Veelgestelde vragen over onderzoek naar mineralenconcentraat
Op deze pagina vindt u antwoorden op veelgestelde vragen over het onderzoek naar en het gebruik van mineralenconcentraat.
Deze vracht mineralenconcentraat telt niet mee in het onderzoek. U heeft het gewoon als dierlijke mest aangevoerd. De mestcode 120 mag u daarom niet gebruiken. U gebruikt de mestcode van de diersoort waarvan de mest is. Deze aanvoer telt mee voor de gebruiksnorm dierlijke mest.
Vanaf het moment dat u zich heeft aangemeld, kunt u mestcode 120 gebruiken voor de aangevoerde mineralenconcentraat.
Door het onderzoek willen we:
- beoordelen wat de landbouw- en milieukundige effecten van mineralenconcentraat zijn;
- beoordelen of deze effecten vergelijkbaar of hetzelfde zijn als die van kunstmest;
- beoordelen of het mineralenconcentraat voldoet aan de verwachting op het gebied van (chemische) kenmerken, zoals stabiliteit en opname door de gewassen;
- beoordelen of het concentraat gebruikt kan worden bovenop de gebruiksnorm dierlijke mest, zonder dat dit (extra) risico voor vervuiling (van het milieu) oplevert. Uiteraard wel binnen de gebruiksnorm stikstof en fosfaat;
- producenten en afnemers van mineralenconcentraat in de gelegenheid stellen de markt voor het mineralenconcentraat te onderzoeken;
- de borging van de kwaliteit van het mineralenconcentraat beoordelen door het stellen van extra kwaliteitseisen die meetbaar zijn.
Mineralenconcentraat is het eindproduct dat ontstaat bij verwerking van dierlijke mest door ultrafiltratie of gelijkwaardige technieken, gevolgd door omgekeerde osmose. Mineralenconcentraat valt onder de definitie van dierlijke mest in de Meststoffenwet en het Besluit gebruik meststoffen.
Voor het onderzoek moet een productiestroom volledig herleidbaar zijn. En de samenstelling van het mineralenconcentraat daarbinnen moet onveranderd blijven.
Bij tussenopslag is er risico op veranderingen in de samenstelling. Dit past niet binnen een onderzoek.
Het gaat alleen om mineralenconcentraat uit omgekeerde osmose. Voor mineralenconcentraat uit ultrafiltratie gelden de normale regels voor het verkopen, vervoeren en uitrijden van dierlijke mest. U gebruikt dan niet mestcode 120.
Bij het aanmelden stuurden producenten een productiebeschrijving mee. Hierin moest staan:
- De installatie, het productielocatieadres en de opslaglocatieadres(sen).
- Het productieproces, de gebruikte technieken en de volgorde daarvan. En overige technische kenmerken, waaronder de capaciteit per uur van elk onderdeel.
- Het ingangsmateriaal en eventuele hulpstoffen, omschrijving van de mestsoorten die u verwerkt en de hoeveelheden in tonnen en in kilogram stikstof en fosfaat per jaar.
- De eindproducten, de hoeveelheid in tonnen per jaar en de verwachte productsamenstellingen ervan.
- De maximale verwerkingscapaciteit van de installatie in tonnen per jaar.
- De productiecapaciteit van de installatie, de hoeveelheid mineralenconcentraat in tonnen per jaar.
- Een analyse waaruit blijkt dat aan de kwaliteitseisen wordt voldaan:
- Er zit in elk geval 90% NH4-N in.
- Verhouding stikstof - fosfaat is in elk geval 15.
- Geleidbaarheid van het product uitgedrukt als EC is in elk geval 50.
- Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit