Landschapselementen 2023
Landschapselementen zijn hout, water en overige elementen waarop u geen landbouwactiviteit uitoefent. Zij tellen vanaf 2023 mee voor de basispremie. Dit is een groot verschil met het vorige GLB. Het betekent wel dat u ze moet registreren in Mijn percelen. Voor een paar landschapselementen kunt u ook subsidie aanvragen, bijvoorbeeld ANLb.
Voor wie
Actieve landbouwers en deelnemers ANLb.
Wat telt mee?
Bijna alle landschapselementen tellen mee voor de basispremie. Onder Categorieën staat welke dit zijn. Ook kunt u met een of meer landschapselementen voldoen aan de verplichting om 4% van uw bouwland niet-productief te laten (onderdeel van GLMC 8). Verder kunt u op een aantal landschapselementen eco-activiteiten uitvoeren. Of u zet ze in voor Agrarisch Natuur en Landschapsbeheer (ANLb). Bij sommige gelden aanvullende voorwaarden en weegfactoren.
Voorwaarden
- U heeft de landschapselementen ter beschikking als eigendom, huur of pacht. Of u heeft ze in gebruik met toestemming van de eigenaar, de verhuurder of de verpachter. Dit bekijken we op de peildatum 15 mei 2023.
- Het landschapselement ligt op landbouwgrond of grenst daaraan.
- Grond die geen landbouwgrond is (dus niet-subsidiabel) mag het landschapselement niet helemaal omsluiten. Dus bijvoorbeeld een heg midden op een erf telt niet.
Aangrenzende landschapselementen
Aangrenzende landschapselementen grenzen aan landbouwoppervlakte of aan andere landschapselementen. Niet alles sluit altijd precies op elkaar aan. Daarom mag er maximaal 5 meter zitten tussen landbouwoppervlakte en een landschapselement. U kunt subsidie aanvragen voor:
- Landschapselementen die op of binnen 5 meter van landbouwoppervlakte liggen.
- Landschapselementen die direct grenzen aan landschapselementen die op of binnen 5 meter van landbouwoppervlakte liggen.
Voorwaarden aangrenzende landschapselementen
Een landschapselement kan met de korte of met de lange zijde aan landbouwoppervlakte liggen. Ook kan uw landschapselement aan landbouwoppervlakte van iemand anders grenzen. De ligging van het aangrenzende landschapselement bepaalt hoeveel subsidie u kunt krijgen.
- Een landschapselement grenst met minimaal één van de lange zijdes aan landbouwoppervlakte. Of aan een ander subsidiabel landschapselement. Alleen dan telt uw landschapselement mee. Dit geldt voor alle landschapselementen met een duidelijke korte en lange zijde.
- Loopt uw landschapselement langer door dan landbouwoppervlakte en/of een subsidiabel landschapselement? Dan telt alleen dat deel van het landschapselement mee dat naast landbouwoppervlakte of een ander landschapselement ligt.
Categorieën
Landschapselementen verdelen we in de categorieën hout, water en overig. Deze vindt u ook terug in Mijn percelen.
Hout
Een boomgroep is een vrij-liggend, vlakvormig en aaneengesloten landschapselement met bomen en struiken. De boomkruinen raken elkaar en hebben duidelijk zichtbare ondergroei (meer dan 50m2). Een boomgroep mag maximaal 1,5 hectare zijn.
Bomen die zover uit elkaar staan dat ze geen boomgroep vormen.
Heggen en hagen zijn vrij-liggende lijnvormige landschapselementen. Ze hebben een aaneengesloten begroeiing van bomen en/of struiken.
Een houtwal of houtsingel is een vrij-liggend lijnvormig en aaneengesloten landschapselement met bomen en/of struiken.
Struweel bestaat vooral uit laagblijvende struiken zoals hondsroos en braam. Of hoger uitgroeiende struiken zoals meidoorn. Struwelen kunnen zelfstandige begroeiingen zijn of randen van boomgroepen. Verder komen in struwelen klimplanten voor zoals hop, kamperfoelie en bosrank.
Water
Een sloot is een lijnvormige watergang. Een sloot mag u opgeven als deze voor 90% smaller dan tien meter is. De breedte van een sloot meet u van insteek naar insteek.
Sloten met vistrappen tellen mee als ze de functie van de sloot niet in de weg zitten.
Een poel is een geïsoleerd, stilstaand water dat gevoed wordt door grond- en/of regenwater. De poel heeft een oppervlakte tussen 0,001 hectare (10m2) en 0,5 hectare. De poel staat niet in verbinding met een sloot of ander water.
Overig
Voor deze landschapselementen geldt een maximum van 1,5 hectare.
Een door de mens aangelegde en aaneengesloten oever langs een bestaande waterloop. De oever heeft een plas- of drasberm of schuine slootkanten (minimaal 1:3). Er groeien inheemse planten en/of plantensoorten van natte ruigte en graslanden.
Een pad langs water voor slootschouw.
Een zandwal is een begroeide aarden wal. Een tuunwal is een van plaggen gemaakte afscheiding tussen twee percelen. Graften zijn steile begroeide terrassen of hellingen.
Ruigte bestaat uit hoog opschietende, overjarige, bloeiende kruiden waarin meestal weinig grasachtige soorten voorkomen.
Deze stroken bestaan voor het grootste deel uit verwilderd gras.
Hoe registreren
Voor landschapselementen staat er vanaf februari 2023 een aparte laag in Mijn percelen. U kunt dan in deze laag landschapselementen overnemen en toevoegen aan uw bedrijfssituatie. De laag is nieuw en we hebben uw hulp nodig om de laag te verbeteren. U kunt landschapselementen die voldoen aan de voorwaarden toevoegen. Maar er kunnen ook landschapselementen in staan die niet voldoen aan de voorwaarden. Daar moet u rekening mee houden. Deze fouten die er misschien zijn leiden in 2023 niet tot een sanctie.
Bij elk perceel geeft u een gebruikstitel en een gewas op. U kunt daarvoor de tabellen gebruiken in Mijn percelen. Meer informatie vindt u op Alles over percelen registreren.
Heeft u na het lezen van het Stappenplan landschapselementen nog vragen over het registreren van landschapselementen? Maak dan een belafspraak.
- Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit