Economische activiteiten EED energie-audit
Overheden kunnen, naast de publiekrechtelijke taken die zij verrichten, ook economische activiteiten verrichten. In dat geval is de Wet Markt en Overheid van toepassing. Als op grond van deze wet sprake is van een economische activiteit door een gemeente, valt de overheidspartij onder de reikwijdte van de Tijdelijke Regeling EED. Voor 3 sectoren leest u meer over hoe om te gaan met economische activiteiten in deze sectoren.
Wat zijn economische activiteiten?
Economische activiteiten zijn activiteiten die een partij uitvoert als zij producten of diensten aanbiedt op een bepaalde markt. De Wet Markt en Overheid is van toepassing op de economische activiteiten van overheden. Het is niet altijd eenvoudig vast te stellen of activiteiten economisch van aard zijn. Deze beoordeling is afhankelijk van specifieke omstandigheden.
Voorbeeld
Het ophalen van huishoudelijk afval. Dat is een publiekrechtelijke taak van de gemeente, waarbij het niet uitmaakt of zij dit nu zelf doet of laat uitvoeren door een 3e partij.
Als de gemeente die taak zelf uitvoert is er geen sprake van een economische activiteit. Maar het ophalen van bedrijfsafval is geen wettelijke taak van de gemeente en is dus wel een economische activiteit. De gemeente haalt bedrijfsafval namelijk op in concurrentie met bedrijven. Op de inzameling van bedrijfsafval is in dat geval de Wet Markt en Overheid van toepassing.
Lijst voorbeelden economische activiteiten
De Autoriteit Consument en Markt (ACM) publiceerde in maart 2014 een gratis te bestellen boekje met voorbeelden economische activiteiten markt en overheid. Hierin staan economische activiteiten die overheden kunnen uitvoeren. De lijst is gebaseerd op praktijkvoorbeelden. Het is een hulpmiddel voor overheden bij het inventariseren van economische activiteiten door overheden. De beoordeling of een activiteit economisch is, kan per geval verschillen. Aan de lijst kunnen daarom geen rechten worden ontleend. ACM nam inmiddels ook meerdere besluiten waarin het juridisch kader wordt geschetst om te beoordelen of een taak een economische activiteit is. ACM heeft hierover op haar website gepubliceerd.
Gemeenten voeren ook activiteiten uit die als economische activiteiten beschouwd kunnen worden. Bijvoorbeeld het exploiteren van een zwembad, een sportveld, een vastgoedbedrijf of een grondbedrijf. Of een gemeente voldoet aan de definitie van een grote onderneming hangt af van:
- het aantal werknemers dat de economische activiteiten uitvoert;
- de omzet die gegenereerd wordt met de economische activiteiten en
- het bijbehorende balanstotaal.
Als deze cijfers boven de grenswaarden van een grote onderneming uitkomen, dan is de gemeente auditplichtig voor de inrichtingen waar economische activiteiten plaatsvinden. Voor een privaatrechtelijke onderneming geldt dat deze onderneming altijd een grote onderneming is als een gemeente daaraan deelneemt wat leidt tot 25% zeggenschap of meer. Is het overheidsbelang meer dan 25% in het zeggenschap van het kapitaal of stemrechten van de onderneming? Dan wordt een onderneming niet langer als een kleine of middelgrote onderneming beschouwd. Dit is op Europees niveau bepaald. We komen dan niet meer toe aan een criteriatoetsing inzake de personeelsbezetting, jaaromzet en jaarbalans.
Een onderneming met zo'n overheidsbelang kan tenslotte voordelen hebben ten opzichte van andere ondernemingen die met privékapitaal worden gefinancierd. Bovendien is het vaak onmogelijk om de relevante financiële en personeelsgegevens van overheidsinstanties te berekenen. Het zeggenschap van een overheidsinstantie gaat over het kapitaal van een andere privaatrechtelijke onderneming, of daar de stemrechten van het kapitaal van heeft. Het gaat dus niet over economische activiteiten die de overheidsinstantie zelf uitvoert.
Regulier onderwijs is geen economische activiteit. Doen scholen bijvoorbeeld aan nascholing, cursussen, trainingen of bedrijfsopleidingen? Dan concurreren scholen met andere aanbieders van commerciële opleidingen. In dat geval voert een onderwijsinstelling een economische activiteit uit.
Een onderwijsinstelling valt onder de EED-auditplicht als het totaal van de economische activiteiten boven de grenswaarden van een grote onderneming ligt.
Valt een woningcorporatie onder de definitie van een onderneming volgens de EED-richtlijn? Dan moet worden bekeken of de woningcorporatie auditplichtig is. De kerntaak van de woningcorporaties is in de Woningwet omschreven en betreft Diensten van Algemeen Economisch Belang (DAEB). Het feit dat een woningcorporatie hoofdzakelijk DAEB levert, betekent niet dat deze geen economische activiteiten kunnen zijn. Omdat bij de beoordeling alleen de omvang van alle economische activiteiten van belang is, worden ook de DAEB-activiteiten betrokken bij het bepalen van de omvang van de onderneming. Zie Europa Decentraal voor meer achtergrondinformatie.
Een voorbeeld van een activiteit die niet onder de DAEB valt, is het ontwikkelen en exploiteren van huurwoningen in de vrije sector en van commercieel vastgoed. Het ontwikkelen en exploiteren van sociale huurwoningen is wel een DAEB-activiteit. Er zijn geen specifieke regels over de auditplicht bepaald voor afzonderlijke sectoren.
Bij woningcorporaties hangt het ervan af of het om besparingsmogelijkheden binnen de corporatie gaat en niet om besparingsmogelijkheden binnen de panden die de corporatie verhuurt. Voorbeeld: voor zover een ketelhuis een Wet milieubeheer-inrichting is (Wm-inrichting), valt het onder de EED energie-audit. Als het aantal werknemers of de omzet van de woningcorporatie boven de grenswaarden van een grote onderneming uitkomen, dan is de woningcorporatie auditplichtig.