Subsidieregeling praktijkleren: Tips voor aanvragers
Een goede voorbereiding van uw aanvraag is belangrijk. We geven u tips voor een hogere slagingskans van uw aanvraag.
Zorg op tijd voor eHerkenning
U logt in met eHerkenning. Voor uw aanvraag heeft u minimaal niveau 3 met machtiging RVO-diensten op niveau eH3 nodig.
Bekijk wat wel/niet voor subsidie in aanmerking komt
De Subsidieregeling praktijkleren is bestemd voor bepaalde onderwijscategorieën. Lees de verschillende voorwaarden per onderwijscategorie.
Onderstaande trajecten komen niet in aanmerking.
- Een stage van een aantal maanden in de basisberoepsgerichte, kadergerichte of gemengde leerweg, of een entree-opleiding in het vmbo (anders verzorgd dan de beroepsbegeleidende leerweg), ook al noemt men dit een leerwerktraject.
- Bij praktijkonderwijs en vso: een stage die/leerwerktraject dat niet in het laatste jaar van de opleiding heeft plaatsgevonden.
- Bij vso: het uitstroomprofiel 'dagbesteding'.
- Bij vso: in het uitstroomprofiel 'vervolgonderwijs' dat niet is ingericht als leerwerktraject.
- Een mbo-BBL-traject dat gericht is op een deelcertificaat in plaats van een diploma.
- Een mbo-BOL-traject (beroepsopleidende leerweg).
- Een mbo derde leerweg (ovo).
- Een EVC-traject.
- Een mbo-BBL-traject waarbij de onderwijsuren via e-learning worden ingevuld.
- Een specifieke maatwerkopleiding.
- Een voltijd hbo-opleiding of een hbo-duaal- of deeltijdtraject waarvan de CROHO valt in andere onderdelen dan techniek/landbouw en natuurlijke omgeving/gezondheidszorg, gedrag & maatschappij.
- Een deeltijd hbo-opleiding waarbij de beroepsuitoefening geen verplicht onderdeel vormt van de opleiding.
Zorg dat uw administratie op orde is
Uitgangspunt bij de regeling is dat de administratieve lasten bij een aanvraag zo beperkt mogelijk zijn. U verklaart in uw aanvraag dat u/de werkgever beschikt over:
- Een geldige praktijkleerovereenkomst die is afgesloten tussen deelnemer, werkgever en onderwijsinstelling.
- Een aanwezigheidsadministratie van de deelnemer(s) binnen uw organisatie in de aangevraagde weken.
- Een begeleidingsadministratie en onderbouwing van de voortgang van de deelnemer(s) in het kader van de opleiding in de praktijk binnen uw organisatie in de aanvraagperiode.
- Het behaalde diploma van de deelnemers als de opleiding is afgerond.
Bij de aanvraag hoeft u deze documenten niet mee te sturen. Wel is het voor elke deelcategorie van belang dat uw administratie op orde is. Tijdens de beoordeling van uw aanvraag en na het verstrekken van de subsidie kunnen wij bovenstaande stukken namelijk bij u opvragen. Dit is om te toetsen of de subsidie terecht wordt/is uitbetaald. U heeft als werkgever daarom een bewaarplicht van de relevante documenten tot 5 jaar na afloop van het school- of studiejaar waarvoor subsidie is verstrekt.
Lees meer over de benodigde administratie.
Bepaal de juiste begin- en einddatum van begeleiding
Welke begindatum vult u in?
- Begint de begeleiding eerder dan afgesproken in de overeenkomst? Vul dan de begindatum zoals afgesproken in de overeenkomst in.
- Begint de begeleiding later dan afgesproken in de overeenkomst? Vul dan de eerste begeleidingsdag in als begindatum.
Welke einddatum vult u in?
- Stopt de begeleiding eerder dan afgesproken in de overeenkomst? Dan vult u de laatste begeleidingsdag in als einddatum. Dit kan gebeuren omdat de deelnemer zijn diploma heeft behaald of is gestopt met de opleiding. De diplomadatum is de einddatum, omdat voor de weken na het behalen van een diploma het recht op subsidie voor de praktijkbegeleiding vervalt.
- Stopt de begeleiding later dan afgesproken in de overeenkomst? Dan vult u de einddatum in zoals afgesproken in de overeenkomst.
Bereken het aantal weken begeleiding binnen de aanvraagperiode
Cruciaal bij het toekennen van subsidie is de periode waarin daadwerkelijk begeleiding heeft plaatsgevonden.
Op te geven weken zijn weken:
- waarin voor de opleiding begeleiding binnen uw bedrijf is gegeven;
- die binnen de periode van de praktijkleerovereenkomst, werkleerovereenkomst of overeenkomst vallen;
- die voor een (eventuele) diplomadatum vallen.
Niet op te geven weken zijn weken:
- waarin geen begeleiding is geweest omdat de leerling, deelnemer of student niet bij u aanwezig was (bijvoorbeeld door ziekte, verlof of vorstverlet);
- die liggen vóór de begindatum en/of na de einddatum van de werkleerovereenkomst, praktijkleerovereenkomst of overeenkomst;
- die liggen na diplomering. Behaalt een leerling, deelnemer of student gedurende de begeleidingsperiode het diploma, dan moet u de datum van het diploma opgeven als einddatum. Voor de weken na het behalen van het diploma vervalt het recht op subsidie voor de praktijkbegeleiding.
- die liggen buiten de geldigheidsperiode van de groene pas (aspirantenpas). Dit geldt alleen voor de mbo-BBL opleiding tot beveiliger.
Gebruik het csv-format bij veel deelnemers
U vraagt aan per onderwijscategorie (vmbo, mbo, hbo of promovendi/toio). In het aanvraagformulier vraagt u meerdere leerplaatsen binnen dezelfde categorie in één keer aan. Naast het handmatig invullen van het aanvraagformulier kunt u ook via het uploaden van een csv-format gegevens van maximaal 250 deelnemers tegelijk importeren. Het juiste csv-format is verplicht. Per onderwijssector is een apart csv-format beschikbaar. Deze formats moeten ook per onderwijssector worden gebruikt, omdat de gevraagde gegevens per onderwijssector verschillend zijn. Gebruik altijd de meest actuele versies van de csv-formats die tijdens de openstellingsperiode op de pagina Aanvragen staan. Csv-formats van voorgaande jaren zijn mogelijk niet meer bruikbaar. U kunt het csv-format alvast voorbereiden.
Dien uw aanvraag op tijd in
Wacht niet tot het laatste moment met de aanvraag, maar doe dit zo snel mogelijk na afronding van de begeleiding in het afgelopen school-/studiejaar. De regeling werkt niet volgens het principe 'wie het eerst komt die het eerst maalt'.
Dien uw aanvraag in ieder geval vóór 15 september 17:00 uur in. Dan sluit de indieningsmogelijkheid en moet uw aanvraag zijn verzonden. U ontvangt altijd per e-mail een ontvangstbevestiging van uw aanvraag.
Controleer of u een ontvangstbevestiging heeft ontvangen
Na het indienen van uw aanvraag ontvangt u een ontvangstbevestiging met een referentienummer (PL2XXXXXXX) op het door u opgegeven e-mailadres in het aanvraagformulier. Heeft een intermediair uw aanvraag namens u ingediend, dan ontvangt de intermediair de ontvangstbevestiging. Het is belangrijk dit te controleren.
Heeft u een ontvangstbevestiging ontvangen? Dan weet u dat uw aanvraag is ingediend en dat wij uw aanvraag in behandeling nemen.
Heeft u geen ontvangstbevestiging ontvangen? Log dan opnieuw in in eLoket en controleer de status van uw aanvraag. Als er bij status 'concept' staat, is uw aanvraag niet ingediend. Klik dan alsnog op de knop 'ondertekenen en verzenden' in het aanvraagformulier. Controleer daarna of u de ontvangstbevestiging nu wel heeft ontvangen.
Bereid u voor op volgend jaar
Voor deze regeling geldt dat een goed begin het halve werk is. Wij adviseren u dan ook om zo snel mogelijk te beginnen met het verzamelen van de benodigde administratie voor uw aanvragen van het volgende studiejaar.
Denk bijvoorbeeld aan de wekelijkse urenstaten, de bewijslast van begeleiding en de (door alle partijen ondertekende) (werkleer-/praktijkleer)overeenkomst. Voor de aanwezigheids- en begeleidingsadministratie kunt u onze formats gebruiken, maar dit is niet verplicht. U mag ook gebruik maken van gegevens uit uw eigen administratie. Lees meer over de formats en benodigde administratie.
- Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap