Bufferstroken
Vanuit de mestwetgeving bent u verplicht om bufferstroken langs alle waterlopen te hebben. We leggen u graag uit wat wij zien als bufferstrook en aan welke voorwaarden u moet voldoen. Ook leest u hier wat de bufferstroken voor het Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) en andere regelingen betekenen.
Wat is een bufferstrook?
Een bufferstrook is een strook landbouwgrond langs een waterloop, waarvoor bepaalde regels gelden. De regels zijn bedoeld om de waterkwaliteit te beschermen. Ze zorgen er bijvoorbeeld voor dat er niet te veel meststoffen in het water terechtkomen.
Bufferstrook langs waterlopen
Er zijn meerdere typen waterlopen:
- Ecologisch kwetsbare waterlopen
- Waterlopen die vallen onder de Kaderrichtlijnen (KRW). Deze bestaan uit 2 soorten:
- KRW waterlopen van meer dan 10 meter breed.
- KRW waterlopen van maximaal 10 meter breed.
- Overige waterlopen
- Kort- of niet- droogvallende waterlopen. Dit zijn waterlopen die het hele jaar door of het grootste deel van het jaar water bevatten.
- Lang droogvallende waterlopen. Dit zijn waterlopen die in de zomer droogvallen en ten minste in de periode van 1 april tot en met 1 oktober droog staan.
- Droge sloot. Dit zijn sloten die altijd droog staan. Hiervoor geldt dat deze formeel niet als waterlopen worden gezien en daarom niet onder de bufferstrokenregeling vallen.
Hoe breed is een bufferstrook?
De breedte van de bufferstrook hangt af van het type waterloop. In de tabel hieronder staat per type waterloop hoe breed de bufferstrook moet zijn. Dit ziet u in de kolom ‘Hoofdregel’. Is de totale oppervlakte van uw bufferstroken meer dan 4% van de oppervlakte van het topografische perceel? Dan kunnen de bufferstroken bij sommige type waterlopen smaller (afgeschaald) worden. Hoe smal? Dit ziet u in de kolom ‘1e berekening groter dan 4%’. Zijn de bufferstroken samen dan nog steeds meer dan 4% van het perceel? Dan berekenen we de oppervlakte opnieuw en geldt de kolom ‘2e berekening groter dan 4%’. De breedte van de bufferstrook hoeft u niet zelf te bepalen. Dat doen wij voor u.
U ziet de actuele bufferstrokenkaart in Mijn percelen. Bent u het niet eens met de bufferstrook? Dan kunt u dat aangeven. Hier leest u meer over op Bufferstroken in Mijn percelen.
Tabel breedte bufferstroken
Hoofdregel | 1e berekening groter dan 4% | 2e berekening groter dan 4% | |
Ecologisch Kwetsbare Waterlopen | 5 meter | blijft 5 meter | blijft 5 meter |
KRW waterlopen groter dan 10 meter breed | 5 meter | 3 meter | Geen verdere versmalling toegestaan |
KRW waterlopen kleiner dan of gelijk aan 10 meter breed | 5 meter | 3 meter | 1 meter |
Kort- of niet-droogvallende waterlopen | 3 meter | 1 meter | 0,5 meter |
Lang droogvallende waterlopen | 1 meter | 1 meter | 1 meter |
Droge sloten | 0 meter | - | - |
Voorbeelden breedte bufferstroken
Hieronder vindt u voor een aantal waterlopen voorbeelden van de breedte van de bufferstrook bij de hoofdregel en bij de afschaling als uw bufferstroken samen 4% of minder van uw perceel beslaan.
In de afbeelding hierboven ziet u voor een aantal waterlopen wat de breedte van uw bufferstroken moet zijn als uw bufferstroken samen minder dan 4% van uw perceel beslaan. In de tabel Breedte bufferstroken ziet u dit voor alle waterlopen.
Beslaan de bufferstroken samen meer dan 4% van uw topografisch perceel? Dan mogen de bufferstroken soms smaller worden. In deze afbeelding ziet u voor een aantal waterlopen hoe smal zij mogen zijn. In de tabel Breedte bufferstroken ziet u dit voor alle waterlopen.
Zijn de bufferstroken na de eerste berekening samen nog steeds meer dan 4% van uw perceel? Dan berekenen we de oppervlakte van uw bufferstroken opnieuw. In deze afbeelding ziet u voor een aantal waterlopen hoe breed deze na de tweede berekening moeten zijn. In de tabel Breedte bufferstroken ziet u dit voor alle waterlopen.
Waar begint de bufferstrook?
De bufferstrook begint vanaf de insteek van de sloot. Het talud en de bufferstrook tellen niet mee voor de mestplaatsingsruimte. Hoe u dan de oppervlakte berekent leest u in het stappenplan op Bufferstroken in Mijn percelen 2025.
Waar begint de bufferstrook op een flauw talud?
Heeft u een flauw talud? Dit is een helling van minimaal 2 meter breed vanaf de waterlijn tot aan de insteek. De helling is niet steiler dan 1:3. De bufferstrook begint op 1 meter vanaf de waterlijn. De oppervlakte van de bufferstrook verandert hier in principe niet. U heeft mestplaatsingsruimte vanaf het einde van de bufferstrook, ook als de grens op het talud ligt. U registreert een gewasperceel vanaf de waterlijn in Mijn percelen.
Bijvoorbeeld: U heeft een flauw talud van 7 meter breed. Op 1 meter vanaf de waterlijn begint de bufferstrook. Die is bijvoorbeeld 3 meter breed. U houdt dan 3 meter tot de insteek over. Die 3 meter tussen de bufferstrook en de insteek telt mee voor de mestplaatsingsruimte.
7 meter talud – 3 meter bufferstrook – 1 meter naar de waterlijn = 3 meter.
Hoe bepalen we de bufferstroken?
De bufferstroken zijn bepaald op basis van de waterlopen (kaartlaag Waterlopen). De ligging van de waterlopen is bepaald op basis van de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). De overige waterlopen werden in 2023 bepaald op basis van de BGT. Deze worden aangeleverd door de waterschappen. Kader Richtlijn Water (KRW) en Ecologisch Kwetsbaar Water zijn landelijk vastgelegd.
Bij de kaartlaag Bufferstroken is rekening gehouden met het type waterloop en met de regels voor het smaller mogen maken van bufferstroken, de 4% berekening. In de BGT staat geen informatie over een flauw talud.
Bufferstroken in verschillende regelingen uitgelegd
De regels voor bufferstroken hebben naast de mestwetgeving invloed op verschillende regelingen. Zoals de conditionaliteiten en de eco-regeling in het GLB. Maar ook op het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb). U leest hieronder hoe de regels met elkaar samenhangen.
U heeft bufferstroken op uw landbouwgrond. Deze bufferstroken mag u niet bemesten en tellen ook niet mee voor uw mestplaatsingsruimte. Lees hoe u de mestplaatsingsruimte berekent op de pagina Bufferstroken in Mijn percelen.
De huidige regels voor teeltvrije en bemestingsvrije zones in de mestwetgeving en omgevingswet blijven gelden voor 2025.
Is uw teeltvrije zone smaller dan de bufferstrook? Het deel teeltvrije zone moet een andere teelt dan de hoofdteelt zijn. Alleen bij grasland hoeft dit niet. Dit deel mag ook braakliggen. Verder mag u op de teeltvrije zone geen mest en geen gewasbeschermingsmiddelen gebruiken. De teelt op de bufferstrook mag wel hetzelfde zijn als de hoofdteelt.
Bufferstroken alleen op landbouwareaal
In het GLB heeft u bufferstroken op landbouwareaal. De definitie van landbouwareaal leest u op Landbouwareaal.
Bufferstroken langs (droge) waterlopen (GLMC 4 en 10)
Doet u mee met het GLB? Dan moet u ook bufferstroken hebben. Op deze bufferstroken mag u geen gewasbeschermingsmiddelen en biociden gebruiken. Vanuit de mestwetgeving mag dit wel. De regels voor Bufferstroken langs (droge) waterlopen (GLMC 4 en 10) leggen we uit in de conditionaliteiten.
Bufferstroken als eco-activiteit
In het GLB kunt u meedoen met de eco-regeling. Daarvoor voert u eco-activiteiten uit. Dit jaar mogen bijna alle eco-activiteiten overlappen met bufferstroken. Alleen de volgende activiteiten mag u niet uitvoeren op een bufferstrook: groene braak, precisiebemesting, precisiegewasbescherming en fertigatie.
Er zijn 2 eco-activiteiten die moeten overlappen met een bufferstrook. Dit zijn Bufferstrook met kruiden langs bouwland of blijvende teelt en Bufferstrook met kruiden langs grasland. De strook met kruiden mag breder zijn dan de verplichte bufferstrook. U leest meer over alle activiteiten op Eco-activiteiten. Op Bufferstroken in Mijn percelen leest u hoe u de eco-activiteiten intekent.
Doet u mee met het GLB en het ANLb? Dan mag u sommige beheerpakketten en activiteiten niet doen op een bufferstrook.
Deze beheerpakketten mag u niet uitvoeren op bufferstroken:
- Ruige mest (7a)
- Bodemverbetering (39 b en c)
- Beperking chemische onkruidbestrijding op grasland en bouwland (55a en b)
Deze activiteiten mogen niet op een bufferstrook:
- Bemesting met ruige stalmest (A06)
- Gebruik van chemische onkruidbestrijding op maximaal 10% van de oppervlakte (A07)
- Gewasresten (bijvoorbeeld maaisel en stro) zijn, al dan niet opgebracht, onderwerken binnen x weken na aanbrengen (A30)
Geeft u een van deze activiteiten aan op (een deel van) een bufferstrook? Dan krijgt u geen vergoeding voor de activiteit op het deel van de bufferstrook. Wel voor de activiteit op het deel van het bouwland.
Wat mag u doen
Wat mag op bufferstroken langs waterlopen doen vanuit de mestwetgeving en het GLB? Dat ziet u hieronder:
Bufferstrook | Bufferstrook (GLMC 4 en 10) | Bufferstrook als eco-activiteit | Teeltvrije zone | |
Gebruik meststoffen | Nee | Nee | Nee | Nee |
Gebruik biociden en chemische gewasbeschermingsmiddelen | Nee | Nee | Nee | Nee |
Beweiden | Ja | Ja | Nee | Ja |
Maaien | Ja | Ja | Nee* | Ja |
Oogsten | Ja | Ja | Nee | Ja |
Gewassen en teeltmaatregelen | Alle gewassen | Alle gewassen | Geen groene braak, precisielandbouw bemesting, precisielandbouw gewasbescherming, fertigatie en beperkte gewassen uit de Gewascodelijst. | Ander gewas dan de hoofdteelt (behalve gras) |
Mestplaatsingsruimte** | Nee | Nee | Nee | Nee |
*Kruidenmengsel mag u maaien en afvoeren, maar niet als voer gebruiken. Maaien en maaisel laten liggen mag ook.
**Bufferstroken tellen niet mee voor 80% grasland bij derogatie.
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur