelen zijn afgerond en woont het grote gezin in de woning.

De specifieke uitkering is niet bedoeld voor verduurzaming van een woning als:

• de woning zonder aanpassing al geschikt is voor bewoning door een groot gezin.
• de verduurzaming niet in direct verband staat met de verbouwing.

De verduurzaming moet nodig zijn om de woning bewoonbaar te maken voor een groot gezin. Denk aan:

• de isolatie van een voormalig zorgpand, omdat anders de energiekosten voor een groot gezin onbetaalbaar zijn.
• bij aanpassing van een woning een dakkapel kiest voor extra isolerende ramen en goede isolatie van de gehele zolder.

Alleen zonnepanelen plaatsen op een al geschikte woning voor een groot gezin valt dus niet onder deze regeling. Net als verduurzamingsmaatregelen die losstaan van de verbouwing. Bijvoorbeeld op de benedenverdieping een tussenwand plaatsen in combinatie met zonnepanelen. Deze maatregelen hebben namelijk niets met elkaar te maken.

Door aanpassing van een object voor de bewoning van een groot gezin kan sprake zijn van huurderving (minder huuropbrengst). Dit is bijvoorbeeld het geval als u 2 objecten samenvoegt. Of omdat voor de woning door de aanpassingen minder huur kan worden gevraagd op basis van het puntenstelsel. Of omdat een woning verbouwd moet worden en hierdoor tijdelijk niet bewoonbaar is. Er kan maximaal voor een periode van een jaar een tegemoetkoming voor verminderde huuropbrengst worden verleend. Huurderving kan niet worden opgevoerd als er geen noodzakelijke aanpassingen aan de woning worden gedaan. U kunt dus geen aanvraag indienen voor minder huuropbrengst zonder ook een tegemoetkoming voor verbouwkosten aan te vragen.

Als gemeente verantwoordt u zich één keer per jaar over de besteding en uitvoering via de SiSa-systematiek (Single information, Single audit). De SiSa-coördinator van uw gemeente of provincie kan u hierover meer vertellen.

Verantwoordt u zich niet, of voor een deel van het budget? Dan vorderen we dit bedrag terug. Dit gebeurt ook als het budget niet volledig of niet volgens de voorwaarden van de regeling is besteed.

Bekijk de pagina Single information, Single audit (SiSa) voor meer informatie.

Het kan zijn dat u kosten maakt waar u btw over moet betalen. Deze btw kunt u in veel gevallen terugvragen bij het BTW-compensatiefonds (BCF). U geeft bij uw aanvraag aan op welk bedrag u aanspraak wilt maken op het BCF. Houd bij het inschatten van dit bedrag rekening met de regelgeving van het fonds. Deze regels vindt u op de website van het Ministerie van Financiën.

Het aangegeven bedrag in uw aanvraag zullen wij niet aan u uitkeren, maar wordt ingehouden op de te verstrekken uitkering. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties draagt het bedrag af aan het BCF.

Bijvoorbeeld, de btw die u terugvraagt, moet betaald zijn over een niet-ondernemerstaak en er is geen sprake van verstrekking aan een individuele derde. Het gaat dus om taken die u als gemeente zelf zou kunnen uitvoeren, als niet-ondernemer, maar in plaats daarvan heeft gekozen voor uitbesteding.

Wanneer de gemeente kosten vergoedt die burgers of bedrijven maken om de huisvesting voor grote gezinnen vergunningshouders uit te voeren, maakt u geen aanspraak op het fonds. De gemeente is dan namelijk niet de afnemer van de uitgevoerde maatregel. In btw-termen wordt dit de ‘prestatie’ genoemd.