Gesloten voor aanvragen

Voorwaarden voor inzet Programmatoeslag TKI

Laatst gecontroleerd op:
30 december 2021
Gepubliceerd op:
27 februari 2017

Het TKI kan de programmatoeslag inzetten voor samenwerkingsprojecten, netwerkactiviteiten of innovatiemakelaars.

Er gelden algemene voorwaarden voor het inzetten van programmatoeslag, en daarnaast specifieke regels per type inzet.

Algemene voorwaarden

De TKI’s voldoen aan de regels als zij programmatoeslag als volgt inzetten:

  • Het TKI zorgt dat bestaande financiering in stand blijft bij opneming in het TKI-programma.
  • Het TKI zorgt ervoor dat ondernemers* en onderzoeksinstellingen* onder transparante en redelijke voorwaarden in aanmerking komen voor deelname aan samenwerkingsprojecten* die bijdragen aan het TKI-programma;
  • Het TKI publiceert deze voorwaarden.
  • Het TKI zet de toeslag binnen 5 jaar na verlening in;
  • De inzet blijft onder de EU-aanmeldingsdrempel per deelnemer. Hieraan voldoet het TKI in ieder geval als de toeslag onder de € 5 mln blijft per ondernemer. Zie artikel 4 van de AGV;
  • Het TKI zet de toeslag in ná de aanvraagdatum. Daarbij geldt de eerste aanvraagdatum van de jaartranche(s) die het TKI inzet. Bv als het TKI PPS-programmatoeslag inzet in een project, en ook TKI-programmatoeslag uit 2015, dan geldt als aanvraagdatum de datum waarop het TKI de TKI-programmatoeslag 2015 aanvroeg. De startdatum van het project moet daarna liggen;
  • Het TKI bevordert dat kennis die voortvloeit uit TKI-relevante onderzoeksopdrachten waarvoor het PPS-programmatoeslag heeft ontvangen, daadwerkelijk wordt toegepast binnen een samenwerkingsproject van het TKI-programma.

Inzetten programmatoeslag voor samenwerkingsprojecten

Voorwaarden voor samenwerkingsprojecten

De TKI’s voldoen aan de regels als zij programmatoeslag als volgt inzetten voor samenwerkingsprojecten*:

  • Het TKI zorgt ervoor dat de deelnemers in samenwerkingsprojecten correct met de rechten op de resultaten omgaan. De ondernemer krijgt de rechten op de resultaten van de onderzoeksorganisatie tegen de marktprijs, of krijgt rechten op resultaten die een goede afspiegeling zijn van zijn werkpakketten, bijdragen en belangen;
  • Het TKI toont op verzoek aan dat er een schriftelijke ondertekende samenwerkingsovereenkomst is;
  • Het TKI zet alleen programmatoeslag in voor projecten waarin er daadwerkelijke samenwerking is;
  • Het TKI zet alleen toeslag in voor samenwerkingsprojecten die bijdragen aan de Nederlandse kennisinfrastructuur;
  • Het TKI zet alleen toeslag in voor samenwerkingsprojecten die bijdragen aan het TKI-programma;
  • Het TKI houdt zich bij landbouwprojecten aan de regels voor de ‘gemeenschappelijke ordening van de landbouwproducten’ binnen de EU. Dit zijn regels over de productie van landbouwproducten binnen een R&D-project;
  • Verder gelden de algemene voorwaarden voor de inzet van programmatoeslag

Subsidiabele kosten en de maximale steunintensiteit voor samenwerkingsprojecten

De subsidiabele kosten in samenwerkingsprojecten zijn:

  • personeelskosten: onderzoekers, technici en ander ondersteunend personeel voor zover zij zich met het onderzoeksproject bezighouden;
  • kosten van apparatuur en uitrusting voor zover en zolang zij worden gebruikt voor het project. Wanneer deze apparatuur en uitrusting niet tijdens hun volledige levensduur voor het project worden gebruikt, worden alleen de afschrijvingskosten overeenstemmend met de looptijd van het project, berekend volgens algemeen erkende boekhoudkundige beginselen, als in aanmerking komende kosten beschouwd;
  • kosten van gebouwen en gronden voor zover en zolang zij worden gebruikt voor het project. Wat gebouwen betreft, worden alleen de afschrijvingskosten overeenstemmend met de looptijd van het project, berekend volgens algemeen erkende boekhoudkundige beginselen, als in aanmerking komende kosten beschouwd. Wat gronden betreft, komen de kosten voor de commerciële overdracht of de daadwerkelijk gemaakte kapitaalkosten in aanmerking;
  • kosten van contractonderzoek, kennis en octrooien die op arm's length-voorwaarden worden gekocht bij of waarvoor een licentie wordt verleend door externe bronnen, alsmede kosten voor consultancy en gelijkwaardige diensten die uitsluitend voor het project worden gebruikt;
  • bijkomende algemene kosten en andere operationele uitgaven, waaronder die voor materiaal, leveranties en dergelijke producten, die rechtstreeks uit het project voortvloeien.

Maximale steunintensiteit:

  • Voor fundamenteel onderzoek*: 100%
  • Voor industrieel onderzoek*: 50%
  • Voor experimentele ontwikkeling*: 25%
    (of, bij uitzondering voor programmatoeslag 2019, voor experimentele ontwikkeling door mkb-ondernemingen binnen internationale samenwerkingsprojecten: 35%)

van de subsidiabele kosten.

*zie Definities voor een nadere omschrijving van deze begrippen.

Inzetten programmatoeslag voor netwerkactiviteiten

Voorwaarden voor netwerkactiviteiten

De TKI’s voldoen aan de regels als zij programmatoeslag als volgt inzetten voor netwerkactiviteiten:
  • Het TKI verstrekt opdrachten aan derden op basis van transparante criteria en tegen marktconforme tarieven;
  • Het TKI maakt óf de netwerkactiviteiten en hieruit voortkomende resultaten voor iedere mkb-onderneming zonder onderscheid toegankelijk zijn, óf er neemt minimaal 1 mkb-ondernemer deel aan de netwerkactiviteiten per € 1000 PPS-programmatoeslag;
  • Verder gelden de algemene voorwaarden voor de inzet van programmatoeslag.

Subsidiabele kosten en de maximale steunintensiteit voor netwerkactiviteiten

De subsidiabele kosten in netwerkactiviteiten zijn:

  • Kosten derden

Maximale steunintensiteit: 100%

Inzetten programmatoeslag voor innovatiemakelaars

Voorwaarden voor innovatiemakelaars

De TKI’s voldoen aan de regels als zij programmatoeslag als volgt inzetten voor innovatiemakelaars:

  • Het TKI selecteert innovatiemakelaars op basis van transparante en redelijke criteria;
  • Het TKI ondersteunt mkb-ondernemers maximaal 3 jaar met innovatiemakelaars;
  • Het TKI gebruikt van de programmatoeslag 2020 en later maximaal € 100.000 voor de innovatiemakelaars. TKI’s met meer dan € 20 mln programmatoeslag 2020 en later mogen maximaal 0,5% van die toeslag inzetten voor innovatiemakelaars;
  • Verder gelden de algemene voorwaarden voor de inzet van programmatoeslag.

Subsidiabele kosten en de maximale steunintensiteit voor innovatiemakelaars

De subsidiabele kosten voor innovatiemakelaars zijn:

  • Kosten derden
Maximale steunintensiteit:
  • Bij programmatoeslag aangevraagd tot en met 2019 is de maximale steunintensiteit 50% van de kosten van de innovatiemakelaars;
  • Bij programmatoeslag aangevraagd vanaf 2020 is de maximale steunintensiteit 100% van de kosten van de innovatiemakelaars;
  • Voor alle jaren geldt een maximum van € 10.000 per mkb-ondernemer over een periode van 1 jaar, gedurende maximaal 3 jaar. Opleiding is niet subsidiabel.
In opdracht van:
  • Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Bent u tevreden over deze pagina?