Veelgestelde vragen Energielabel C kantoren
Meest gestelde vragen over het energielabel C kantoren.
Een kantoorgebouw is een gebouw, of een deel van een gebouw, met uitsluitend een of meer kantoorfuncties en nevenfuncties daarvan. De kantoorfunctie is de hoofdfunctie en geen nevenfunctie. Het kantoorgebouw kan een afzonderlijk gebouw zijn, maar ook een onderdeel van een groter (combinatie)gebouw.
Uitgangspunten
Een gebouw is gedefinieerd als: een bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijke met wanden omsloten ruimte vormt. De uitleg van 'gebouw' moet breed worden uitgelegd en een gebouw mag niet 'opgeknipt' worden om onder de labelplicht uit te komen. Bij de beoordeling geldt een aantal uitgangspunten. Ook wordt rekening gehouden met rechterlijke uitspraken (jurisprudentie).
Uitgangspunten kunnen bijvoorbeeld zijn: de bouwkundige en functionele verbondenheid als ook de toegankelijkheid. Als bouwwerken bouwkundig (in hoofdzaak) zelfstandig zijn en ook zelfstandig (kunnen) functioneren, kan beargumenteerd worden dat het 2 gebouwen zijn.
Er zijn ook specifieke gebouwen uitgezonderd van de energielabel-C-verplichting. Zie hiervoor de vraag: 'Welke gebouwen zijn uitgezonderd van de verplichting?'
Voor onderstaande gebouwen geldt een uitzondering.
- Kantoorgebouwen als onderdeel van een gebouw, waarbij de gebruiksoppervlakte aan kantoorfuncties van het kantoorgebouw minder dan 50% is dan die van het gebouw waarvan het kantoorgebouw een onderdeel is. Dit zijn de zogenaamde multifunctionele gebouwen. Bekijk voor voorbeelden onderstaande infographic Praktijksituaties Energielabel C kantoren.
- Kleine kantoorgebouwen, waarbij de totale gebruiksoppervlakte aan kantoor- én nevenfuncties in het kantoorgebouw, of in het gebouw waarvan de kantoorgebouw deel uitmaakt, minder is dan 100 m2. Is het kantoorgebouw onderdeel van een (groter) gebouw dan geldt deze grens van 100 m2 voor het gehele gebouw. Als er dus meerdere kantoorgebouwen in een (groter) gebouw zitten, moeten de gebruiksoppervlaktes hiervan (inclusief nevenfuncties) bij elkaar worden opgeteld. Bekijk voor voorbeelden onderstaande infographic Praktijksituaties Energielabel C kantoren.
- Kantoorgebouwen waarvoor geen energie wordt gebruikt om het binnenklimaat te regelen
- Monumenten zoals bedoeld in de Erfgoedwet of de aangewezen monumenten volgens een provinciale of gemeentelijke verordening
- Kantoorgebouwen die niet langer dan 2 jaar worden gebruikt. Er moet worden aangetoond dat het gebruik slechts tijdelijk is. Dit is bijvoorbeeld het geval bij sloop en/of transformatie.
- Kantoorgebouwen die op grond van een overeenkomst zijn of worden onteigend of worden aangekocht in het kader van de Onteigeningswet
- Kantoorgebouwen waarvoor de hardheidsclausule van artikel 5.11 lid 5 Bouwbesluit 2012 geldt. Deze hardheidsclausule houdt in dat er een uitzondering geldt als de te treffen maatregelen om energielabel C te halen een terugverdientijd hebben van meer dan 10 jaar. In dat geval zijn maatregelen met een terugverdientijd korter dan 10 jaar voldoende. En een label met een hoger primair fossiel energieverbruik (energielabel D-G).
Nee, van een kantoorgebouw is sprake als een gebouw of een gedeelte daarvan een kantoorfunctie heeft. Wanneer er naast de kantoorfunctie een andere (hoofd)functie is binnen het gebouw, wordt het gedeelte met kantoorfunctie aangemerkt als kantoorgebouw. Hoe groot dit gebouwgedeelte of het totale gebouw is, is voor het zijn van kantoorgebouw niet van belang. Vervolgens kunnen de ‘normale’ uitzonderingen van toepassing zijn, bijvoorbeeld
- de gebruiksoppervlakte van de kantoorfunctie (inclusief nevenfuncties) minder is dan 100 m2 of
- als de gebruiksoppervlakte aan kantoorfunctie(s) minder dan 50% is van het totale gebruiksoppervlakte van alle functies van het gebouw bij elkaar.
Bekijk voor andere uitzonderingen de vraag: Welke gebouwen zijn uitgezonderd van de verplichting?
De kantoorfunctie is gedefinieerd in het Bouwbesluit 2012 als 'gebruiksfunctie voor administratie'.
Een gebruiksfunctie bestaat uit de gedeelten van een of meer bouwwerken die eenzelfde gebruiksbestemming hebben en die samen een gebruikseenheid vormen. In een gebruiksfunctie vinden de voor die gebruiksfunctie kenmerkende activiteiten plaats. Elk bouwwerk heeft ten minste één gebruiksfunctie. Er zijn 12 (hoofd)gebruiksfuncties (artikel 1.1 lid 2 Bouwbesluit 2012).
In een bouwwerk kunnen zich verschillende gebruiksfuncties bevinden. Een kantoorfunctie is bijvoorbeeld een gebouw of een deel daarvan waar een adviesbureau, een administratie- of advocatenkantoor of een verzekeringsmaatschappij is gevestigd.
Een nevenfunctie is een gebruiksfunctie ten gunste van een andere gebruiksfunctie. Bijvoorbeeld een fietsenstalling bij een kantoor, een bedrijfsrestaurant of vergaderzalen.
Een kantoorfunctie kan zelf ook een nevenfunctie zijn van een andere gebruiksfunctie, bijvoorbeeld kantoren in scholen, in ziekenhuizen, in winkels, in buurthuizen of in industriehallen. In die gevallen is wel sprake van een 'kantoorfunctie', maar niet van een 'kantoorgebouw' zoals bedoeld in de definitie van kantoorgebouw waarvoor de energielabel C- verplichting voor geldt. De kantoorfunctie moet namelijk de hoofdfunctie zijn (met eventueel andere functies als nevenfunctie). Wanneer sprake is van een nevenfunctie bij een kantoor (zoals een bedrijfsrestaurant), dan wordt de nevenfunctie ook aangemerkt als onderdeel van het kantoorgebouw.
De feitelijke situatie is leidend. De beschrijving van het gebruik in het BAG-register is dus niet bepalend. Is het gebouw in gebruik als kantoor en voldoet het aan de overige criteria van artikel 5.11 Bouwbesluit, dan geldt een gebruiksverbod als er geen energielabel C of beter is geregistreerd.
Bij een multifunctioneel gebouw, met meerdere gebruiksfuncties, moet het kantoorgebouw een geldig label hebben met een maximumwaarde voor primair fossiel energiegebruik van 225 kWh/m2 jr, bepaald volgens de NTA 8800. Er moet wel sprake zijn van een kantoorgebouw waarop geen uitzondering van toepassing is. De eigenaar kan ervoor kiezen om één label voor het gehele multifunctionele gebouw te laten opstellen en registreren. Het gebouw moet dan wel de maximumwaarde hebben. De eigenaar kan er ook voor kiezen om alleen voor het kantoorgebouw een label te laten opstellen en registreren.
Is er sprake van verschillende kantoorgebouwgedeelten binnen een gebouw? Dan kan de eigenaar ervoor kiezen om een label te laten opstellen en registreren :
- voor labelplichtige alle kantoorgebouwdelen samen of
- per kantoorgebouwgedeelte.
Nee, monumenten zijn uitgezonderd van de verplichting. Ook een aanbouw die constructief en functioneel geen zelfstandige eenheid is, wordt tot het monument gerekend. Het maakt niet uit of de aanbouw is aangebracht vóór of nadat het gebouw als monument is aangewezen. Als de aanbouw wel een zelfstandige onroerende zaak is, geldt de label C-verplichting wel voor de aanbouw.
Artikel 5.11 Bouwbesluit 2012 verbiedt per 1 januari 2023 de in gebruik name of het gebruik van een kantoorgebouw als er geen energielabel C of beter is. Als een kantoorgebouw leeg staat en/of niet wordt gebruikt (eventueel nog gemeubileerd), dan geldt het gebruiksverbod van artikel 5.11 Bouwbesluit zolang er geen toereikend energielabel is. Het gebouw kan pas weer als kantoorgebouw worden gebruikt, als er alsnog een energielabel C of beter wordt afgegeven en geregistreerd. Maar ook wanneer er één van de uitzonderingsgronden zich voordoet.
