Maatregel gebiedsgerichte beëindiging veehouderijlocaties (MGB)
Wilt u als provincie veehouders helpen hun bedrijfslocatie te beëindigen? Dit doet u met de Maatregel gebiedsgerichte beëindiging veehouderijlocaties (MGB). Met deze specifieke uitkering (SPUK) kunt u veehouders subsidie geven om (voor een deel) te stoppen met hun veehouderijlocatie. De MGB heet ook wel de Regeling provinciale gebiedsgerichte beëindiging veehouderijlocaties (Rpgb).
Budget en aanvraagperiode
Voor wie?
Deze uitkering is voor provincies. Met dit bedrag kunt u als provincie subsidie geven aan veehouders. Zij kunnen hiermee vrijwillig hun veehouderijlocatie helemaal of voor een deel beëindigen.
Budget
Het totale budget voor de MGB is € 109.874.998. Per provincie is er een maximaal bedrag dat u kunt krijgen. Een overzicht hiervan ziet u hieronder:
Provincie | Budget |
---|---|
Drenthe | € 8.780.007 |
Flevoland | € 5.220.802 |
Friesland | € 9.893.906 |
Gelderland | € 15.153.619 |
Groningen | € 6.242.426 |
Limburg | € 7.633.152 |
Noord-Brabant | € 15.565.564 |
Noord-Holland | € 6.298.451 |
Overijssel | € 15.400.786 |
Utrecht | € 7.563.945 |
Zeeland | € 5.082.389 |
Zuid-Holland | € 7.039.951 |
Waarvoor gebruikt u de uitkering?
U gebruikt deze uitkering om subsidie te geven aan veehouders. Zij kunnen daarmee hun veehouderijlocatie helemaal of voor een deel beëindigen. U gebruikt de uitkering om een vergoeding te geven voor:
- het waardeverlies van de productiecapaciteit;
- productierechten die de veehouder laat vervallen;
- de sloop van de dierenverblijven, mest- en voeropslagen (productiecapaciteit);
- administratiekosten (leges) voor vergunningen en planologische procedures;
- kosten voor adviseurs.
Hieronder leest u meer over deze vergoedingen. Kunt u geld ontvangen uit het Btw-compensatiefonds of omzetbelasting aftrekken? Dan gebruikt u de uitkering niet voor het betalen van die omzetbelasting.
U geeft veehouders een vergoeding van 100% voor het waardeverlies van de productiecapaciteit. Hieronder vallen onder andere dierenverblijven, mest- en voeropslagen. U laat 2 onafhankelijke taxateurs samen bepalen wat dit waardeverlies is. Hiervoor bepalen ze de marktwaarde van de veehouderijlocatie. Ze gaan hierbij uit van de datum waarop de veehouder subsidie heeft aangevraagd.
U geeft veehouders 100% van de marktwaarde van de productierechten die ze laten vervallen. Dit aantal hangt af van het aantal dieren dat de veehouder 2 jaar voor het jaar van de subsidieaanvraag had.
U laat de marktwaarde van de productierechten bepalen door 2 onafhankelijke taxateurs samen. Zij kijken hierbij naar:
- de marktwaarde van de productierechten op de datum waarop de veehouder subsidie heeft aangevraagd;
- het aantal productierechten dat de veehouder laat vervallen.
U geeft de veehouder een vergoeding voor 100% van de kosten voor het slopen en verwijderen van de productiecapaciteit. Deze kosten moeten wel passen bij de markt (marktconform). Daarom vraagt de veehouder minimaal 2 offertes aan bij sloopbedrijven. Hij kiest de offerte met de beste prijs-kwaliteitverhouding. Ontvangt de veehouder geld voor materialen die opnieuw gebruikt kunnen worden? Dan verrekent u dit bedrag met de subsidie.
Maakt de veehouder kosten om bijvoorbeeld een vergunning in te trekken of aan te passen? Of moet hij betalen voor het aanpassen van het omgevingsplan (planologische procedure)? U geeft de veehouder een vergoeding van 100% voor deze kosten.
Huurt een veehouder adviseurs in voor de subsidie om de veehouderijlocatie te beëindigen? Dan geeft u een vergoeding van 100% van deze kosten. Dit bedrag is maximaal € 5.000 per veehouderijlocatie.
U geeft de vergoeding alleen voor deze kosten:
- kosten voor de accountant en de bank;
- onderzoek door een specialist naar de gevolgen voor de hoeveelheid belasting die de veehouder moet betalen;
- bedrijfseconomisch advies van een specialist.
U vergoedt de kosten voor een adviseur alleen als deze:
- in het register Bedrijfsadviseringssysteem (BAS-register) staat;
- is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel;
- onafhankelijk is;
- een diploma en veel kennis over het onderwerp van het advies heeft;
- een eenmalig advies geeft dat duidelijk gaat over het beëindigen van de veehouderijlocatie. Dit advies hoort niet bij de normale kosten van het bedrijf.
Voorwaarden
- U doet als provincie maximaal één aanvraag.
- U geeft veehouders uiterlijk 31 december 2027 subsidie om hun veehouderijlocatie te beëindigen.
- U geeft de specifieke uitkering uiterlijk 31 december 2031 helemaal uit.
- U geeft alleen subsidie aan veehouders die voldoen aan de voorwaarden. Er zijn voorwaarden voor de veehouder om in aanmerking te komen voor subsidie. En er zijn voorwaarden om de locatie helemaal of voor een deel te beëindigen. U leest deze op MGB: Voorwaarden voor veehouders.
- U maakt de gegevens van de veehouders die u subsidie geeft openbaar. Welke gegevens dit zijn, leest u hieronder bij Gegevens openbaar maken. U zorgt ervoor dat deze minimaal 10 jaar beschikbaar blijven.
- U geeft veehouders alleen subsidie voor redelijke kosten die horen bij het beëindigen van de veehouderijlocatie. Deze kosten voldoen aan de voorwaarden, die volgens het landbouwsteunkader zijn opgesteld.
- U geeft geen vergoeding voor kosten die de veehouder heeft gemaakt, voordat hij de subsidie heeft aangevraagd.
- Krijgt een veehouder al subsidie om te stoppen? Dan zorgt u dat hij niet meer subsidie krijgt dan mag volgens de regels voor staatssteun.
- In de subsidieregeling die u opent, staat dat u gegevens over de veehouderijlocatie mag doorgeven aan de minister. Deze gegevens zijn bijvoorbeeld nodig om de subsidie vast te stellen. En om te controleren of deze hetzelfde zijn als de gegevens die wij hebben. Meer over deze controle leest u bij Controle van een veehouderijlocatie aanvragen.
Gegevens openbaar maken
U maakt deze gegevens openbaar van veehouders die u subsidie geeft:
- naam van de aanvrager
- subsidiebedrag
- datum van vaststelling
- dat het gaat om een klein, middelgroot of micro-bedrijf (kmo)
- provincie
- sector van het bedrijf
Aanvragen
U kunt de MGB aanvragen vanaf 2 december 2024, 09:00 uur tot en met 28 februari 2025, 17:00 uur. U logt in met eHerkenning. Voor uw aanvraag heeft u minimaal niveau 3 met machtiging 3 nodig.
Iemand machtigen
U kunt iemand machtigen om de aanvraag voor de MGB voor u te doen. Dit kan alleen als diegene ook bij ons ingeschreven staat. Wilt u iemand machtigen of iemand vragen om u te machtigen? Hoe u dit doet, leest u op Iemand machtigen of gemachtigd worden.
Na uw aanvraag
U ontvangt binnen 6 weken na uw aanvraag een beslissing. Daarin leest u hoeveel subsidie u krijgt. U ontvangt dit bedrag binnen 6 weken na de beslissing.
Voortgangsrapport versturen
U stuurt ons elk jaar op uiterlijk 15 maart en 15 september een voortgangsrapport. Hiermee geeft u informatie over de veehouderijlocaties die u subsidie geeft. En hoe ver deze zijn met het beëindigen van hun bedrijf. U verstuurt deze rapporten totdat de uitkering is vastgesteld. U leest hier later hoe u een voortgangsrapport verstuurt.
Verantwoording versturen
U laat ieder jaar op uiterlijk 15 juli weten waarvoor u de uitkering heeft gebruikt. U doet deze verantwoording via het Single information, Single audit-systeem (SiSa). In de brief met de beslissing leest u over welke onderwerpen u verantwoording doet.
Geeft u in SiSa aan dat u uw eindverantwoording stuurt? Dan stellen wij uw uitkering daarna binnen 22 weken vast. Dit betekent dat wij het definitieve bedrag bepalen. U doet uw laatste verantwoording uiterlijk 15 juli 2032.
Controle van een veehouderijlocatie aanvragen
Heeft een veehouder in uw provincie subsidie bij u aangevraagd? Dan vraagt u bij ons een controle aan. Wij controleren dan een aantal gegevens uit de aanvraag van de veehouder. Deze vergelijken we met de gegevens uit onze administratie. Bij de controle kijken we naar deze onderdelen:
- gemiddeld aantal dieren
- aantal productierechten
- hoe lang de productiecapaciteit in gebruik is
U leest hier later hoe u deze controle bij ons aanvraagt. Hieronder ziet u welke gegevens u van de veehouder nodig heeft:
U heeft deze gegevens nodig van de veehouderijlocatie:
- relatienummer van de veehouder bij ons
- KVK-nummer
- Uniek Bedrijfsnummer (UBN)
- adres (straatnaam, huisnummer, postcode en plaats)
Soort sluiting
U geeft ook door om wat voor sluiting het gaat. Hiervoor zijn 3 mogelijkheden:
- De veehouderijlocatie sluit helemaal.
- De veehouderijlocatie met één diersoort sluit voor een deel.
- De veehouderijlocatie met 2 of meer diersoorten sluit voor een deel.
Referentiejaar invullen
U geeft ook gegevens door over de dieren op de veehouderijlocatie. Hiervoor vult u eerst in welk referentiejaar de veehouder gebruikt om de stikstofuitstoot te berekenen. Normaal gaat hij uit van het gemiddeld aantal dieren 2 jaar voor zijn subsidieaanvraag. Is dit jaar niet representatief? Dan gaat hij uit van 3 of 4 jaar voor zijn subsidieaanvraag. De veehouder legt ook uit waarom hij een ander referentiejaar gebruikt.
Welke gegevens over dieren?
U geeft deze gegevens door over de dieren op de veehouderijlocatie:
- de diersoort die de veehouder gaat afstoten;
- het gemiddeld aantal dieren per diercategorie dat de veehouder 2 jaar voor de subsidieaanvraag had;
- heeft de veehouder dieren met productierechten? Dan geeft u ook door hoeveel productierechten hij dat jaar nodig had;
- voor diercategorie 100 (melk- en kalfkoeien) vult u de totale melkproductie van dat jaar in (in kilogram).
Ander referentiejaar? Stuur de gegevens van 2 jaren
Gebruikt de veehouder een ander referentiejaar? En gaat hij dus uit van het gemiddeld aantal dieren 3 of 4 jaar voor zijn subsidieaanvraag? Dan vult u de gegevens hierboven ook voor dat referentie jaar in.
Meer over het referentiejaar leest u op MGB: Voorwaarden voor veehouders.
U stuurt deze bijlagen mee met uw aanvraag voor een controle:
- administratie van het gemiddeld aantal dieren 2 jaar voor de subsidieaanvraag;
- als de veehouder een ander referentiejaar gebruikt: de administratie van het gemiddeld aantal dieren 3 of 4 jaar voor de subsidieaanvraag.
U kunt ook een extra bijlage meesturen. Bijvoorbeeld om extra bewijs te geven waarom de veehouder een ander referentiejaar gebruikt.
Evaluatie
U werkt mee aan een tussentijdse evaluatie en een eindevaluatie van deze regeling. U doet dit tot 5 jaar nadat de subsidie is vastgesteld.
Doel van de uitkering
Het doel van de MGB is de stikstofuitstoot in uw provincie blijvend te verlagen. Daarnaast helpt deze uitkering bij het halen van doelen op het gebied van stikstof, water, klimaat en natuur. Deze doelen zijn gericht op veenweidegebieden, beekdalen, gebieden op zandgrond en Natura 2000-gebieden.
Weten en regels
U vindt de regelingstekst van de MGB in de Staatscourant.
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur