Tijdelijk gesloten voor aanvragen

Zonne-energie SCE

Laatst gecontroleerd op:
15 augustus 2024
Gepubliceerd op:
19 februari 2021

Vraagt u als energiecoöperatie of VvE subsidie aan uit de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE) voor zonnepanelen (zon-PV)? Dat kan voor zonnepanelen met een piekvermogen van 15 kWp tot en met 6 MWp.

Hoeveel vermogen heeft uw installatie?

U kunt subsidie aanvragen voor zonnepanelen in de volgende categorieën:

  • kleinverbruikersaansluiting met een vermogen van 15 tot en met 100 kWp
  • grootverbruikersaansluiting met een vermogen van 15 tot 500 kWp
  • grootverbruikersaansluiting met een vermogen van 500 kWp tot en met 6 MWp 

Hoeveel krijgt u per kWh?

Basisbedragen Zon-PV SCE
Categorie Basis-
bedrag
2024
Basis-
elektriciteits-
prijs 2024
  Voorlopig
correctie-
bedrag 2024
  Maximum vollasturen
2024
Ingebruik-
name-
termijn
  €/kWh Netlevering
€/kWh
Niet-netlevering €/kWh Netlevering inclusiefwaarde
GVO's €/kWh
Niet-netlevering    €/kWh Uren/jaar Jaren
Zon-PV ≥ 15 kWp en ≤ 100 kWp kleinverbruikers-aansluiting 0,124 0,048 - 0,122 - 900 2
Zon-PV ≥ 15 kWp en < 500 kWp grootverbruikers-aansluiting 0,109 0,048 0,082 0,128 0,164 840 2
Zon-PV gebouwgebonden ≥ 500 kWp en ≤ 6 MWp grootverbruikersaansluiting 0,081 0,048 0,082 0,128 0,164 840 3
Zon-PV grondgebonden ≥ 500 kWp en ≤ 6 MWp grootverbruikersaansluiting 0,07 0,048 0,082 0,128 0,164 855 4
Zon-PV drijvend op water ≥ 500 kWp en ≤ 6 MWp grootverbruikersaansluiting 0,083 0,048 0,082 0,128 0,164 855 4

Haalbaarheidsstudie met tekening

Stuur met uw haalbaarheidsstudie altijd een kaart of een luchtfoto mee. Hierop is de aangevraagde installatie op de locatie ingetekend. Zijn of komen er op de beoogde locatie meer installaties? Geef dit dan duidelijk aan door deze in te tekenen. Heeft u in het verleden al subsidie aangevraagd voor deze locatie (voor bijvoorbeeld de SCE of SDE (++))? Dan vermeldt u de projectnummers op de intekening. Het moet voor ons duidelijk zijn waar u welke installatie plaatst.

Vergunning

Plaatst u de zonnepanelen niet op een bestaand dak, maar in een veldopstelling, op een nieuw te bouwen gebouw of aan een gevel (in het zicht)? Dan stuurt u met de subsidieaanvraag een omgevingsvergunning mee. Dit kan een bestaande WABO-vergunning zijn of een omgevingsvergunning op grond van de Omgevingswet. Dit geldt ook voor drijvende systemen en installaties die deel uitmaken van een carport of op een monumentaal pand. 

Vindt u dat voor uw installatie geen vergunning nodig is? Stuur dan met de aanvraag een verklaring mee van de instantie die de vergunning afgeeft waaruit dit blijkt.

Wilt u meer weten over vergunningen? Ga dan naar het Omgevingsloket.

Klein- of grootverbruikersaansluiting?

U sluit uw installatie aan op het elektriciteitsnet via een klein- of grootverbruikersaansluiting. Een kleinverbruikersaansluiting is een aansluiting op het elektriciteitsnet met een totale maximale doorlaatwaarde van maximaal 3 * 80 ampère. Een grootverbruikersaansluiting is een aansluiting met een totale maximale doorlaatwaarde van meer dan 3 * 80 ampère. Installaties met een grootverbruikersaansluiting kunnen geen gebruikmaken van de salderingsregeling.

U mag uw productie-installatie ook aansluiten op het elektriciteitsnet via de aansluiting van een naastgelegen adres. U plaatst uw installatie op de locatie waarvoor de subsidie is afgegeven. 

Wilt u een productie-installatie op 2 naastgelegen locaties plaatsen? Of heeft uw locatie meerdere huisnummers? U beschrijft dit dan duidelijk in uw subsidieaanvraag.

Levert u alle elektriciteit terug aan het net?

De regeling stelt eisen aan de aansluiting en het 'allocatiepunt' waarop de productie-installatie wordt aangesloten op het elektriciteitsnet. Een allocatiepunt is een meetpunt waaraan een marktpartij is gekoppeld om meetdata mee uit te wisselen.

U heeft een kleinverbruikersaansluiting

Krijgt u subsidie voor een installatie die is aangesloten op een kleinverbruikersaansluiting (met een totale maximale doorlaatwaarde van 3*80A)? Dan bent u verplicht alle elektriciteit aan het net te leveren. En u moet de productie-installatie hebben aangesloten op een zuiver terugleverallocatiepunt. Dit betekent dat uw installatie technisch gescheiden is van andere installaties achter de aansluiting. 

De elektriciteit die u aan het net levert, verrekent het energiebedrijf met de elektriciteit die u van het net afneemt (dit is de salderingsregeling). Als u voor deze elektriciteit ook subsidie zou krijgen, dan zou u dubbel voordeel krijgen. Om dat te voorkomen is een zuiver terugleverallocatiepunt nodig. De subsidie berekenen wij op basis van het tarief voor netlevering.

U heeft een grootverbruikersaansluiting

Krijgt u subsidie voor een installatie die is aangesloten op een grootverbruikersaansluiting? Dan geldt de salderingsregeling niet. Daarom is eigen verbruik van de geproduceerde elektriciteit bij een grootverbuikersaansluiting wel toegestaan. De eis van een zuiver terugleverallocatiepunt geldt dan niet.
Uw elektriciteitsproductie bestaat voor een deel uit teruglevering (netlevering) en een deel eigen verbruik (niet-netlevering). Hiervoor gelden verschillende basisenergieprijzen en correctiebedragen. Uw financieel voordeel is groter als u de opgewekte elektriciteit zelf gebruikt, omdat u dan geen energiebelasting en transportkosten betaalt. Daarom geldt voor ‘eigen gebruik’ een hoger correctiebedrag. U krijgt voor die elektriciteit dus minder subsidie per kWh.

50% netaansluiting bij grootverbruikersaansluiting

Sluit u uw installatie aan op het elektriciteitsnet met een grootverbruikersaansluiting? Dan mag het 'additionele gecontracteerde terugleververmogen' maximaal 50% zijn van het piekvermogen van de installatie. Dit is vanaf 2023 een eis, omdat het elektriciteitsnet erg vol is. Dit betekent dat uw installatie een aansluiting krijgt op het elektriciteitsnet van maximaal 50% van het aanvullende piekvermogen van de zonnepanelen. Hierdoor gaat een klein beetje opbrengst verloren, maar maken we meer ruimte op het elektriciteitsnet.

Is uw dak geschikt?

Weet u of uw dak geschikt is? Of welke aanpassingen u (nog) moet doen om uw dak geschikt te maken? Maak een goede analyse van het dak waarop u de installatie plaatst. Daarmee zorgt u voor een snelle realisatie binnen de uiterste ingebruiknametermijn die voor uw project geldt.

  • Bereken het beschikbare dakoppervlak goed.
  • Houd rekening met dakramen en klimaatinstallaties die op het dak staan.
  • Laat een expert bepalen of het dak voldoende draagkracht heeft voor de installatie.

De uitkomst hiervan geeft u aan in de dakconstructieverklaring die u meestuurt met de aanvraag.

Voor zon-PV in de categorieën tot 500 kWp gebouwgebonden stuurt u bij uw aanvraag de 'Modelverklaring geschiktheid dak of gevel' mee. Hierin geeft u aan wat de staat is van het dak waarop u de zon-PV-installatie realiseert. In deze verklaring vult u in welke eventuele maatregelen u neemt om het dak geschikt te maken. De controle van het dak hoeft u niet door een erkend constructeur te laten uitvoeren. U moet hiervoor wel de Modelverklaring geschiktheid dak of gevel gebruiken. 

Voor zon-PV in de categorie groter dan of gelijk aan 500 kWp gebouwgebonden stuurt u met de aanvraag een verklaring mee van een erkend constructeur over de belastbaarheid van het dak of de gevel volgens het Bouwbesluit 2012. Hiervoor gebruikt u de Modelverklaring draagkracht dakconstructie. 
U mag alleen de officiële modelverklaring gebruiken. Een eigen gemaakte verklaring voldoet niet aan de voorwaarden van de regeling.

De modelverklaringen vindt u onder stap 1 in het stappenplan van Uw aanvraag voorbereiden.

Vragen over de SCE?

In opdracht van:
  • Ministerie van Klimaat en Groene Groei
Bent u tevreden over deze pagina?