RED III – Versnellingsgebieden voor Hernieuwbare Energie
De RED III (Renewable Energy Directive III) is de Europese richtlijn die lidstaten verplicht om gebieden aan te wijzen voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie en de daarbij behorende infrastructuur. Dankzij nieuwe regels kunnen de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energieprojecten versnellen. In Nederland brengen we versnellingsgebieden in kaart via een inventarisatie van rijks-, provinciale- en gemeentelijke initiatieven. Op deze pagina vindt u informatie over hoe u gebieden kunt aandragen voor de inventarisatie, de deadlines en de verdere procedure.
Internetconsultatie tot en met 20 maart 2025
De wetgeving voor RED III ligt van 20 februari tot en met 20 maart 2025 ter consultatie. Tijdens deze periode kunt u feedback geven op de wetgeving. Het wetsvoorstel bekijken en erop reageren kan via onderstaande knop.
Wat is RED III?
RED III is de 3e versie van de Europese richtlijn voor hernieuwbare energie. De herziene richtlijn heeft als doel om de energietransitie te versnellen, zodat Europa minder afhankelijk wordt van het buitenland en de Europese klimaatdoelen dichterbij komen. Een belangrijk onderdeel van RED III richt zich op het versnellen van procedures rond natuur- en milieuvergunningen. Voor Nederland houdt dit onder andere in dat we gebieden moeten aanwijzen die versneld ingezet kunnen worden voor de opwek van hernieuwbare energie en de benodigde infrastructuur.
In de uiteindelijke versnellingsgebieden kan, onder bepaalde voorwaarden, worden afgeweken van Europese natuur- en milieuwetgeving. Dit maakt het mogelijk om de milieueffectrapportage op projectniveau (projectMER), de passende beoordeling en soortenbeschermingstoets vervangen worden door een snelle ‘screening’ van maximaal 45 dagen. Voor zon-, wind-, en infratstructuurprojecten wordt het onder veel voorwaarden mogelijk om financiële compensatie toe te passen voor de bescherming van gebieden en soorten waar dit voorheen niet kon. Hiervoor moeten wel eerst een uitgebreidere PlanMER en eventueel een passende beoordeling en soortenbeschermingstoets per gebied worden uitgevoerd.
Een gebied kan alleen als versnellingsgebied worden aangewezen als het onderdeel is van de gecoördineerde inventarisatie. Dit is de inventarisatie van gebieden met projecten die kunnen bijdragen aan meer hernieuwbare energie in de energiemix. In juni 2024 heeft de voormalige minister van Klimaat en Energie de Tweede Kamer geïnformeerd over RED III met Kamerbrief 31239-396.
Gebied aandragen voor mapping
Gemeenten en provincies konden tot 1 november 2024 gebieden aandragen die mogelijk geschikt zijn als versnellingsgebied. Het vrijblijvend aandragen van gebieden biedt de kans om projecten in de regio vroegtijdig in beeld te brengen en toekomstige versnellingsopties te verkennen. Er zijn geen verplichtingen aan verbonden. Aanmelding in deze fase betekent alleen dat het gebied wordt opgenomen in de mapping – de eerste inventarisatie van gebieden.
Na de deadline worden de aangedragen gebieden beoordeeld op geschiktheid. Begin maart wordt de definitieve lijst van de ‘mapping’ gepubliceerd. De definitieve aanwijzing van de versnellingsgebieden vindt plaats in fasen en wordt ondersteund door een milieueffectrapportage (PlanMER). Uiterlijk 21 februari 2026 wordt minimaal 1 versnellingsgebied definitief aangewezen.
Ook na aanwijzing is het niet verplicht gebruik te maken van de instrumenten die RED III biedt en kunnen de huidige procedures nog steeds gebruikt worden. Er gelden in de versnellingsgebieden wel kortere maximale termijnen voor de vergunningsprocedures.
In maart vindt een consultatie plaats over de lijst van aangedragen versnellingsgebieden.
Voordelen van RED III
De voordelen voor het aanwijzen van versnellingsgebieden bestaan uit 2 delen:
- Snellere vergunningsprocedure (kortere beslistermijnen en het vervallen van de Project-MER en natuurtoetsen op projectniveau).
- Financiële compensatie (voor bepaalde typen hernieuwbare-energieprojecten).
Snellere vergunningsprocedures
In versnellingsgebieden kunnen de vergunningsprocedures versneld worden. De richtlijn maakt onderscheid tussen:
- Gebieden voor hernieuwbare energieopwekking.
- Energie-infrastructuur en energieopslag.
In deze gebieden kunnen vergunningen sneller worden verleend omdat de milieueffecten op gebiedsniveau al zijn onderzocht. In plaats van een uitgebreide Project-MER op projectniveau door de ontwikkelaar, volstaat een snelle screening door het bevoegd gezag van 45 dagen, mits er vooraf een uitgebreide PlanMER en passende beoordeling op gebiedsniveau zijn uitgevoerd.
Financiële compensatie
Financiële compensatie is onder voorwaarden mogelijk voor wind-, zon- en infrastructuurprojecten waarbij geen alternatieven zijn, mitigerende maatregelen niet genoeg zijn en fysieke compensatie niet mogelijk is. Denk aan projecten die Natura2000-gebieden niet kunnen ontwijken of aan soortenbescherming. Deze optie is vooral bedoeld voor cruciale projecten die anders niet uitgevoerd kunnen worden. Het is echter belangrijk om hier terughoudend mee om te gaan, gezien de kwetsbare staat van de natuur in Nederland. Bovendien vraagt een compensatietraject extra tijd en onderzoek, waardoor het niet direct een versnellingsmaatregel is.
In onderstaand bestand wordt uitgebreid ingegaan op de mogelijke meerwaarde van RED III bij energieprojecten.
Tijdlijn RED III - versnellen
Na 1 november 2024 wordt er een grondige evaluatie uitgevoerd van de aangedragen gebieden. De selectie van versnellingsgebieden vindt in verschillende fasen plaats, waarbij rekening wordt gehouden met milieueffectrapportages (planMER). Uiterlijk 21 februari 2026 dient Nederland tenminste 1 versnellingsgebied te hebben aangewezen.

- Februari 2025: Start internetconsultatie wetgeving RED III. Internetconsultatie van de algemene maatregel van bestuur (AMvB), waarin we de wet verder invullen, volgt op een later moment.
- Maart 2025 - Consultatie van de inventarisatie in de vorm van een internetconsultatie, waarmee de inventarisatie openbaar wordt gemaakt.
- 25 mei 2025 - Uiterlijk op deze datum moet de afgeronde en vastgestelde mapping worden aangeleverd bij de Europese Unie. Dit betekent niet automatisch dat deze gebieden versnelde uitrolgebieden worden. De beslissing hierover kan genomen worden tot 21 februari 2026.
- 21 februari 2026 - Uiterste datum voor de aanwijzing van tenminsten 1 gebied in Nederland. Op deze datum volgt de definitieve aanlevering van de aangewezen gebieden bij de EU.
Veelgestelde vragen
Hieronder vindt u de antwoorden op de meest voorkomende vragen over RED III.
Volgens de RED III is dit: “een gebied voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie: een specifieke locatie of gebied, te land, ter zee of op binnenwateren, die/dat een lidstaat heeft aangewezen als bijzonder geschikt voor de installatie van installaties voor de productie van hernieuwbare energie” (Art. 1 para. 1 lit. c RED III).
Het gebied is nodig voor de inzet van hernieuwbare energie en bijbehorende opslag en infrastructuur voor de nationale bijdragen aan het algemene streefcijfer van de EU. Er geldt geen minimum of maximum grootte (maar hoe groter het gebied, des te langer de planMER waarschijnlijk duurt). Het gebied kan op land of in zee liggen. Het is mogelijk om een groter gebied op te nemen in de mapping en een gedeelte hiervan (in een later stadium) aan te wijzen als versnellingsgebied.
In een versnellingsgebied kunnen één of meerdere initiatieven zitten. Het gaat dus nadrukkelijk om een gebied, niet per sé een individueel initiatief. Het is wel mogelijk dat het om één initiatief gaat. Deze mogelijkheid is aanvullend op alle maatregelen die we al nemen om de energietransitie te versnellen. Het is een optie, geen verplichting. Ook na het aanwijzen van een gebied als versnellingsgebied kan worden teruggevallen op de reguliere procedures voor projecten. Binnen de gebieden gelden wel kortere maximale termijnen voor vergunningsprocedures.
Voor de versnelde uitrolgebieden voor opwek en opslag gelden de volgende vereisten:
- Er is een “mapping” geweest van de totale opgave.
- Uitsluiten van Natura 2000-gebieden, uitgezonderd al kunstmatige en bebouwde oppervlakten binnen beschermde natuur (alleen voor categorie A).
- Voorrang voor bebouwde omgeving (meervoudig ruimtegebruik).
- PlanMER uitgevoerd om vaststellen dat er geen significante milieueffecten zijn (of na mitigatie of compensatie niet).
- Specifieke regels voor mitigatie en compensatie opgesteld.
- Er zijn geen negatieve milieu-effecten in het buitenland.
- Keuzes worden openbaar en periodiek geactualiseerd.
- Er vindt screening door bevoegd gezag in vergunningsfase plaats of er toch significante negatieve effecten zijn.
- Promotie acceptatie door directe of indirecte participatie van de lokale gemeenschap.
Voor hernieuwbare energie-infrastructuur en opslag gelden de volgende specifieke voorwaarden:
- Mogelijk voor projecten waar een planMER al is uitgevoerd voor de datum van invoering van deze richtlijn.
- De richtlijn sluit gebieden met beschermde natuur uit, maar bij versnellingsgebieden voor energie-infrastructuur is het doorkruisen van beschermde natuur wel mogelijk als er geen redelijke alternatieven zijn.
- Hebben geen negatieve milieueffecten in het buitenland.
Het ministerie van Klimaat en Groene Groei draagt zelf ook gebieden aan voor de mapping. Alle voorgenomen (rijks)initiatieven worden opgenomen. Deze hoeven niet nogmaals aangedragen door provincies of gemeenten.
De volgende programma’s zijn opgenomen in de mapping:
- Nationale Omgevingsvisie
- Nationaal Plan Energiesysteem
- Ontwerp Programma Energie Hoofdstructuur
- Programma Noordzee
- Cluster Energie Strategieën
- Structuurvisie buisleidingen
- Opwek Energie op Rijksvastgoed
- Nationaal Programma Regionale Energie Strategieën
- Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat
Voor alle nieuw te starten plan-MER-procedures voor hernieuwbare energie waar het ministerie opdrachtgever is, is besloten om de mogelijkheid om conform RED III te werken altijd te verkennen.
Hernieuwbare energie volgens RED III is energie uit hernieuwbare niet-fossiele bronnen, namelijk windenergie, zonne-energie (thermische zonne-energie en fotovoltaïsche energie) en geothermische energie, osmose-energie, omgevingsenergie, getijdenenergie, golfslagenergie en andere energie uit de oceanen, waterkracht, en energie uit biomassa, stortgas, gas van rioolzuiveringsinstallaties en biogas. Daarnaast vallen installaties eronder voor de opwekking van hernieuwbare energie, waaronder hernieuwbare waterstof, evenals alles wat nodig is voor de aansluiting op het net en voor de opslag van de opgewekte energie. Onder gerelateerde infrastructuur wordt onder RED III verstaan elektriciteits-, gas-, en warmtenetten of opslag die nodig zijn om hernieuwbare energie in het energiesysteem te integreren.
RED III is onderdeel van het REPowerEU-plan en heeft als doel een snellere uitrol van hernieuwbare energie. Naast klimaatdoelstellingen zijn leveringszekerheid van energie (mede in verband met de gevolgen van de Oekraïne-oorlog) en concurrerend vermogen van de EU belangrijke doelstellingen van RED III. Met de herziening van de richtlijn wordt het doel voor het aandeel hernieuwbare energie verhoogd tot minimaal 42,5% in 2030 voor de EU en 39% voor Nederland. Een onderdeel van RED III betreft het versnellen van procedures rond natuur- en milieuvergunningen.
Iedereen kan feedback direct indienen via het daarvoor bestemde internetconsultatieplatform (overheid.nl). Hier kunnen opmerkingen, suggesties en aanvullende gegevens over de aangedragen gebieden worden gedeeld.
Bekijk de volledige lijst van veelgestelde vragen in onderstaand document. Dit document wordt regelmatig aangevuld met nieuwe vragen en antwoorden.
Vragen over RED III?
Neem contact op met: red3@minezk.nl.
- Ministerie van Klimaat en Groene Groei