Gevolgen aflopen van de bestaande energieconvenanten
De convenanten van de Meerjarenafspraken energie-efficiëntie (MJA3/MEE) eindigden op 31 december 2020. Begin 2021 was de laatste monitoringronde van MJA3 en MEE.
Deelname aan één van de energieconvenanten (MJA3 of MEE) gaf tot nu toe op sommige punten een invulling van of een vrijstelling voor een wettelijke verplichting.
Uw convenant is afgelopen, wat nu?
Door het aflopen van de convenanten valt uw bedrijf of instelling vanaf 1 januari 2021 onder de geldende wettelijke verplichtingen. Het aflopen van de energieconvenanten heeft bijvoorbeeld per direct gevolgen voor bedrijven en instellingen die auditplichtig zijn op grond van de Europese Energie-Efficiëntie Richtlijn (EED). Afhankelijk van uw situatie zijn voor uw bedrijf of instelling de onderstaande verplichtingen van toepassing.
Europese Energie-Efficiëntie Richtlijn (EED)
Niet-mkb-ondernemingen moeten elke vier jaar een energie-audit bij ons indienen. Op de website van EED vindt u meer informatie over deze Europese verplichting en volgens welke criteria een onderneming auditplichtig is. Ook vindt u hier de alternatieve invullingen van de EED-auditverplichting, zoals bijvoorbeeld een ISO 50001-certificaat en een aantal keurmerken. Uiterlijk 31 december 2020 moet de audit zijn uitgevoerd en het auditverslag zijn ingediend. Op deze deadline is geen uitstel mogelijk.
Tot nu toe gold een goedgekeurd Energie-efficiëntieplan (EEP) als vrijstelling voor de EED-auditverplichting. Deze vrijstelling vervalt door het aflopen van het MJA3- en het MEE-convenant. Wij hebben het afgelopen jaar een inschatting gemaakt welke ondernemingen auditplichtig zijn. En hebben die ondernemingen hierover schriftelijk geïnformeerd. Voor de nieuwe convenanten wordt onderzocht of een vrijstelling voor de EED-auditplicht in de toekomst opnieuw mogelijk is.
Energiebesparingsplicht op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer
Is uw bedrijf of instelling niet vergunningsplichtig, maar valt het wel onder de energiebesparingsplicht op grond van het Activiteitenbesluit? Dan bent u verplicht om alle energiebesparende maatregelen te nemen met een terugverdientijd van vijf jaar of minder. De energiebesparingsplicht geldt op dit moment ook als u deelneemt aan een van de convenanten. Per 1 januari 2021 verandert dit niet. Uw bevoegd gezag kan wel contact met u opnemen om af stemmen hoe u vanaf 1 januari 2021 blijft voldoen aan deze plicht. Voor meer informatie, kijk op onze website en de website van Infomil. Op dit moment wordt gewerkt aan een verbreding van de energiebesparingsplicht met CO2. Deze wijziging treedt op zijn vroegst 1 januari 2023 in werking.
Informatieplicht energiebesparing op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer
Valt uw bedrijf of instelling onder de Energiebesparingsplicht (zie punt 2 hierboven)? Dan moet u sinds 2019 elke vier jaar rapporteren welke energiebesparende maatregelen u heeft uitgevoerd. Alle deelnemers aan MJA3 en MEE hadden hier in de eerste ronde in 2019 een vrijstelling voor. De volgende ronde voor het indienen van een rapportage onder de informatieplicht is in 2023. Daarom hoeft u pas in 2023 een rapportage voor de Informatieplicht op te stellen.
Energiebesparingseisen in de vergunning
Is uw bedrijf of instelling vergunningsplichtig? Dan staan er mogelijk energiebesparingseisen in uw omgevingsvergunning. Deze eisen moet u naleven. De omgevingsvergunning gold ook toen u deelnam aan een van de convenanten. Per 1 januari 2021 is dit niet veranderd. Mogelijk dat bij een herziening van uw omgevingsvergunning na 1 januari 2021 het bevoegd gezag nieuwe of herziene energiebesparingseisen in de vergunning opneemt.
Met de Wetchecker Energiebesparing bepaalt u welke van de bovenstaande verplichtingen gelden voor uw bedrijf of instelling én welke andere verplichtingen nog meer van toepassing zijn (onder andere energielabels).
Gesprekken over nieuwe klimaatconvenanten
Met het Klimaatakkoord als basis praten maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven met de overheid over de wens en de noodzaak tot het afsluiten van nieuwe convenanten. De gesprekken gaan over het afsluiten van drie nieuwe convenanten, elk met een eigen doelgroep en doelstelling. Belangrijk uitgangspunt voor deze drie convenanten is dat bedrijven en instellingen door een bovenwettelijke inspanning een aanvullende bijdrage gaan leveren aan het behalen van de doelstellingen van het Klimaatakkoord.
Voor de industrie zijn VNO-NCW, enkele brancheorganisaties en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) met elkaar in gesprek over mogelijk twee nieuwe convenanten, namelijk:
- Een convenant voor industriële bedrijven die onder de CO2-heffing vallen. Dit convenant is vooral gericht op elektriciteits-efficiëntie. Deze groep heffingsplichtige bedrijven bestaat uit deelnemers aan het Europese emissiehandelssysteem (EU ETS), waaronder een aantal bedrijven met substantiële lachgasemissies, en de afvalverbrandingsinstallaties (AVI’s).
- Een convenant voor de industriële bedrijven die niet onder de CO2-heffing vallen, gericht op CO2-reductie.
Voor de dienstensectoren voeren het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK), samen met andere betrokken partijen, een verkenning uit naar een nieuw convenant. Vanaf 31 mei 2023 start de portefeuilleaanpak. Met deze aanpak gaan bedrijven en instellingen vrijwillig een bovenwettelijke bijdrage leveren aan de doelstellingen van het Klimaatakkoord. In ruil daarvoor kunnen ze voor hun hele vastgoedportefeuille rapporteren over de verduurzaming met een jaarlijks rapport.
Zodra meer bekend is over de resultaten van de gesprekken over de nieuwe convenanten zal uw brancheorganisatie en/of VNO-NCW uw bedrijf of instelling hiervan op de hoogte brengen. Ook als u vragen heeft over de nieuwe convenanten kunt u bij hen terecht.