Landbouwareaal GLB 2024
Wilt u subsidies uit het Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) aanvragen? En wilt u deze aanvragen voor uw landbouwareaal? We leggen u graag uit wat wij binnen het GLB zien als landbouwareaal en aan welke voorwaarden u moet voldoen.
Laatste aanpassingen op deze pagina
- 21 juni 2024: Op de nieuwe pagina Grondgebruik en GLB staat alle informatie over feitelijk grondgebruik op een rij.
- 20 februari 2024: We hebben de Tabel Gewassen en GLB 2024 toegevoegd.
Landbouwareaal in het kort
Landbouwareaal is grond die u gebruikt voor bouwland, blijvend grasland of blijvende teelt. Vanaf 2023 zijn landschapselementen ook subsidiabel. Uw totale subsidiabele areaal is: landbouwareaal + landschapselementen.
De betekenis van deze woorden is niet bij alle regelgeving hetzelfde. Er zijn bijvoorbeeld verschillen met de mestregelgeving. Lees meer op Landbouwgrond mest uitgelegd.
Voorwaarden
Dit zijn de voorwaarden voor uw landbouwareaal als u GLB-subsidies wilt aanvragen:
Algemene voorwaarden
- U heeft het landbouwareaal waarvoor u subsidie aanvraagt op 15 mei 2024 ter beschikking op grond van eigendom, pacht of onderpacht.
- Bent u zelf geen eigenaar? Dan heeft u toestemming nodig van de eigenaar voor het gebruik van het landbouwareaal. Is er sprake van onderpacht? Dat kan alleen als ook de onderverpachter daarvoor toestemming heeft van de verpachter. U leest hier meer over onder het kopje Gebruikstitels en toestemming eigenaar.
- U houdt zich aan de conditionaliteiten.
- U gebruikt uw landbouwareaal als bouwland, blijvend grasland of blijvende teelt.
- U verbouwt een of meer subsidiabele gewassen.
- Grasland (tijdelijk en blijvend) maait of beweidt u minimaal een keer per jaar. De specifieke voorwaarden voor grasland vindt u onder het kopje Bouwland en Grasland.
- U gebruikt uw landbouwareaal in het subsidiejaar niet meer dan 90 dagen voor niet-landbouwactiviteiten.
- Uw perceel landbouwareaal is afgerond minstens 0,01 hectare.
- Voor percelen met hennep houdt u zich aan de voorwaarden voor de teelt van hennep.
- Voor percelen met boslandbouw houdt u zich aan de voorwaarden voor boslandbouw (agroforestry).
- U geeft alle landbouwareaal op die u op de peildatum van 15 mei ter beschikking heeft.
Gebruikstitels en toestemming eigenaar
Heeft u landbouwareaal in gebruik van iemand anders? En wilt u deze opgeven voor subsidies uit het Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB)? Dan heeft u altijd toestemming nodig van de eigenaar. Lees hoe u dat doet op Grondgebruik en GLB. Hier leest u ook wat de gevolgen zijn als u geen toestemming heeft.
Welke gewassen zijn subsidiabel?
U krijgt alleen uitbetaling voor percelen met subsidiabele gewassen. In de Tabel Gewassen en GLB 2024 leest u wanneer een gewas subsidiabel is. U ziet ook wat de gewassen betekenen voor de conditionaliteiten.
Percelen opgeven
Wilt u weten welke oppervlakte u kunt laten meetellen voor subsidie? Kijk op Alles over percelen registreren. Of heeft u hulp nodig bij het opgeven van percelen? Wij helpen u graag.
Wat zien wij als landbouwareaal?
Bouwland
Bouwland is grond:
- die u gebruikt voor de teelt van gewassen, maar niet voor blijvende teelt en blijvend grasland. U houdt het perceel in stand zodat u er een akkerbouwgewas in kunt zaaien.
- die u gebruikt als tijdelijk grasland. U beweidt uw tijdelijk grasland, of maait het minimaal één keer in het jaar. Dit doet u uiterlijk voor 1 oktober. Percelen met ANLb of Catalogus Groenblauwe diensten maait u minimaal één keer in de 2 jaar voor 1 oktober.
- die u kunt gebruiken voor de teelt van gewassen of tijdelijk grasland, maar die nu nog braak ligt.
- waarop niet meer dan 100 bomen per hectare staan.
Blijvend grasland
Voor percelen met blijvend grasland gelden de volgende extra voorwaarden:
- Het perceel met grasland is minimaal 5 jaar niet opgenomen in de vruchtwisseling. Dit betekent dat het perceel niet is omgezet in een ander gewas dan gras.
- Meer dan 50% van de grondbedekking bestaat uit grassen of andere kruidachtige voedergewassen. Mengsels van gras en stikstofbinders tellen mee. Pitrus, riet en heide vallen hier bijvoorbeeld niet onder.
- U beweidt uw grasland of maait het minimaal één keer in het jaar. Dit doet u voor 1 oktober. Heeft u percelen uit de ANLb of Catalogus Groenblauwe diensten? Dan is minimaal één keer in de 2 jaar maaien voldoende. Deze voorwaarde wordt als landbouwactiviteit gezien in het stroomschema gewascodes voor grasland 2023.
- Op uw perceel blijvend grasland staan niet meer dan 100 bomen per hectare.
Ecologisch kwetsbaar blijvend grasland
Is uw perceel aangewezen als ecologisch kwetsbaar blijvend grasland? Dan geldt een ploeg- en omzetverbod. Lees meer op Conditionaliteiten onder GLMC 9.
Heeft u grasland? Gebruik onderstaand stroomschema om te bepalen welke gewascode in uw situatie van toepassing is.
Blijvende teelt
Blijvende teelt is landbouwareaal waarop u een gewas teelt dat langer dan 5 jaar staat. U houdt het perceel in stand zodat u het regelmatig kunt oogsten. Voorbeelden van blijvende teelt zijn:
- Producten van kwekerijen
- Kortlopend hakhout
- Boomgaarden
- Boom- en fruitkwekerijen
- Gewassen als cranberry’s en miscanthus (olifantsgras)
- Voedselbossen
Tijdelijk gebruik voor andere activiteiten
Gebruikt u of iemand anders landbouwareaal voor niet-landbouwactiviteiten? Dat mag als het aantal dagen opgeteld niet meer dan 90 dagen per kalenderjaar is. Breng het perceel direct na de korte activiteit terug zodat begrazing of teelt weer mogelijk is. Voorbeelden van tijdelijke andere activiteiten zijn:
- Tijdelijke parkeerplaats
- Feesttent
- Paardenconcours
- IJsbaan
ANLb of Catalogus Groenblauwe diensten
Bij sommige activiteiten voor ANLb of Catalogus Groenblauwe diensten mag deze periode langer zijn dan 90 dagen. Breng het perceel direct na de activiteit terug zodat begrazing of teelt weer mogelijk is.
Wat zien wij niet als landbouwareaal?
Voor deze grond kunt u geen GLB-subsidies aanvragen om wettelijke redenen. Of omdat de oppervlakte niet geschikt is voor landbouwactiviteiten. Soms gelden er uitzonderingen.
Molens en windturbines, gaswinningstations en fakkeltorens met een oppervlakte van meer dan 10 m2. Heeft u een hek of raster rondom het gebouw of de installatie? Dan hoort de oppervlakte binnen deze afrastering niet bij uw landbouwareaal.
Een berm is een strook grond langs een verharde weg, inrit of parkeerterrein. En heeft deze functies:
- Geeft steun aan het weglichaam en geeft ruimte voor bijvoorbeeld een verbreding van de weg.
- Geeft ruimte voor verkeersvoorzieningen. Bijvoorbeeld reflectorpaaltjes en bewegwijzering.
- Is een uitwijkplaats in noodgevallen.
- Geeft ruimte voor het ingraven van kabels en leidingen. En voor de buffering en afvoering van regenwater. Soms is de berm een waterkerende kade. Een berm ligt vaak tussen de weg en een sloot.
Een berm van minder dan 3 meter is geen landbouwareaal. Is een berm breder, maar kunt u door de verkeersbestemming geen landbouwactiviteiten doen? Ook dan is de berm geen landbouwareaal. Bijvoorbeeld:
- In de berm staan verkeersvoorzieningen waardoor u niet kunt maaien met de normale landbouwmaaimachines. Dit kan ook een deel van het bermperceel zijn.
- Het pachtcontract geeft beperkingen, waardoor er hinder is.
Uitzondering
We zien een berm wel als landbouwareaal als u landbouwactiviteiten uitvoert in de eerste 3 meter van de berm. En als:
- er een afrastering langs de berm staat
- of de berm langs een fietspad ligt, of
- de berm langs een eigen weg ligt.
Toegangsdam
Dit is een (on)verharde dam vanaf de openbare weg of eigen weg naar een perceel. Heeft u een dam tussen een perceel landbouwoppervlakte en een perceel met een andere functie dan landbouwareaal? Dan is het ook een toegangsdam. Loopt de toegang naar een perceel over een berm? Dan zien we de berm als onderdeel van de dam. Toegangsdammen horen niet bij uw landbouwareaal.
Doorgangsdam
Een doorgangsdam is een dam die percelen landbouwoppervlakte met elkaar verbindt. Hij hoort niet bij uw landbouwareaal.
Uitzondering 1
Is een doorgangsdam onverhard en beteelbaar? En hoort deze dam helemaal of voor een deel bij uw perceel? Dan hoort deze bij uw landbouwareaal. Het gedeelte van de dam dat bij uw perceel hoort, kunt u dan intekenen. Verdeelt u de dam over 2 percelen? Dan legt u de grens in het midden van de dam of bijvoorbeeld op een hek. U kunt de percelen ook samenvoegen.
Uitzondering 2
Een doorgangsdam hoort bij uw landbouwareaal als er dieren op grazen. Of als er een ingezaaid gewas op staat.
Een gazon is een oppervlakte begroeid met gras dat u niet gebruikt voor landbouwdoeleinden. Het ligt vaak op het erf bij een boerderij, huis of andere gebouwen. Het hoort niet bij uw landbouwareaal.
Een geluidswal is een grondlichaam of een soort dijk die naast een weg of spoorlijn wordt neergelegd om de geluidshinder te beperken voor de mensen die achter de wal wonen of verblijven.
Een erf is een gebied dat direct rond gebouwen ligt. Het hoort niet bij uw landbouwgrond. Onder gebouwen vallen een huis, stal, kas, silo, loods of schuur. Een gebouw telt als erf.
Een kampeerterrein is een plek met voorzieningen om te kamperen. Het kampeerterrein heeft vaste voorzieningen. Zoals sanitair-gebouwen, paden, lichten en afscheidingen. Het terrein is meer dan drie maanden in het subsidiejaar open. Ook parkeerplaatsen en speelplaatsen die bij het kampeerterrein horen niet bij uw landbouwareaal.
Uitzondering
Gebruikt u een weiland als tijdelijk kampeerterrein zonder vaste voorzieningen? En doet u dit maximaal 90 dagen in het subsidiejaar 2023? Dan zien we dit niet als kampeerterrein.
Een kinderboerderij is een boerderij die voor iedereen toegankelijk is. Deze heeft een maatschappelijke functie en is speciaal gericht op kinderen. Zij kunnen kennismaken met verschillende soorten boerderijdieren. Een kinderboerderij is geen landbouwareaal.
Een moes- of groentetuin is een tuin waarin u groente en/of fruit teelt voor eigen gebruik. Deze tuin kan onderdeel zijn van een siertuin. Tuinen zijn geen landbouwareaal
Siertuin, zoals een bloemen- en kruidentuin
Een siertuin is een tuin waarin u (sier)planten plant en verzorgt. Siertuinen hebben vaak een gazon omringd door borders. Een siertuin kan ook uit niet-beplante delen bestaan zoals een terras. Grotere tuinen kunnen ook vijvers, vlonders en watervallen hebben. Niets hiervan is landbouwareaal.
Onverharde landingsbanen voor luchtsport en luchtvaarthobby's. Voorbeelden van luchtvaartuigen zijn zweefvliegtuigen, modelvliegtuigen en luchtballonnen. De luchtvaartuigen stijgen op en/of landen op deze landingsbanen. Meestal zijn de banen van grasland. Ze horen niet bij uw landbouwareaal.
Dit zijn verharde en onverharde kuilvoer- en mestopslagen, zoals platen, bassins, silo’s. Ook grond, zand, afval, losse kuilbalen en machines zijn opslagen. Heeft u de ondergrond van deze opslagen al langer dan een jaar niet gebruikt als landbouwgrond? Dan hoort de oppervlakte niet bij uw landbouwareaal. Verharde ondergronden zijn ook geen landbouwareaal. Een voorbeeld is beton als ondergrond.
Uitzondering
Tijdelijke opslagen die aan de buitengrens liggen met een oppervlakte groter dan 10 m². Tijdelijk betekent niet langer dan één jaar.
Het gaat hier om onoverdekt terrein met grasland. Of een terrein met aangepaste bodem dat geen gras is. Dit terrein is voor het trainen, africhten, dresseren en uitlopen van paarden of pony’s. Het terrein is meestal omgeven door houten palen en planken. Paardenbakken, dressuurplaatsen en uitloopbakken horen niet bij uw oppervlakte landbouwareaal.
Het gaat hier om paden en wegen om bij een erf of een weg te komen. Ze kunnen verhard en onverhard zijn. Dit zijn bijvoorbeeld zandpaden, betonpaden in grasland en paden die bestaan uit puin en stenen. Vaak liggen deze paden en wegen aan de zijkanten van percelen. U gebruikt deze om naar percelen die verderop liggen te gaan. Wegen en paden horen daarom niet bij uw landbouwareaal.
Uitzondering
Heeft u tractorsporen die middenin of verspreid in percelen liggen? En gebruikt u die sporen voor bijvoorbeeld zaaien, oogsten en sproeien? Dan horen ze wel bij uw landbouwareaal.
Recreatievoorzieningen zijn geen landbouwareaal.
Park, plantsoen of ander openbaar groen
Een park is een groenvoorziening die door de mens is ontworpen en aangelegd. In een park worden gras, bloemen of bomen afgewisseld met wandel- of fietspaden. Het park is (deels) toegankelijk voor publiek. Park, plantsoen of ander openbaar groen zijn geen landbouwareaal.
Sportveld, zoals voetbalveld of golfbaan
Een sportveld is een speelterrein. Het is bedoeld en ingericht voor verschillende buitensporten. Voorbeelden hiervan zijn voetbalvelden, golf- en crossterreinen. Deze velden en terreinen zijn geen landbouwareaal.
Stroken langs kassen en gebouwen smaller dan één meter horen bij het erf. Ze horen niet bij uw landbouwareaal.
Een speelweide is een speelterrein voor kinderen. Een speelweide bestaat voor een groot deel uit gras met daarop klim- en speeltoestellen. Een speelweide is geen landbouwareaal.
Een springweide is een perceel grasland met springtoestellen voor het springen met paarden of pony’s. Een springweide is geen landbouwareaal.
Stroken grasland langs of in het verlengde van landingsbanen. Een landingsbaan bestaat uit een start- en landingsbaan, taxibaan en parkeerplaats. Met of zonder lampen. De stroken zijn begroeid met gras. Door de vliegactiviteiten zijn landbouwactiviteiten op de stroken niet mogelijk. Ze horen niet bij uw landbouwareaal.
Clusters zonnepanelen (boven 10m2) beschouwen we niet als subsidiabel landbouwareaal en trekken we af van het aantal subsidiabele hectares.
Op een zonnepark staan installaties voor het opwekken van zonne-energie. Ze horen niet bij uw landbouwareaal.
Uitzondering
Een zonnepark is wel landbouwareaal als er verspreid op het perceel maximaal 100 zonnepanelen per hectare staan die samen maximaal 100m2 zijn.
Veelgestelde vragen
Wilt u meer weten? Wij hebben voor u de Veelgestelde vragen GLB verzameld.
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur