Stand van RVO: Brexit Adjustment Reserve (BAR)
Wij zien een landschap van regelingen, programma’s en wet- en regelgeving dat veel te omvangrijk is geworden. Daardoor zijn grote delen van dit landschap te complex en zien we dat zorgvuldig ontworpen instrumenten elkaar in de praktijk beconcurreren of conflicteren. Onze klanten ervaren dit ook. Via de Stand van RVO proberen wij hun signalen aan het licht te brengen.
Welke regeling?
Brexit Adjustment Reserve (BAR)
Achtergrondinformatie
De Brexit Adjustment Reserve-bedrijfslevenregeling (BAR) geeft een tegemoetkoming voor aanpassingskosten door het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie (Brexit). De regeling bestaat uit 2 delen: een regeling voor gemaakte kosten en een regeling voor nog te maken kosten. Het gaat daarbij onder meer om kosten als opleiding, voorlichtingscampagnes en ICT-aanpassingen, en niet om omzetverlies. De Tegemoetkoming gemaakte kosten is bedoeld voor het compenseren van kosten die u al gemaakt heeft door de Brexit.
Voor deze subsidie moet u in elk geval aan de volgende voorwaarden voldoen:
- U kunt aantonen dat de activiteiten waarvoor u subsidie aanvraagt, plaatsvonden door de Brexit.
- U stond op 1 januari 2021 in het KVK-handelsregister ingeschreven.
- Uw bedrijf was op 1 januari 2021 of daarna niet failliet.
- Uw bedrijf verkeerde voor 1 januari 2021 niet in financiële moeilijkheden.
- Aan uw bedrijf is op het moment van aanvraag geen surséance (uitstel) van betaling verleend en er is geen verzoek daartoe ingediend.
- U vroeg niet meer dan de maximale staatssteun aan.
- U voldoet aan de douanevereisten:
- U moet door Brexit sinds 1 januari 2021 douaneaangiften doen voor het importeren van goederen uit of exporteren van goederen naar een land buiten de Europese Unie. Terwijl u dit van 2015 tot en met 2020 niet hoefde te doen.
- Deed u tussen 2015 en 2020 wel douaneaangiften voor het importeren van goederen uit of exporteren van goederen naar een land buiten de Europese Unie? Dan kon u alleen in aanmerking komen voor deze subsidie als door Brexit:
- Uw totale omzet door handelsactiviteiten met landen buiten de Europese Unie in 2021 met ten minste 25% is toegenomen ten opzichte van 2020.
- Of het aantal douaneaangiften in 2021 met ten minste 25% is toegenomen ten opzichte van 2020.
- Minimaal € 5.000 van de totale omzet in het jaar 2020 kwam uit:
- Handelsactiviteiten met het Verenigd Koninkrijk.
- Of uit handelsactiviteiten met landen binnen de Europese Unie, waarvoor het noodzakelijk was om zich in of door het Verenigd Koninkrijk te verplaatsen (doorvoer).
- U heeft een administratie bijgehouden van de gemaakte kosten. Op verzoek moet u ons deze kunnen overhandigen.
- Alleen kosten die gemaakt en betaald zijn van 1 januari 2018 tot en met 31 oktober 2022 komen in aanmerking voor subsidie.
Waar knelt het? Wat horen wij van ondernemers?
Ondernemers ervoeren de Brexit Adjustment Reserve (BAR) als veel te complex en slecht aansluitend op de praktijk. Dat de regeling erg laat opende - ruim 20 maanden na de Brexit - zorgde voor veel (administratieve) druk bij de ondernemers. Als de voorwaarden voor de BAR al in 2019 waren opgesteld, hadden ondernemers daar beter op kunnen inspelen. Meerdere ondernemers maakten daardoor kosten die de BAR uiteindelijk niet vergoedde. Zo bleek bijvoorbeeld dat de kosten van tijdelijk ingehuurd personeel – specifiek vanwege de Brexit – opgevoerd konden worden, maar alleen als zij extra werkzaamheden uitvoerden. Veel ondernemers lieten de extra werkzaamheden echter door hun eigen personeel uitvoeren en huurden externe medewerkers in voor het reguliere proces. Deze inhuur van externe medewerkers werd niet vergoed.
Kleine ondernemers liepen aan tegen een te ingewikkelde mkb-test. Ook ‘verdwaalden’ veel aanvragers in de aanvraagprocedure. Als een aanvraag wél lukte, bleek de bewijslast vervolgens enorm. Ondernemers moesten soms tot tienduizenden documenten aanleveren, tot een paar jaar terug. Het gevolg? Gefrustreerde ondernemers en aanvragen die niet afgemaakt werden. Waar verwacht werd dat duizenden ondernemers met de BAR geholpen konden worden, kwamen slechts 166 aanvragen binnen. En van het totale budget van € 218 miljoen werd minder dan 3% aangevraagd (ruim € 5 miljoen).