Dierentuinvergunning: aanvraag of wijziging voorbereiden

Nadat u bent ingelogd, geeft u voor uw aanvraag of wijzigingsverzoek altijd een contactpersoon op. Het is ook mogelijk om een 2^e contactpersoon toe te voegen. In het formulier vragen wij naar de contactgegevens van de dierentuin en van elke contactpersoon.

Vraagt u een nieuwe dierentuinvergunning aan? Dan beantwoordt u hier vragen over de tijdsplanning van de bouw van uw dierentuin. U geeft ook aan vanaf wanneer u een dierentuinvergunning wilt.  

Bij een wijziging

Gaat u alleen een nieuw verblijf bouwen of een bestaand verblijf verbouwen? Dan geeft u aan wanneer u de (ver)bouw van een verblijf bent gestart en wanneer u verwacht klaar te zijn.

Als het verblijf nog niet klaar is

Belangrijk: zijn de verblijven nog niet klaar als u uw aanvraag doet? En is een bezoek van de Visitatiecommissie Dierentuinen nodig? Dan behandelen wij uw aanvraag pas als de verblijven klaar zijn. Wij nemen hierover dan contact met u op.

Stuur bijlagen mee die duidelijk maken wat de functies en kwalificaties van uw medewerkers zijn. Denk bijvoorbeeld aan:

•    een overzicht van functies en kwalificaties, inclusief aantal fte;
•    gevolgde cursussen. En welke specifieke kennis en ervaring uw medewerkers daarbij hebben opgedaan over de nieuwe diersoort.

Bij een wijziging

Veranderen de beschikbare fte, functies of kwalificaties van uw medewerkers omdat u bijvoorbeeld een nieuwe diersoort wilt gaan houden? Of hebben zij daarvoor nieuwe cursussen gevolgd? Geef dit dan aan ons door met een wijzigingsverzoek. Licht deze verandering ook toe.

In dit onderdeel geeft u informatie over diersoorten die u wilt houden en tonen aan het publiek. U geeft informatie over de soort, het aantal en het geslacht van de dieren. Houd daarnaast bij dit onderdeel voor iedere diersoort de volgende informatie bij de hand: 

•    Wetenschappelijke naam van de diersoorten. 
•    Nederlandse naam van de diersoorten.
•    Het maximaal aantal dieren van de soort die u wilt houden per verblijf. Hierbij noemt u de geslachtsverhouding. Ook houdt u rekening met nakomelingen. 
•    In welk verblijf of verblijven u de dieren wilt tonen. Gebruik de naam en/of het nummer uit uw dieradministratie. 
•    Documenten die u wilt meesturen.

Bij een wijziging 

Wilt u de diersoort samen met (al aanwezige) medebewoners houden? Dan geeft u dit door met een wijzigingsverzoek. Houd dan ook bovenstaande informatie voor deze diersoorten bij de hand. Ook als dit productiediersoorten zijn. Leg uit waarom u voor deze combinatie van dieren heeft gekozen. En welke aanpassingen u heeft gedaan voor het (samen)houden van deze diersoorten.

Dieren verhuizen binnen dierentuin

Verhuist u dieren binnen uw dierentuin? En doet u dit om ruimte te maken voor een andere (nieuwe) diersoort? Dan verstuurt u 2 verschillende wijzigingsverzoeken. Eén over de verplaatsing. En één over de nieuwe diersoort. Zo houden we informatie over de veranderingen en diersoorten gescheiden.

Toelichting bij diermanagement

U kunt eventueel meer informatie geven over de verandering. Wij kunnen dit dan meenemen in ons besluit. Vertel bijvoorbeeld waarom u voor een nieuwe diersoort heeft gekozen en hoe dit past in uw collectieplan. En geef aan of er contact is geweest met een fokprogramma.

In dit onderdeel geeft u informatie over uw gebouwde en/of nog te bouwen verblijven. Dit is belangrijk voor de beoordeling van uw vergunningaanvraag. Houd de volgende informatie bij de hand voor dit onderdeel:

• een overzichtsplattegrond van uw dierentuin met daarop de locatie van de verblijven. Bevindt een verblijf zich in een gebouw met meer dan één ander verblijf? Houdt dan ook een plattegrond van dat gebouw bij de hand; 
• de naam en/of het nummer van de verblijven in uw dieradministratie; 
• een plattegrond per verblijf met legenda, met daarop ten minste: 
  • de naam en/of het nummer van de verblijven in uw dieradministratie; 
  • de (langste) lengte- en breedtematen; 
  • de vaste inrichting, zoals: rust- en schuilplekken, verlichting en waterpartij;
  • de barrières, inclusief deuren, luiken en/of schuiven.
• een gedetailleerde beschrijving per verblijf, met in ieder geval informatie over: 
  • de afmetingen; 
  • serviceruimte(s) en toegang daartoe als die aanwezig is; 
  • beplanting in en rondom het verblijf; 
  • type ramen, deuren en schuiven, inclusief materiaal en afmetingen;
  • de primaire en secundaire barrière van het verblijf, inclusief materiaal, hoogte, dikte, diepte, de maaswijdte en draaddikte; 
  • de inrichting van het verblijf, zoals klimstructuren, nestkasten en bodembedekking;
  • de publieksbarrière, inclusief de hoogte, afstand tot de primaire barrière en de beplanting ertussen als die er is;
  • de sloten, vergrendeling en hendels op het hekwerk, deuren en andere plaatsen;
  • als er schrikdraad aanwezig is, een omschrijving van de installatie en de spanning op het schrikdraad. En of er een nuldraad of andere aarde aanwezig is; 
• u geeft aan of er noodaccu’s en/of generators aanwezig zijn. Bijvoorbeeld bij stroomuitval van het schrikdraad of andere elektrische systemen; 
• informatie over de vaste inrichting, inclusief materiaal en afmetingen; 
• het aantal rust- en schuilplekken en hoe die eruitzien; 
• het klimaat, bijvoorbeeld temperatuur, luchtvochtigheid, lichtschema en ventilatie;
• protocollen waarin staat hoe en hoe vaak u de gewenste klimaatwaarde meet en registreert; 
• plaats, afmetingen, maximale diepte en eventueel diepteverloop van aanwezige vijver, gracht, waterloop of andere waterpartij.

Aquarium of waterpartijen

Is het verblijf een aquarium of zijn er waterpartijen in het verblijf? Geef ons dan ook informatie over het filtersysteem en de streefwaarden die u aanhoudt. Geef aan hoe u deze meet, handhaaft en registreert.

Bij een wijziging

Wilt u een nieuw verblijf bouwen of een bestaand verblijf verbouwen? U stuurt dan ook alle informatie die hierboven in de opsomming staat. Wilt u meerdere verblijven (ver)bouwen? Stuur dan per verblijf een aparte bijlage met alle gevraagde gegevens.

Wij vragen in het formulier naar uw beleidsprotocol. Het beleidsprotocol is bindend voor de dierentuin en een leidraad voor het personeel. Wij kunnen hiermee controleren of uw dierentuin voldoet aan het Besluit houders van dieren.

In het beleidsprotocol staan de volgende onderdelen: 
•    een noodplan voor de veiligheid van mens en dier
•    het voedingsbeleid binnen uw dierentuin
•    de preventieve en curatieve diergeneeskundige verzorging opgesteld onder begeleiding van een dierenarts
•    het doel van de activiteiten om diersoorten in stand te houden (conservatiebeleid)
•    het informatief en educatief programma (educatiebeleid).

U vindt een uitgebreide uitleg over het beleidsprotocol in de Richtlijnen voor het beleidsprotocol (pdf). Hierin hebben wij alle onderdelen van het beleidsprotocol uitgewerkt.

Specifieke protocollen over diersoorten

In het beleidsprotocol neemt u ook specifieke informatie op over de verzorging van de diersoorten in uw dierentuin. Heeft u diersoorten uit verschillende groepen of categorieën? U neemt dan specifieke informatie op voor de bijzonderheden van elke diersoort.

U geeft de volgende informatie over een diersoort: 

Het voedingsprotocol

In het voedingsprotocol staat welke soorten voedsel de dieren krijgen en in welke hoeveelheden. En hoe het voedsel wordt aangeboden en op welke momenten.

Het verzorgingsprotocol

Hierin staat hoe vaak en hoe het verblijf wordt schoongemaakt.

Het protocol preventieve en curatieve diergeneeskunde

In dit protocol staat informatie over de afstemming van de verzorging op de behoefte van het dier. En over de controle op de gezondheid en conditie van de dieren.

Het noodplan

In het noodplan staat hoe u voorkomt dat de dieren ontsnappen uit hun verblijf. En hoe u zorgt dat personeel en bezoekers in veiligheid zijn en blijven. 

Het educatieprotocol

Hierin staat informatie over de educatie bij het verblijf van deze specifieke diersoort(en). En hoe deze diersoort past binnen uw educatieve verhaal.

Het conservatieprotocol 

In het conservatieprotocol staan de specifieke conservatiedoelen en activiteiten om deze diersoort(en) in stand te houden.

Bij een wijziging

Heeft u aanpassingen gedaan in uw beleidsprotocol? Dan geeft u in dit onderdeel aan wat u heeft veranderd.

Wilt u een nieuwe diersoort houden? Dan voegt u specifieke informatie toe over de verzorging van deze nieuwe diersoort in uw verblijf. Dit geldt ook als u meer dieren wilt houden of dieren wilt verplaatsen naar een ander verblijf.