11.000 nieuwe aansluitingen op grote warmtenetten in 2023
In 2023 sloten ongeveer 11.000 woningen en gebouwen aan op bestaande, grote warmtenetten (stadsverwarming). Een minder grote stijging dan in 2022. Dat blijkt uit een analyse van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) op basis van duurzaamheidsrapportages van warmtebedrijven. Zij leveren via deze warmtenetten warmte aan woningen en gebouwen in Nederland.
Hoe duurzaam is de warmte van warmtenetten?
Warmtebedrijven zijn verplicht om te rapporteren over de duurzaamheid van hun warmtenetten. Dit staat in de Warmtewet. Zo weten wij hoe duurzaam de warmte is die we in Nederland via warmtenetten in woningen en gebouwen gebruiken.
CO2-besparing van 50,9%
Warmtenetten leveren opnieuw een flink aandeel in de besparing van CO2-uitstoot. Al is het lager dan in 2022. De grote netten (met meer dan 500 aansluitingen) zorgden in 2023 voor een besparing van 50,9% in CO2-uitstoot, vergeleken met de veel gebruikte gasketel met hoog rendement (HR-ketel). In 2022 was dat nog 63,1%.
Ook meer aansluitingen op kleinere warmtenetten
Het aantal aansluitingen op kleine en middelgrote warmtenetten (met minder dan 500 aansluitingen) steeg ook met ongeveer 11.000. Deze uitkomst verklaart RVO deels door de stijging van het aantal leveranciers dat duurzaamheidsrapportages indiende.
Minder warmte gebruikt
De hoeveelheid warmte die de grote warmtenetten leverden, daalde opnieuw opnieuw. Die ging van 23,3 petajoule (PJ) in 2021 en 19,2 PJ in 2022 naar 17,6 PJ in 2023. Dit verklaart RVO door een warme(re) winter en gebruikers die (nog meer) energie bespaarden door de hoge kosten van energie.
35% van de warmte is duurzaam
Het aandeel van duurzame energie van de gerapporteerde warmte is in 2023 35%. In 2022 was dat nog 37,9%. Dit komt onder andere door storingen en het stilleggen van 3 grote warmtenetten. De noodvoorziening die het dan overneemt, is minder duurzaam dan de gebruikelijke warmtebron.
Warmte hergebruiken
De hoeveelheid restwarmte van de gerapporteerde warmte daalde daarnaast een klein beetje: 8,1%. Dat was 8,8% in 2022. Restwarmte is normaalgesproken 'verloren' warmte die vrijkomt bij (industriële) processen en niet opnieuw gebruikt wordt. Tegenwoordig gebruiken we die warmte voor warmtenetten.
Wie en waarom rapporteren?
In de Warmtewet staat dat vergunninghouders van warmtenetten jaarlijks moeten rapporteren over de duurzaamheid van de geleverde warmte. Dit zijn zij verplicht sinds 2020. Warmtebedrijven die aan meer dan 10 klanten tegelijk én 10.000 gigajoule (GJ) of meer per jaar aan warmte leveren, moeten over al hun warmtenetten rapporteren. Voor warmtebedrijven met kleine(re) warmtenetten (minder dan 500 aansluitingen) is een korte rapportage voldoende.
Bekijk de rapportage
Bekijk de volledige uitleg en cijfers van de rapportages over de duurzaamheid van warmtenetten in 2023.
- Ministerie van Klimaat en Groene Groei