Inbreukprocedure

Laatst gecontroleerd op:
1 september 2020
Gepubliceerd op:
31 maart 2017

Als het niet lukt inbreuk op uw octrooi met de inbreukpleger op te lossen, kunt u naar de rechter.

Van de ongeveer 160.000 octrooien die in Nederland van kracht zijn, komen jaarlijks niet meer dan zo'n 25 zaken bij de rechter. In de meeste gevallen van inbreuk lossen de partijen dit onderling op.

Als een octrooihouder iemand van inbreuk wil beschuldigen, moet deze de inbreukmaker waarschuwen. Daarna volgt een dagvaarding. Als u als octrooihouder ook schadevergoeding wenst, kan hier nog een desbewustzijnsverklaring door een deurwaardersexploot aan voorafgaan. Het deurwaardersexploot is een officiële mededeling van een deurwaarder. U wijst de vermeende inbreukmaker hiermee op de inbreuk op uw octrooi. Een deurwaardersexploot is geen vereiste.

Een rapport van het onderzoek naar de stand van de techniek, uitgebracht door Octrooicentrum Nederland, onderdeel van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, is verplicht bij het voeren van een inbreukprocedure.

U kunt geld reserveren voor juridische procedures tegen inbreukmakers. Hoe groot uw reservering is, hangt af van het risico van inbreuk en de juridische kosten. Vanaf 1 september 2020 geldt: wie een octrooizaak bij de rechter verliest, betaalt een maximaal bedrag dat hoort bij de categorie waarin de zaak door de rechtbank is ingeschat.

Uitgangspunt is dat de winnaar van een zaak over intellectueel eigendom een volledige vergoeding ontvangt van de gemaakte (advocaat)kosten. Dat betekent dat de verliezer niet alleen eigen advocaatkosten moet betalen, maar ook die van de tegenpartij.

Vanaf 1 september 2020: maximum aan hoogte proceskosten in octrooizaken

Wie vanaf 1 september een octrooizaak bij de rechter verliest, hoeft niet meer de volledige proceskosten van de tegenpartij te betalen. De Rechtbank Den Haag, het Gerechtshof Den Haag en de Hoge Raad maakten bekend dat ze zogeheten indicatietarieven in octrooizaken gaan invoeren.

Er worden 4 categorieën octrooizaken onderscheiden: van eenvoudig tot zeer complex, met bijbehorende maximale proceskosten. Als de rechtbank het financiële belang in een zaak lager inschat dan € 100.000,  is er sprake van een eenvoudige zaak. In octrooizaken tussen mkb’ers zal dit waarschijnlijk vaak het geval zijn. Bij verlies van een kort geding in zo’n eenvoudige zaak, zijn de proceskosten maximaal € 10.000. In een eenvoudige bodemzaak (uitgebreide procedure bij de rechtbank die tot een definitief oordeel leidt in tegenstelling tot het kort geding) is bij verlies de proceskostenveroordeling maximaal € 30.000.

Juridisch adviseur Maaike Jansen licht dit in onderstaande video toe.

Vragen over Octrooien?

Bel 088 042 40 02

In opdracht van:
  • Ministerie van Economische Zaken
Bent u tevreden over deze pagina?