Beroepsuitoefening in een andere EU-lidstaat
Onderdanen van de Europese Unie kunnen op een tijdelijke of permante basis hun beroep uitoefenen in een andere lidstaat, volgens de grondbeginselen van de Europese interne markt.
Als de beroepsuitoefening in een andere lidstaat tijdelijk is, dan zijn daarop de regels van het vrij verkeer van diensten in de EU van toepassing. De regels over de vrijheid van vestiging maken het mogelijk om een beroep met een permanent karakter uit te oefenen in een andere lidstaat. De onderlinge erkenning tussen de lidstaten van diploma’s, certificaten en andere opleidingstitels is geregeld in EU-richtlijn 2005/36/EG en EU-richtlijn 2013/55/EU. Deze erkenning is gericht op personen die een gereglementeerd beroep willen uitoefenen in een andere lidstaat dan de lidstaat waar zij hun beroepskwalificaties hebben gehaald. Deze richtlijnen zijn ook van toepassing op onderdanen van de overige staten van de Europese Economische Ruimte (EER): Noorwegen, IJsland en Liechtenstein, en op de onderdanen van Zwitserland.
Vrijheid van vestiging
In het kader van het beginsel van vrijheid van vestiging kan elke onderdaan van een lidstaat van de Europese Unie, EER en Zwitserland zich vrij in Nederland vestigen om het beroep van octrooigemachtigde uit te oefenen. In dat geval moet die persoon de vereisten voor octrooigemachtigden naleven die in Nederland gelden. Dit betekent ook dat deze persoon moet zijn ingeschreven in het Nederlands register van octrooigemachtigden.
Proeve van bekwaamheid
Buitenlandse octrooigemachtigden hoeven geen beroepsstage te doorlopen, om ingeschreven te worden in het Nederlands register voor octrooigemachtigden. Zij moeten wel een proeve van bekwaamheid afleggen. De inhoud van de proeve van bekwaamheid is dezelfde als het examen. De proeve wordt in het Nederlands afgenomen. IE-kennis waar buitenlandse octrooigemachtigden over beschikken en die uit hun diploma’s blijkt, wordt niet getoetst. De proeve van bekwaamheid valt onder de verantwoordelijkheid van de Examencommissie Octrooigemachtigden.
Vereisten proeve van bekwaamheid
Om aan de proeve van bekwaamheid te kunnen deelnemen, moet de buitenlandse octrooigemachtigde die afkomstig is uit een lidstaat van de Europese Unie, EER of Zwitserland, waar het beroep van octrooigemachtigde ook is gereglementeerd, zijn of haar opleidingstitel overleggen. Dit staat in artikel 27b, lid 1, onder a Uitvoeringsbesluit Rijksoctrooiwet 1995.
Als de buitenlandse octrooigemachtigde afkomstig is uit een lidstaat van de Europese Unie, EER of Zwitserland waar het beroep van octrooigemachtigde niet is gereglementeerd, dan geldt het volgende. De gemachtigde moet een bewijs overleggen dat hij/zij het beroep van octrooigemachtigde tijdens de voorafgaande 10 jaar gedurende 1 jaar voltijds, of tijdens een gelijkwaardige periode deeltijds, heeft uitgeoefend in de lidstaat waar dit beroep niet is gereglementeerd. Dit staat in artikel 27b, lid 1 onder b Uitvoeringsbesluit Rijksoctrooiwet 1995.
Kosten proeve van bekwaamheid
De kosten van de proeve van bekwaamheid zijn afhankelijk van de examens die de kandidaat moet afleggen. Personen die niet tot de proeve van bekwaamheid zijn toegelaten of die bezwaar willen maken tegen de beoordeling van de proeve van bekwaamheid, kunnen hiervoor terecht bij de Examencommissie Octrooigemachtigden. Bezwaar maken tegen de beslissing van deze examencommissie kan door het indienen van een bezwaarschrift bij Gerechtshof Den Haag.
Vrijheid van dienstverlening
In het kader van het Europese vrije verkeer van diensten mag een octrooigemachtigde uit een andere lidstaat van de Europese Unie, EER of Zwitserland, tijdelijk en incidenteel als gemachtigde voor Octrooicentrum Nederland optreden, zonder dat daar verdere eisen voor gelden. Dit staat in artikel 23b, lid 3 Rijksoctrooiwet 1995. Dit is een uitwerking van het Europese stelsel van erkenning van beroepskwalificaties. Maar dit betekent niet dat buitenlandse gemachtigden onbeperkt voor Octrooicentrum Nederland kunnen optreden. Buitenlandse gemachtigden moeten deze vrijstelling aanvragen en de dienstverlening moet een tijdelijk en incidenteel karakter hebben.
Vaststellen tijdelijk en incidenteel karakter
Om het tijdelijke en incidentele karakter van de dienstverlening te kunnen vaststellen, is bepalend of de buitenlandse gemachtigde niet systematisch en onbeperkt veel indieningen doet. Daarbij kijkt Octrooicentrum Nederland naar die handelingen die alleen octrooigemachtigden mogen doen, zoals het voeren van een aanvraagprocedure van indiening tot en met verlening.
Als de dienstverlening geen tijdelijk of incidenteel karakter meer heeft, kan de directeur van Octrooicentrum Nederland beslissen de tijdelijke vrijstelling voor de betreffende buitenlandse octrooigemachtigde in te trekken.
Handelingen die op grond van artikel 27k Uitvoeringsbesluit Rijksoctrooiwet 1995 zijn uitgesloten, worden buiten beschouwing gelaten bij het bepalen van het tijdelijke en incidentele karakter. Hieronder valt (onder andere) het indienen van een vertaling of het uitvoeren van een betaling. Dit betekent dat buitenlandse octrooigemachtigden zonder een tijdelijke vrijstelling onbeperkt vertalingen bij Octrooicentrum Nederland kunnen indienen.
Vereisten voor structurele dienstverlening
Om op structurele basis te kunnen optreden voor Octrooicentrum Nederland moet een octrooigemachtigde in het Nederlandse register van octrooigemachtigden zijn ingeschreven. Dit staat in artikel 23a Rijksoctrooiwet 1995. Als een buitenlandse octrooigemachtigde in het Nederlands register van octrooigemachtigden wil worden ingeschreven, hoeft hij of zij geen beroepsstage te doorlopen, maar moet hij of zij wel een proeve van bekwaamheid afleggen. De inhoud van de proeve van bekwaamheid is hetzelfde als het examen en wordt in het Nederlands afgenomen. Kennis waar de octrooigemachtigde al over beschikt (die blijkt uit overlegde diploma's) wordt niet getoetst.
Vermelding in octrooiregister
Buitenlandse gemachtigden die tijdelijk en incidenteel voor Octrooicentrum Nederland optreden, worden als gemachtigde vermeld in het Nederlands octrooiregister. Maar alleen als zij werkzaamheden verrichten die alleen octrooigemachtigden mogen doen. Deze gemachtigden ontvangen in dat geval ook alle vervolgpost en hebben toegang tot alle onderdelen van MyPage.
Vervolgpost en MyPage
Als het gaat om de vrijgestelde handelingen, zoals het indienen van een vertaling, ontvangt de buitenlandse gemachtigde alleen de vervolgpost die hieruit voortvloeit. De overige post wordt aan de octrooihouder gestuurd.
De buitenlandse gemachtigden die niet vrijgestelde handelingen verrichten, kunnen voor de betreffende octrooien toegang krijgen tot MyPage als 'Representative Other'. Met deze rol krijgen zij toegang tot de correspondentie die uit hun werkzaamheden voortvloeit, maar geen toegang tot het portfolio van een octrooi(aanvraag).
Schriftelijk melden
Wilt u als buitenlandse octrooigemachtigde tijdelijk voor Octrooicentrum Nederland optreden? Dan moet u dit eerst schriftelijk melden bij de directeur van Octrooicentrum Nederland. Dit kan op 2 manieren:
- per post: postbus 93144, NL-2509 AC Den Haag
- per e-mail: octrooicentrum@rvo.nl
Binnen 10 werkdagen ontvangt u schriftelijke toestemming van de directeur van Octrooicentrum Nederland om voor de periode van een jaar voor Octrooicentrum Nederland op te treden. De melding moet u elk jaar vernieuwen.
Vragen over octrooien?
Bel 088 042 40 02
- Ministerie van Economische Zaken