Zie hiervoor de vraag: 'Welke gebouwen zijn uitgezonderd van de verplichting?'
Een energieadviseur vindt u via Zoek een energie adviseur.
De label C-verplichting voor kantoren en de Erkende Maatregelen kunnen beide van toepassing zijn en door verschillende instanties worden gehandhaafd. Het is dus mogelijk dat als een gebouweigenaar voldoet aan de ene wet er via de andere wet aanvullende maatregelen nodig zijn. Mogelijk worden op termijn beide wetten geharmoniseerd. Meer informatie over de erkende maatregelen vindt u op de webpagina Activiteitenbesluit gebouwen.
Het bevoegd gezag voor het Bouwbesluit – meestal de gemeente waar het kantoorgebouw staat – is verantwoordelijk voor de handhaving van de energielabel C-verplichting.
Wanneer een kantoorgebouw op het moment van inwerkingtreding van de verplichting niet het juiste energielabel C of beter heeft, mag het kantoorgebouw op grond van die verplichting niet gebruikt worden. Het bevoegd gezag kan opleggen dat het kantoorgebouw niet als kantoorgebouw gebruikt mag worden, tot er alsnog een energielabel C of beter is afgegeven en geregistreerd.
Het bevoegd gezag kan verschillende maatregelen nemen: van het geven van een waarschuwing tot het opleggen van een last onder dwangsom, bestuursdwang of - bij herhaaldelijke overtreding - een bestuurlijke boete. Het bevoegd gezag zal per situatie afwegen welke handhavingsmaatregelen noodzakelijk en wenselijk zijn. Ook zal het bevoegd gezag de reguliere waarborgen in acht moeten nemen waaronder het proportionaliteitsbeginsel en de (overige) algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
De gemeente is het bevoegd gezag voor de energielabel-C-plicht en kan uitsluitsel geven over specifieke kantoorgebouwsituaties. Onze rol in deze is het beantwoorden van interpretatievragen over de wettekst van de energielabel-C-plicht.
Zie hiervoor het helpscherm. Deze is te bereiken is onder de ‘h’ rechts bovenin de blauwe menubalk.
De viewer is gebaseerd op beschikbare gegevens over gebouwen in Nederland. Deze gegevens komen niet in alle gevallen overeen met de actuele situatie. Hierdoor kan het soms gebeuren dat kantoren niet in beeld zijn, of dat een gebouw ten onrechte als kantoor wordt aangemerkt. Zie ook de disclaimer, te bereiken onder de ‘i’ links bovenin de blauwe menubalk.
Op basis van de kenmerken van een gebouw, afkomstig uit verschillende databronnen, is ingeschat of dit een kantoor betreft die valt onder de label C-verplichting. Deze kenmerken zijn:
- de gebruiksfuncties (betreft het puur een kantoorfunctie, of is het een combinatie van kantoor en andere gebruiksfuncties);
- de oppervlakte;
- een eventuele monumentstatus;
- een eventueel verleende sloopvergunning.
Voor elk afzonderlijk kantoor is in de GIS-viewer aangegeven op welke gegevens de inschatting van de label C-plichtigheid is gebaseerd. Zie hiervoor de bron en toelichting. Deze vindt u in het pop-up scherm dat zichtbaar wordt bij het aanklikken van een kantoor (paars/blauw vierkantje).
Dit betekent dat op basis van de beschikbare gegevens het kantoor de indicatie krijgt dat het niet label C-plichtig is. Hieraan kunnen geen rechten aan worden ontleend, omdat de werkelijke situatie mogelijk afwijkt van de gegevens uit de databronnen. De GIS-viewer is een (best haalbare) benadering van de werkelijkheid.
Dit betekent dat op basis van de beschikbare gegevens niet is vast te stellen of het kantoor wel of niet label C-plichtig is, ook niet indicatief.
Helaas kunnen wij geen individuele aanpassingen doen. De GIS-viewer is gebaseerd op openbaar beschikbare objectieve bronnen, die niet altijd overeenkomen met de actuele situatie. Maar de GIS-viewer is niet leidend, het betreft een indicator. Het bevoegd gezag dat verantwoordelijk is voor de handhaving zal altijd naar de actuele situatie kijken.