Gesloten voor aanvragen

Definitieve berekening Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) Q4 2021

Gepubliceerd op:
1 december 2021
Laatst gecontroleerd op:
22 augustus 2023

Op deze pagina leest u hoe we het definitieve bedrag van de TVL Q4 2021 berekenden.

Hoe berekenden we de definitieve TVL Q4 2021?

We bepaalden de hoogte van de subsidie als volgt:

subsidie = normale omzet x omzetverlies in % x aandeel vaste lasten in % x 100%

Voldeed u aan de voorwaarden? Dan ontving u een voorschot van 80% op basis van uw verwachte omzetverlies.

Na afloop van de subsidieperiode vroegen wij u naar uw werkelijke omzet. Dit noemen we de vaststelling. Daarna volgde de definitieve berekening van de TVL Q4 2021.

Uitleg over de berekening

subsidie = normale omzet x omzetverlies in % x aandeel vaste lasten in % x 100%

Normale omzet

Normale omzet wordt ook wel referentieomzet genoemd. Onder omzet verstaan wij alle inkomsten zonder de ontvangen btw en vóór aftrek van kosten en vaste lasten. Ontvangen TVL of andere Covid-19 subsidies (zoals TOGS, NOW, etc.) tellen niet mee als omzet.
Als u een aangifte voor de omzetbelasting moest doen, dan kon u de posten Prestaties binnenland (1a, 1b, 1c en 1e) en Prestaties naar of in het buitenland (3a, 3b en 3c) van uw btw-aangifte gebruiken als omzet. 

Welke omzetgegevens u nodig had, hangt af van de datum waarop u uw bedrijf voor het eerst inschreef in het Handelsregister van KVK.

  • Schreef u uw bedrijf voor 31 maart 2019 voor het eerst in het Handelsregister van KVK in?
    Dan koos u voor de omzet van 1 oktober tot en met 31 december 2019 (Q4 2019) of van 1 januari tot en met 31 maart 2020 (Q1 2020). U koos zelf welke periode voor u het gunstigste was. Deze periode noemen we de referentieperiode. Deed u de btw-aangifte per kwartaal? Dan nam u de omzet van het 4e kwartaal 2019 of het 1e kwartaal 2020.

Waarom waren er 2 referentieperiodes?

We wilden zoveel mogelijk ondernemers helpen. U koos zelf in welke periode de omzet voor u het meest representatief was: Q4 2019 of Q1 2020.

  • Schreef u uw bedrijf tussen 1 april 2019 en 30 juni 2019 voor het eerst in?
    Dan koos u voor de omzet van het 4e kwartaal van 2019 (Q4 2019, okt-dec 2019) of het 1e kwartaal van 2020 (Q1 2020, jan-mrt 2020).
  • Schreef u uw bedrijf tussen 1 juli 2019 en 30 september 2019 voor het eerst in?
    Dan koos u voor de omzet van het 4e kwartaal van 2019 (Q4 2019, okt-dec 2019) of het 1e kwartaal van 2020 (Q1 2020, jan-mrt 2020).
  • Schreef u uw bedrijf tussen 1 oktober 2019 en 31 december 2019 voor het eerst in?
    Dan koos u voor de omzet van het 1e kwartaal van 2020 (Q1 2020, jan-mrt 2020) of het 3e kwartaal van 2020 (Q3 2020, jul-sep 2020).
  • Schreef u uw bedrijf tussen 1 januari 2020 en 31 maart 2020 voor het eerst in?
    Dan koos u voor de omzet van het 2e kwartaal van 2020 (Q2 2020, apr-jun 2020) of het 3e kwartaal van 2020 (Q3 2020, jul-sep 2020).
  • Schreef u uw bedrijf tussen 1 april 2020 en 30 juni 2020 voor het eerst in?
    Dan was de omzet van het 3e kwartaal van 2020 (Q3 2020, jul-sep 2020) de enige referentieperiode.

Waarom kon een ondernemer die tussen 1 april 2020 en 30 juni 2020 startte niet kiezen voor een andere referentieperiode?

Deze groep ondernemers had als enige geen andere periode om hun omzetgegevens mee te toetsen.

Omzetverlies

Voor het omzetverlies vergeleken we uw normale omzet met de omzet die u in het 4e kwartaal van 2021 verwachtte. Om voor de TVL in aanmerking te komen, moest het omzetverlies minimaal 20% zijn. We berekenden het omzetverlies als volgt:

omzetverlies in % = (normale omzet - verwachte omzet oktober-december 2021) / normale omzet x 100

Aandeel vaste lasten

Voor de bepaling van de vaste lasten, gebruikten we branchegegevens van het CBS. Omdat we zoveel mogelijk ondernemers zo snel mogelijk wilden helpen, maakten we geen gebruik van uw werkelijke vaste lasten.

Het CBS beschikte over het gemiddelde aandeel van de vaste lasten in de omzet van uw branche, uitgedrukt in een percentage. Het aandeel van de vaste lasten in de omzet voor uw branche stond dus vast en hing samen met de SBI-code van uw hoofdactiviteit.

Bekijk het percentage vaste lasten dat bij uw SBI-code hoorde

De vaste lasten moesten na berekening hoger zijn dan € 1.500. We berekenden de vaste lasten als volgt:

vaste lasten = normale omzet x aandeel vaste lasten in %

Vorige subsidieperiodes

Bent u op zoek naar informatie over eerdere subsidieperiodes die inmiddels zijn gesloten?

Ga naar de TVL overzichtspagina

In opdracht van:
  • Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Bent u tevreden over deze pagina?