Publicaties over de Warmtewet

Gepubliceerd op:
4 september 2017
Laatst gecontroleerd op:
27 februari 2023

Wij maakten voor de aanpassingen in de warmtewet een aantal rapporten en een indeling voor het verslag over de duurzaamheid van warmtenetten. Ook maakten we een handreiking over de verplichting van het plaatsen van warmtemeters. Deze informatie vindt u op deze pagina.

Algemene informatie over de Warmtewet kunt u vinden op de website Consuwijzer en op de website van de Autoriteit Consument en Markt.

Rapportage duurzaamheid van warmtenetten

In de Warmtewet staat dat vergunninghouders in hun bestuursverslag ook verslag moeten doen over de duurzaamheid van de geleverde warmte (art. 12a lid 3c). Dit geldt voor warmtelevering zoals beschreven staat in titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Dit is in 2020 voor het eerst verplicht.

Warmtewet en Warmteregeling artikel 7a

In de Warmteregeling is uitgewerkt wat er in het verslag moet staan. In artikel 7a van de Warmteregeling staat hierover:

  1. De beschrijving van het warmtenet, bedoeld in artikel 7, tweede lid, onderdeel a, van het besluit, omvat voor ieder warmtenet tenminste informatie over:

    • de gebiedsafbakening voor het warmtenet;
    • het aantal en type warmtebronnen waarmee het warmtenet wordt gevoed;
    • het aantal en type verbruikers aangesloten op het warmtenet.
  2. De informatie over de energieprestatie en de CO2-prestaties van de geleverde warmte over het verslagjaar, bedoeld in artikel 7, tweede lid, onderdeel b, van het besluit, bevat tenminste informatie over:

    • de CO2 emissie in kg per eenheid geleverde warmte in GJ;
    • de primaire fossiele energieinzet per eenheid geleverde warmte;
    • het aandeel hernieuwbare warmte in de geleverde warmte;
    • de mate waarin het warmtenet voldoet aan de definitie voor efficiënte stadsverwarming en –koeling volgend uit artikel 2, lid 41, van Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie, tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG (PB L 315).
  3. De informatie over de energiebalans, bedoeld in artikel 7, tweede lid, onderdeel c, van het besluit, bevat tenminste informatie over:

    • hoeveel van de primaire fossiele energie wordt ingezet voor de productie en levering van warmte;
    • hoeveel van de hernieuwbare energie wordt ingezet voor de productie en levering van warmte;
    • hoeveel van de restwarmte wordt ingezet voor de productie en levering van warmte;
    • hoeveel van de hulpenergie wordt ingezet voor de productie en levering van warmte;
    • hoogte van de warmteproductie;
    • hoogte van de warmtelevering;
    • hoogte van het warmteverlies.
  4. De informatie over de energieprestatie en de CO2-prestaties van de geleverde warmte en de energiebalans wordt vastgesteld met een door de minister vastgesteld model.

Het model waarnaar artikel 7a, vierde lid van de Warmteregeling verwijst, vindt u onder 'Downloads'. Voor warmtenetten met minder dan 500 aansluitingen gebruikt u het vereenvoudigde format. U kunt dit jaar ook Excel-formats gebruiken. Dit maakt het verwerken van gegevens gemakkelijker. Deze vindt u ook bij 'Downloads'. Het format is door de Minister van Economische Zaken en Klimaat vastgesteld in Staatscourant 2020, 65147.

In de toelichting op de Warmteregeling verwijzen we voor de methode van rapporteren naar het rapport 'Duurzaamheid van warmtelevering' van Harmelink consulting. Dat rapport vindt u ook onder 'Downloads'.

Voor het maken van de rapportage gebruikt u 'De lijst met factoren voor de rapportage over duurzaamheid'. Daarin staat een aantal landelijk geldende factoren die u nodig heeft voor de rapportage over duurzaamheid.

Toelichting op de bepaling van het tarief voor zeer-lage-temperatuur warmte - en koudelevering

Artikel 2 van de Warmteregeling stelt het tarief vast voor de levering van zeer-lage-temperatuurwarmte en voor koudelevering, voor zover het tarief onder de Warmtewet valt. In de toelichting op de regeling zijn de belangrijkste onderdelen van de onderbouwing van dit tarief aangegeven. De berekening is gebaseerd op ons rapport 'Toelichting bepaling tarief voor zeer-lage-temperatuur warmte- en koudelevering'. Ook dit rapport vindt u onder 'Downloads'.

Warmtemeting

Op 11 december 2018 veranderde de Europese Unie de Europese Energie-Efficiency Richtlijn (EED). Daarin staan de eisen voor de meting van warmtegebruik. Dit stimuleert energiebesparing.

De eisen staan in de Warmtewet, artikel 8. De invoering van individuele, op afstand uitleesbare bemetering voor warmte is verplicht in de nieuwe wet. Dat moet in ieder geval bij:

  • de vernieuwing van een bestaande meter;
  • een nieuwe aansluiting en;
  • een grote renovatie van het gebouw.

In andere gevallen geldt de voorwaarde dat dit technisch haalbaar en kostenefficiënt is.

Een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) bepaalt wanneer de installatie van een individuele meter technisch haalbaar en kostenefficiënt is. De toelichting op de AMvB verwijst daarvoor naar de handreiking die u downloadt op deze pagina. Deze handreiking is een praktische uitwerking van de eisen uit deze AmvB. Die geeft aan hoe u bepaalt of u voldoet aan de eis van kostenefficiëntie. Ook geeft de handreiking bij een aantal situaties aan dat het niet kostenefficiënt is. In die gevallen is individuele bemetering niet verplicht.

Downloads

In opdracht van:
  • Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Bent u tevreden over deze pagina?