Veelgestelde vragen nadeelcompensatie
Lees het antwoord op veelgestelde vragen over de nadeelcompensatie voor de pelsdierhouderij. We werken deze pagina regelmatig bij.
Algemeen
Ja, ook pelsdierhouders met een huurcontract komen in aanmerking voor nadeelcompensatie. Zij moeten wel voldoen aan de voorwaarden voor nadeelcompensatie.
Nee. Alleen pelsdierhouders kunnen nadeelcompensatie krijgen.
Een ondernemer is iemand die daadwerkelijk kapitaal, arbeid of goederen heeft ingebracht in de onderneming. En daardoor ook juridisch verbonden is aan de onderneming.
U moet bewijzen welke personen als ondernemer actief waren in uw bedrijf. Hoe u dit doet, hangt af van het type onderneming dat u heeft. Dit kan bijvoorbeeld via het vennootschapscontract of via statuten.
Aanvragen nadeelcompensatie
Nee, u kunt maar een keer nadeelcompensatie aanvragen.
Wij behandelen alle aanvragen online. Soms schakelen wij een deskundige in. Dit gebeurt bijvoorbeeld als het niet duidelijk is hoeveel ondernemers er in het bedrijf werkten. Als wij een deskundige inschakelen, dan laten wij dit van tevoren weten.
U kunt geen beroep bij de rechter instellen tegen de beleidsregel zelf. U kunt wel bezwaar maken tegen de beschikking die u na uw aanvraag ontvangt. En dus ook tegen de hoogte van het compensatiebedrag dat daarin staat.
Maakt u gebruik van uw beroeps- of bezwaarrechten tegen de beschikking? U verliest niet uw recht op nadeelcompensatie.
Berekening nadeelcompensatie
Er is altijd een kans dat een dierziekte uitbreekt op een veehouderij. Hier moet een veehouder rekening mee houden. Dit is het risico van de ondernemer. Voor pelsdierhouders kwam het vervroegd verbod onverwachts door het coronavirus. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft gekozen voor een normaal maatschappelijk risico van 15%. Dit is in verhouding een laag percentage.
U ontvangt een vergoeding omdat u de fokteven niet kon verkopen in het buitenland. Dit kwam door het vervoersverbod van nertsen door uitbraken van het coronavirus. Om te bepalen hoeveel fokteven u had, kijken we naar uw Gecombineerde opgave van 2020.
Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) vergoedt € 5 per fokteef. Het ministerie van LNV vroeg advies aan Van Ameyde Waarderingen om het bedrag te bepalen. Dit bedrag is de prijs die een hoogwaardige fokteef zou opleveren. De prijs die de pelsdierhouder voor de pels kon krijgen is hiervan afgehaald.
Het ministerie van LNV hield ook rekening met andere factoren bij het bepalen van de prijs. Door het vervoersverbod zouden er in een keer veel fokdieren op de markt komen. Hierdoor zou de prijs per fokdier in nabijgelegen landen kunnen dalen. Voor landen die verder weg liggen, zou dit weinig effect hebben. Maar daarbij nemen de exportkosten weer toe.
De inkomensschade hangt af van het aantal huisvestingsplaatsen op uw locatie. De inkomensschade per fokteefplaats is € 51. Voor het berekenen van de opbrengsten en kosten zijn de KWIN-normen voor pelsdierhouderij gebruikt.
De opbrengsten zijn berekend met een pelsprijs van € 24. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft hiervoor advies gevraagd aan Van Ameyde Waarderingen. Zij hebben gekeken naar de marktwaarden uit het verleden.
We berekenen de inkomensschade per fokteefplaats op basis van de pelsprijs. We gaan ervan uit dat een fokteef gemiddeld 5,5 pups per jaar krijgt. En dat deze pups € 24 per pels opleveren. Elke fokteef levert dus 5,5 x € 24 = € 132 euro op.
Bepaalde kosten hoeft u niet meer te betalen. Bijvoorbeeld de kosten voor:
- voer
- water
- zorg
- mestafzet
- personeel
Daarom trekken we deze kosten af van uw verwachtte opbrengst. We schatten deze kosten op gemiddeld € 81 per fokteefplaats. De inkomensschade per fokteefplaats is dan € 132 - € 81 = € 51.
Voor het bepalen van de pelsprijs is advies gevraagd aan Van Ameyde Waarderingen. Hieruit blijkt dat de pelsprijs de afgelopen jaren sterk wisselt tussen de € 20 en € 30. Op basis van dit advies is voor de nadeelcompensatie uitgegaan van € 24 per pels.
Nee, dit is niet een terugbetaling van de ruimingsvergoeding. Geruimde bedrijven hebben een vergoeding gekregen voor de fokteven die zij op dat moment hadden. Voor de inkomensschade kijken we naar de jaren 2021 tot en met 2023. Dus hoeveel fokteven u had kunnen houden. Dit aantal bepalen we door te kijken naar uw vergunning(en) en uw melding in 2013.
Als geruimde bedrijven in 2021 pelsdieren wilden houden, hadden zij nieuwe fokdieren moeten kopen. Door Wageningen Economic Research is uitgerekend dat dit € 38 per fokteef had gekost. Hierin is ook rekening gehouden met fokreuen. Dat een klein deel van de nertsen op het bedrijf fokreuen zouden zijn. Deze kosten zou u moeten maken om een leegstaand bedrijf opnieuw op te starten.
Het bedrag van € 66.500 is bepaald op berekeningen uit het Handboek Kwantitatieve Informatie Veehouderij (KWIN-Veehouderij). We gaan uit van de loonkosten van een ondernemer met functieklasse G5. Dit is de functieklasse van een ondernemer die ook leiding geeft en beslist.
Als het redelijke kosten zijn, worden deze vergoed. Deze kosten moet u ook onderbouwen. Dit doet u door bijvoorbeeld de factuur toe te voegen van deze kosten.
Nee, hierover hoeft u geen btw te betalen. De nadeelcompensatie heeft wel gevolgen voor de vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting die u betaalt. Vraag hierover advies aan uw belastingadviseur. U leest ook meer hierover op de website van de Belastingdienst.
U kunt de nadeelcompensatie niet los zien van de ruimingen door uitbraken van het coronavirus. Als een bedrijf geruimd is, zijn alle dieren overgenomen en vergoed door de overheid. Vanaf het moment van de ruimingen gold er een vervoersverbod. Daardoor konden geruimde bedrijven geen nertsen aanvoeren. Dus vanaf de ruimingsdatum kon een geruimd bedrijf geen nertsen meer houden.
Bij de schadeberekening maakt het geen verschil of de aankoop van fokdieren een investering is. Het gaat erom dat er opnieuw uitgaven zouden zijn als u de productie weer wilde opstarten. Een geruimd bedrijf maakt dus € 38 (normbedrag) aan extra kosten. Dit is vergeleken met een bedrijf dat niet geruimd is. Daarom wordt er voor een geruimd bedrijf € 38 afgetrokken van 3 x € 51.
Bedrijven die in heel 2020 leegstonden, hielden om andere redenen geen nertsen meer. Dit is een ondernemersbeslissing die deze bedrijven al hadden genomen. Voor het herstarten van de productie zouden zij nieuwe fokdieren moeten kopen. Daarom wordt ook voor een bedrijf dat in heel 2020 leegstond, € 38 afgetrokken van 3 x € 51.
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur