Veelgestelde vragen rapportageverplichting WPM
Bekijk de veelgestelde vragen over de rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit (WPM).
Waarom rapporteren?
Met de rapportageverplichting verzamelen we gegevens over de CO2-uitstoot van de werkgebonden personenmobiliteit. Daarmee bedoelen we het zakelijk verkeer en woon-werkverkeer van uw werknemers. Zo is te zien of de CO2-uitstoot voldoende afneemt, en of een regel (norm) moet worden ingevoerd om de uitstoot te verminderen.
De rapportageverplichting is onderdeel van het ‘Besluit CO2-reductie werkgebonden personenmobiliteit’. Dat is een maatregel in het Klimaatakkoord. Het doel van het Besluit is om de CO2-uitstoot die werkgebonden personenmobiliteit veroorzaakt te verlagen met minimaal 1,5 megaton in 2030.
Nee, de rapportageverplichting komt voort uit het Klimaatakkoord. In dat akkoord hebben Nederlandse overheden, bedrijven en maatschappelijke organisaties maatregelen afgesproken om de CO2-uitstoot te verlagen. Ook de CO2-uitstoot van zakelijk verkeer en woon-werkverkeer.
Wie moet rapporteren?
De verplichting is voor werkgevers die 100 of meer werknemers in dienst hebben. Heeft u op 1 juli 2024 minimaal 100 werknemers in dienst? Dan bent u verplicht om uiterlijk 30 juni 2025 te rapporteren over het zakelijk verkeer en het woon-werkverkeer van uw werknemers over de 2e helft van 2024, of heel 2024.
Heeft u op 1 juli 2024 minimaal 100 werknemers in dienst? Dan bent u verplicht uiterlijk 30 juni 2025 te rapporteren over het zakelijk verkeer en het woon-werkverkeer van uw werknemers over de 2e helft van 2024, of over heel 2024.
Vanaf 2025 kijken we elk jaar op 1 januari naar het aantal werknemers dat u in dienst heeft. Bijvoorbeeld: als u op 1 januari 2025 minimaal 100 werknemers in dienst heeft, rapporteert u in 2026 de gegevens van 2025.
Iemand is een werknemer als deze bij u in dienst is met een contract dat 20 of meer uren betaald werk per maand garandeert. Werknemers die in het buitenland wonen maar in uw Nederlandse vestiging werken, zijn ook werknemer van uw organisatie. Uitzendkrachten, gedetacheerden, zzp'ers, wethouders, gemeenteraadsleden en andere politieke vertegenwoordigers zijn geen werknemers.
Nee, uitzendkrachten, gedetacheerde medewerkers en zzp'ers tellen niet mee als werknemer van uw organisatie. Werknemers van uitzendbureaus met een contract met een 'uitzendbeding' vallen niet onder de rapportageplicht. Het uitzendbureau en het bedrijf dat de werknemer inhuurt, kunnen het contract van deze werknemer namelijk direct beëindigen.
Welke gegevens rapporteren?
U vult het totaal aantal kilometers in dat uw werknemers in een jaar reisden voor woon-werkverkeer en zakelijk verkeer.
Deze kilometers verdeelt u in groepen. U telt de gegevens op van elke combinatie van vervoermiddel en brandstoftype. Bijvoorbeeld de combinatie auto-benzine. De handreiking 'Gegevensverzameling werkgebonden personenmobiliteit' legt precies uit welke gegevens u moet verzamelen. Bekijk de handreiking op Rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit.
De verdeling per vervoermiddel en brandstoftype is gemaakt, omdat de CO2-uitstoot voor elke soort vervoermiddel en brandstoftype sterk verschilt. De combinatie auto-benzine heeft bijvoorbeeld een andere CO2-uitstoot dan de combinatie auto-diesel. Door de gegevens in groepen te verdelen, kunnen we de CO2-uitstoot zo goed mogelijk berekenen.
Ja, er is gelet op verschillen tussen vervoermiddelen en de gebruikte brandstof. De CO2-uitstoot wordt berekend door het type vervoermiddel en het brandstoftype te vermenigvuldigen met een kengetal. Binnen zo’n combinatie (bijvoorbeeld auto-benzine of auto-diesel) kijken we niet naar verschillen. Het kengetal geeft dus de gemiddelde CO2-uitstoot aan voor een combinatie.
Nee, dit besluit kijkt alleen naar de gegevens over personenmobiliteit. Werknemers die reizen in voertuigen die staan ingeschreven op een grijs kenteken vallen buiten de maatregel.
Nee, vliegreizen en reizen met een vaartuig (bijvoorbeeld met een veerpont) vallen niet onder het besluit. Deze hoeft u daarom niet te rapporteren.
Ja. Als een deel van uw werknemers in het buitenland woont, of als een zakelijke reis naar het buitenland gaat dan geeft u ook de kilometers door die in het buitenland zijn gereisd. Buitenlandse vliegreizen en reizen met een vaartuig vallen niet onder het besluit en hoeft u niet te rapporteren.
Nee, het online formulier van RVO berekent uw CO2-uitstoot met de gegevens die u daar invult. Dat gebeurt voor alle werkgevers in Nederland op dezelfde manier.
Het online formulier van RVO berekent de CO2-uitstoot. Het aantal reizigerskilometers per combinatie van vervoermiddel en brandstoftype wordt vermenigvuldigd met een kengetal. Dat kengetal vertelt hoeveel gram CO2 die combinatie van vervoermiddel en brandstoftype uitstoot per reizigerskilometer. Een onderzoeksbureau dat ook betrokken was bij het Klimaatakkoord heeft de kengetallen bepaald.
Nee. Als uw organisatie meerdere vestigingen heeft met allemaal hetzelfde KvK-nummer, dan telt u de gegevens van deze vestigingen bij elkaar op. U voert de gegevens voor al deze vestigingen gezamenlijk in. U rapporteert niet op concern (groep bedrijven die een economische eenheid vormen) niveau.
Als een regel (norm) moet worden ingevoerd om de CO2-uitstoot te verminderen, worden woon-werkverkeer en zakelijk verkeer los van elkaar behandeld. Als werkgever kunt u namelijk veel makkelijker beslissen en keuzes maken over zakelijk verkeer dan over woon-werkverkeer.
Als u de uitleg in de handreiking volgt, kunt u verklaren hoe u aan uw gegevens bent gekomen. Normaal gesproken gaat de omgevingsdienst dan akkoord. Maar een garantie kunnen we niet geven, omdat de omgevingsdienst verantwoordelijk is voor de controle op de rapportageverplichting.
In de handreiking 'Gegevensverzameling werkgebonden personenmobiliteit' staan getallen over de respons en betrouwbaarheid van een enquête. 'Respons' is het deel van een groep mensen dat meedeed aan de enquête. Deze getallen in de handreiking zijn een schatting. U kunt ervan afwijken als u een goede reden geeft. De omgevingsdiensten zijn verantwoordelijk voor de controle op de rapportageverplichting. Zij bepalen of de gegevens van uw organisatie te vertrouwen zijn.
Wanneer rapporteren?
Op 1 juli 2024. Uiterlijk 30 juni 2025 voert u de eerste keer de benodigde gegevens in. Dat zijn dan uw gegevens over de 2e helft van 2024.
Nee, in 2023 en de 1e helft van 2024 gaan het Besluit en de rapportageverplichting nog niet in. In 2023 mag iedere werkgever wel vrijwillig rapporteren over 2022. Ook in 2024 kunt u nog vrijwillig rapporteren over 2023.
In ieder geval vanaf 1 juli 2024. Als u verplicht bent te rapporteren dan rapporteert u als eerste over de 2e helft van 2024. Heeft u uw administratie al zo ingericht dat u vanaf 1 januari 2024 de benodigde gegevens kunt opslaan? Dan mag u in 2025 ook over heel 2024 rapporteren. U geeft de gegevens uiterlijk 30 juni 2025 door.
Wij raden aan uw administratiesysteem op tijd aan te passen, zodat u in elk vanaf 1 juli 2024 de benodigde gegevens kunt verzamelen.
Ook raden we aan te oefenen met het online formulier waar u de gegevens indient. Bekijk daarvoor bijvoorbeeld de handleiding 'Aan de slag met het online formulier WPM' op Rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit.
Op die pagina downloadt u ook de handreiking 'Gegevensverzameling werkgebonden personenmobiliteit'.
Heeft u op 1 juli 2024 minimaal 100 werknemers in dienst? Dan is het nodig dat u in elk geval in de 2e helft van 2024 de gegevens verzamelt en vastlegt over het zakelijk verkeer en het woon-werkverkeer van uw werknemers. Deze gegevens rapporteert u uiterlijk 30 juni 2025.
Hoe rapporteren?
U rapporteert uw gegevens met het ons online formulier. In dat formulier vult u alle gegevens in. Ga naar het formulier via Rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit.
Bekijk daar ook de handleiding 'Aan de slag met het online formulier WPM'.
Overige vragen
De gegevens die u in 2023 of 2024 indient, worden opgeslagen in onze database. We gebruiken die gegevens alleen voor onderzoek als u daarvoor toestemming geeft in het online formulier. We verwijderen dan eerst alle gegevens over uw organisatie en de contactpersoon.
Nee. Als u 100 of meer werknemers heeft, maken wij uw gegevens alleen vindbaar voor de omgevingsdienst die gaat over de gemeente waar uw hoofdkantoor of hoofdvestiging zit. We doen dit voor de gegevens die u vanaf 2025 indient. Gegevens die u in 2023 of 2024 vrijwillig doorgeeft, maken we nooit bereikbaar voor omgevingsdiensten.
Ja. Op de laatste pagina van het online formulier waarmee u de gegevens indient, vindt u alle antwoorden die u invulde. Daar staat ook de CO2-uitstoot die met uw gegevens is berekend. Na indienen maken we voor u ook een verslag (rapportage) met daarin uw gegevens en de CO2-uitstoot van uw organisatie. In uw rapportage staat wie u advies op maat kan geven om verder te verduurzamen.
U downloadt de handreiking op Rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit.
Ja, in ingediende rapportages staan alleen de gegevens van een contactpersoon van de indiener. We slaan deze persoonsgegevens op volgens de regels van de AVG. Als u binnen uw organisatie extra gegevens moet verzamelen, bijvoorbeeld over het woon-werkverkeer van uw werknemers, heeft u ook te maken met de AVG. De omgevingswet maakt het mogelijk om deze gegevens te verzamelen.
Werkgeversorganisaties hebben de overheid gevraagd om eerst de kans te krijgen om samen (dus zonder verplichte norm per werkgever) het doel van het besluit te halen. Als de gerapporteerde gegevens laten zien dat de CO2-uitstoot onvoldoende minder wordt, komt er alsnog een norm (regel) voor werkgevers om de uitstoot te verminderen.
Informatie over duurzame mobiliteit en de regionale netwerken vindt u op de website ZoWerktHet.nl. De rapportage die u ontvangt na het indienen van uw gegevens, verwijst ook naar deze website.
In de handreiking 'Gegevensverzameling werkgebonden personenmobiliteit' leest u welke gegevens u nodig heeft en hoe u die verzamelt. Met die gegevens krijgt u inzicht in de CO2-uitstoot in een bepaald jaar. Als organisatie kiest u zelf hoe u uw personenmobiliteit verduurzaamt. Bekijk de handreiking op Rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit.
- Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat