Natuurinclusieve gebouwde omgeving
Duurzaamheid in de gebouwde omgeving is meer dan energiebesparing. Ook natuurinclusiviteit is belangrijk. Als natuur een vanzelfsprekend onderdeel is van de gebouwde omgeving, verbetert de leefbaarheid én de biodiversiteit. Denk aan parken, groene daken en bloemrijke bermen langs fietspaden waarlangs ook dieren reizen van de stad naar het buitengebied.

Natuur in de gebouwde omgeving heeft naast biodiversiteit meer voordelen:
- Groen beperkt gevolgen van klimaatverandering zoals wateroverlast en hittestress. Bijvoorbeeld natuur slaat water op als buffer.
- Mensen gaan in een groene omgeving eerder naar buiten, krijgen meer beweging en komen elkaar vaker tegen. Een omgeving met meer natuur, zorgt zo voor een betere gezondheid, sociale verbinding en een groter welzijn.
- Groen speelt een rol bij luchtzuivering en vangt bijvoorbeeld stof af. Het heeft daarmee een positieve invloed op de luchtkwaliteit in de stad.
- Meer groen is ook gunstig voor het vestigingsklimaat. Een groene omgeving trekt bedrijven aan en verhoogt de waarde van vastgoed.

Bekijk natuurinclusiviteit op 3 schaalniveaus
Wilt u de natuurinclusiviteit van uw gebouwde omgeving verbeteren? Het is belangrijk dat u dan op 3 groottes (schaalniveaus) naar de natuur kijkt en wat deze niveaus met elkaar te maken hebben.
Regionaal- en stedelijk schaalniveau
- Als u de natuur in de gebouwde omgeving verbetert, kunt u dat hiermee combineren:
- Maatregelen die nodig zijn tegen water- en hitteoverlast.
- Behoefte aan parken en groene fietsroutes.
- Kansen die ontstaan door woningbouw of aanpassingen aan wegen en spoorlijnen.
- Sluit ecosystemen op elkaar aan door groenblauwe verbindingen tussen stad en land. Maken dieren en planten bijvoorbeeld gebruik van de bestaande waterlopen en bermen? Missen er verbindingen of zijn er andere verbeteringen aan te brengen?
- Zorg voor duidelijkheid over de natuurdoelen voor uw stad. Wat zijn bijvoorbeeld de gidssoorten: dieren- en plantensoorten die bij de specifieke landschaps-ecologische situatie van die stad passen.
Wijk- en buurtniveau
- Gebruik de dynamiek van (woning)bouw en het beheer van de openbare ruimte om:
- het stedelijk gebied groener te maken;
- groengebieden met elkaar te verbinden en;
- de kwaliteit van de leefgebieden voor planten en dieren te verbeteren.
- Informeer als overheid de ontwikkelaars en architecten: vertel hoe ze aan een groter ecologisch systeem bijdragen.
- Bekijk de mogelijkheden om te ‘ontstenen’. En om de ruimte dubbel te gebruiken, zoals parken op daken of spoorlijnen die niet meer in gebruik zijn.
Gebouw- en straatniveau
- Maak ruimte voor groen met bijvoorbeeld:
- bloemrijke bermen
- nestkastjes en -stenen
- natuurlijke oevers en poelen
- gevel- en daktuinen (ook op bijvoorbeeld bushokjes)
- Zorg voor samenhang tussen natuurinclusieve maatregelen aan gebouwen en in het openbaar groen. Denk aan de vogel in het nestkastje die ook voedsel moet vinden in de buurt.
- Steun bewonersinitiatieven en geef tuintips.
- Gebruik het document Biodiversiteit en klimaatadaptatie: indicatoren en methodiek. Dit geeft een Programma van Eisen voor de buitenkant van het (school)gebouw. Ook legt het een verbinding met de directe omgeving. Of download het hele rapport met onderbouwing.
Ook meer natuur in de gebouwde omgeving?
Wilt u ook de gebouwde omgeving natuurinclusiever maken? Voor provincies, gemeenten, architecten, vastgoedontwikkelaars en woningcorporaties is er een aanpak die mogelijkheden biedt. De hele aanpak staat in de storymap 'natuurinclusieve verstedelijking' met informatie, praktijkvoorbeelden, afbeeldingen en doorklikbare kaarten.
Bekijk voor meer informatie de pagina Natuurinclusieve verstedelijking
Meer weten?
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur