Voorwaarden Wet natuurbescherming bij buitenwerkzaamheden
Een ontheffing voor de Wet natuurbescherming krijgt u alleen als u aantoont dat de instandhouding van de aanwezige soorten niet in gevaar komt.
Voor vogels mogen de maatregelen niet leiden tot een verslechtering van de staat van instandhouding. Voor Europees beschermde en overige soorten wordt geen afbreuk gedaan aan het streven om de populaties van de betrokken soort in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan. U toont dit aan als:
- uit onderzoek blijkt dat de soort zich op de locatie kan handhaven, ook op de langere termijn.
- het natuurlijk verspreidingsgebied van die soort niet kleiner wordt of binnen afzienbare tijd gaat worden.
- er een voldoende grote habitat bestaat en waarschijnlijk zal blijven bestaan om de populaties van de soort op lange termijn in stand te houden
Voor Europees beschermde soorten wordt de instandhouding op plaatselijk en regionaal populatieniveau bekeken. Voor de rest op landelijk populatieniveau.
Andere alternatieven mogelijk?
Bij vogels en overige (Europees) beschermde soorten moet u aantonen dat er geen andere alternatieven mogelijk zijn voor uw activiteit. Alternatieven zijn bijvoorbeeld:
- U renoveert een bestaand bedrijventerrein in plaats van een nieuw terrein aan te leggen.
- U kiest een andere locatie, waar geen negatieve effecten op beschermde soorten zijn te verwachten.
- U start op een ander moment in het jaar met de uitvoering van de werkzaamheden, bijvoorbeeld na het broedseizoen.
Belangentoets
Vanuit de Wet natuurbescherming geldt een derde toets voor ontheffingverlening. Dit houdt in dat de werkzaamheden waarvoor ontheffing wordt aangevraagd als belang in de wet genoemd staat. Denkt u bijvoorbeeld aan:
- bescherming van flora en fauna (bijvoorbeeld een natuurontwikkelingsproject)
- volksgezondheid of openbare veiligheid (bijvoorbeeld het verbreden van dijken tegen overstromingen of wateroverlast)
- dwingende redenen van groot openbaar belang (bijvoorbeeld de aanleg van rijksweg, de aanleg van een grensoverschrijdend bedrijventerrein)
- ruimtelijke inrichting of ontwikkeling (bijvoorbeeld de aanleg van een ecoduct, weg, wijk of bedrijvenpark, de bouw of verbouwing van een pand)
- veiligheid van het luchtverkeer
Let erop dat deze belangen voor vogels, Europees beschermde soorten en overige soorten, verschillend kunnen zijn.
Vragen over de Wet natuurbescherming?
- Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit