Subsidieregeling Private Laadinfrastructuur bij bedrijven (SPRILA) Aanschaf
Bent u ondernemer en wilt u op eigen of gehuurd terrein laadinfrastructuur aanleggen voor elektrische voertuigen? Dan komt u misschien in aanmerking voor de Subsidieregeling Private Laadinfrastructuur bij bedrijven (SPRILA) Aanschaf.
Aanvraagperiode
Budget
Het totaalbudget van SPRILA is voor SPRILA Aanschaf en SPRILA Advies samen. Hieronder ziet u hoeveel subsidie er per activiteit beschikbaar is.
Verdeling budget
Status op 4 oktober 2024.
Activiteit | Budget | Aangevraagd |
Advies voor en aanleg van laadinfrastructuur voor AC-laadstations | € 17.900.000 | € 2.016.357 |
Advies voor en aanleg van laadinfrastructuur voor DC-laadstations voor andere aanvragers dan OV-concessiehouders of touringcarbedrijven | € 15.542.000 | € 32.310.049 |
Advies voor en aanleg van laadinfrastructuur voor DC-laadstations voor OV-concessiehouders of touringcarbedrijven | € 3.480.000 | € 2.115.364 |
Investeringen in een stationaire batterij voor andere aanvragers dan OV-concessiehouders of touringcarbedrijven | € 4.500.000 | € 19.921.856 |
Investeringen in een stationaire batterij voor OV-concessiehouders of touringcarbedrijven | € 800.000 | € 109.280 |
Aanvragen lager dan € 25.000
Aanvragen lager dan € 25.000 kunnen ingediend worden tot 31 december 2024, 12:00 uur. Wanneer de subsidie overtekend is, worden deze aanvragen bij een nieuwe subsidieronde alsnog beoordeeld met een doorschuifbepaling.
Aanvragen hoger dan € 25.000
Er is nog budget beschikbaar voor de volgende soorten aanvragen hoger dan € 25.000:
- enkel AC-laadstations
- aanleg van laadinfrastructuur voor DC-laadstations voor OV-concessiehouders of touringcarbedrijven
- investeringen in een stationaire batterij voor OV-concessiehouders of touringcarbedrijven
Budget overtekend
Voor de activiteiten die op 24 september overtekend zijn volgt een loting met een notaris. Aanvragers en intermediairs voor deze activiteiten ontvangen de uitslag hiervan per e-mail op 16 oktober 2024, 12:00 uur.
Bij aanvragen ingediend na 24 september 2024 voor DC-laadstations of voor een stationaire batterij voor andere partijen dan OV-concessiehouders of touringcarbedrijven is de kans groot dat het budget op is.
Voor wie?
Deze regeling is voor ondernemers met een KVK-inschrijving die in Nederland gevestigd zijn en voor concessiehouders van openbaar vervoer. Een concessiehouder is een vervoerder met een vergunning voor openbaar busvervoer.
Exploitanten van laadinfrastructuur komen alleen in aanmerking voor SPRILA Aanschaf voor laadinfrastructuur voor eigen voertuigen of voertuigen van werknemers. Provincies, gemeenten, waterschappen en openbare lichamen als bedoeld in de Wet gemeenschappelijke regelingen komen niet in aanmerking voor SPRILA Aanschaf.
Webinar en kennispagina
In het webinar Subsidieregeling Private Laadinfrastructuur bij bedrijven (SPRILA) van dinsdag 3 september 2024 geven we informatie over de regeling en laten we zien hoe u er gebruik van kunt maken.
Op de kennispagina Aan de slag met laadinfrastructuur: kennis en tools vindt u informatie die u op weg helpt bij uw aanvraag. Bekijk ook de Veelgestelde vragen.
Waarvoor krijgt u subsidie?
U krijgt subsidie voor een deel van de kosten voor de laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen en de aanleg hiervan. Deze laadinfrastructuur wordt geplaatst op uw terrein of het terrein dat u huurt, en dat niet te allen tijde publiek toegankelijk is.
De vaste bedragen zijn voor het totaal van de laadinfrastructuur, waaronder de laadstations en de basislaadinfrastructuur met de hoofdaansluiting en de bekabeling. Met de staatssteunpercentages van 40% voor mkb en 20% voor groot bedrijf verschillen de vaste bedragen per categorie laadinfrastructuur. De laadinfrastructuur bevat ten minste de basislaadinfrastructuur en bestaat daarnaast uit:
- een of meer AC-laadstations met een vermogen van minimaal 11 kW met samen minimaal 4 laadpunten;
- en/of een of meer AC-laadstations met een vermogen vanaf 43 kW;
- een of meer DC-laadstations met een vermogen vanaf 20 kW met minimaal één laadpunt.
Alleen concessiehouders van openbaar vervoer kunnen ook subsidie aanvragen voor laadstations vanaf een vermogen van 600 kW.
Samen met minimaal € 25.000 subsidie voor laadinfrastructuur kunt u subsidie aanvragen voor een stationaire batterij. Dit doet u in hetzelfde aanvraagformulier. Aan het vermogen en de capaciteit van de batterij zijn voorwaarden verbonden. De batterij mag een maximaal vermogen hebben van 50% van het gecontracteerd vermogen voor afname bij een groot-zakelijke aansluiting en een C-waarde van maximaal 0,25. Voor aanvragers met een klein-zakelijke aansluiting (tot en met 3 x 80 Ampère) mag het vermogen van de batterij 100% van het piekvermogen zijn. De opslagcapaciteit van de batterij wordt voor maximaal 1.000 kWh gesubsidieerd. De stationaire batterij moet na installatie zijn geregistreerd via www.energieleveren.nl of via uw netbeheerder.
- Een laadpunt is de elektrische aansluiting op een laadstation. Een laadpunt kan meerdere contactpunten hebben. Zo kunnen voertuigen met verschillende soorten contactpunten (‘plugs’) het laadpunt gebruiken. Op een laadpunt kan één voertuig tegelijk laden.
- Een laadstation is een fysiek object met één of meer laadpunten.
- Een laadlocatie heeft één of meer laadstations.
De basislaadinfrastructuur is alle infrastructuur die hoort bij het laadpunt. Hierbij horen ook de hoofdaansluiting en de bekabeling waarop laadpunten worden aangesloten.
Een systeem dat elektriciteit opslaat zodat dit later is te gebruiken. Het systeem zit niet in een elektrisch voertuig en communiceert met het laadstation.
Het vermogen van het laadstation wordt bepaald door het maximum vermogen van het laadpunt. Voorbeeld: een laadstation met 2 laadpunten van elk maximaal 22 kW is een laadstation van 22 kW.
Voordat u aanvraagt is het belangrijk om te weten of uw situatie privaat is, of publiek toegankelijk.
Een private laadlocatie is niet altijd beschikbaar voor alle gebruikers van elektrisch vervoer. Als u laadinfrastructuur aanlegt die op bepaalde tijdstippen alleen beschikbaar is voor een bepaalde groep, bijvoorbeeld personeel of klanten, dan gaat het om een private laadlocatie.
Publiek toegankelijke laadlocaties zijn altijd beschikbaar voor alle gebruikers van elektrisch vervoer.
Voorbeelden van private en publiek toegankelijke laadsituaties
Voorbeelden private laadsituaties
- Een bedrijf gebruikt het eigen of gehuurde parkeerterrein om in de nacht de eigen bedrijfsauto’s te laden. Het parkeerterrein is in de nacht afgesloten voor andere gebruikers. Overdag is het terrein open en mag iedereen laden op het terrein.
- Een advocatenkantoor plaatst laadinfrastructuur op de parkeerplaatsen aan de voorkant van het kantoor. Een bord bij de parkeerplaatsen waarschuwt dat parkeren tussen 8:00 en 18:00 uur alleen is toegestaan voor werknemers en bezoekers.
- Een kantoor gaat laadinfrastructuur zetten op parkeerplaatsen achter het kantoor voor werknemers en klanten. Er staat een verkeersbord met een wegsleepregeling tijdens werkdagen voor auto’s die er niet horen te staan.
- Op een laadplein voor zwaar materieel wordt gewerkt met bedrijfsaccounts met reserveringen. Reserveren kan alleen met een bedrijfsaccount. Zo is er zekerheid op snelladen in een gekozen tijdslot.
Voorbeelden publiek toegankelijke laadsituaties
- Een parkeerterrein is in de nacht of een deel van de dag afgesloten met een slagboom. Er kan dan door niemand worden geladen. Op het moment dat de slagboom open is, mag iedereen gebruik maken van de laadinfrastructuur op het terrein. Alle gebruikers hebben op het moment dat de laadinfrastructuur beschikbaar is, gelijke toegang.
- Op de parkeerplaats van een hotel worden snelladers voor personenauto’s geplaatst. Het laadplein met de snelladers heeft slagbomen. Het laadplein is altijd voor iedereen open na betaling van de toegangskosten van 2 euro.
- Een bouwbedrijf wil op de parkeerplaatsen aan de voorkant van het kantoor laadinfrastructuur plaatsen. De laadinfrastructuur is bedoeld voor bezoekers, maar iedereen mag het gebruiken.
Een geïntegreerd systeem is een zogenaamd ‘alles-in-een laadstation’. Dit zijn laadstations voor snelladen, met de nodige elektronica, omvormers en een gebruikersmenu.
Bij een modulair systeem zijn de laadstations gekoppeld aan een losstaande installatie die het vermogen levert. Dit is de vermogenskast.
Een onderneming is elke eenheid die een economische activiteit verricht, ongeacht de rechtsvorm en wijze van financiering. Bekijk ook de wettelijke definitie op Kenniscentrum Europa Decentraal.
Hoeveel subsidie?
De subsidie is per aanvrager maximaal € 350.000 per kalenderjaar. Dit is voor laadinfrastructuur zonder stationaire batterij. Voor concessiehouders van openbaar vervoer geldt geen maximaal bedrag. Per kalenderjaar kunt u één aanvraag indienen per locatie.
De subsidie voor een stationaire batterij is:
- € 160 per kWh voor mkb
- € 80 per kWh voor een groot bedrijf
Dit is tot maximaal 1.000 kWh.
Bij Wat moet u weten voor uw aanvraag? vindt u een rekentool waarmee u direct ziet of u in aanmerking komt voor meer of minder dan € 25.000 subsidie. Dit is belangrijk om het moment te bepalen waarop u subsidie aanvraagt.
Modulair systeem
Bij een modulair systeem is de subsidie gelijk aan de som van het geïnstalleerd vermogen dat 1 of meerdere vermogenskasten maximaal kunnen leveren.
De aanvrager mag hierbij zelf een verdeling kiezen van laadstations. Dit tot maximaal het geïnstalleerd vermogen dat de vermogenskast(en) maximaal tegelijkertijd kunnen leveren aan de laadstations.
Voorbeeld
Een ondernemer laat een modulair laadsysteem aanleggen met 1 vermogenskast en 3 laadstations. De vermogenskast heeft een totaal geïnstalleerd vermogen van 750 kW. Alle 3 laadstations zijn begrensd op 400 kW. De ondernemer kan subsidie aanvragen voor laadstations met 3 maal 225 kW, of voor 2 maal 350 kW en 1 maal 50 kW.
Subsidiebedragen voor mkb'ers en grote bedrijven per stroomtoevoer en vermogen
Stroomtoevoer en vermogen | mkb | groot bedrijf |
AC-laadstation met een vermogen vanaf 11 kW | € 904 | € 452 |
AC-laadstation met een vermogen vanaf 43 kW | € 2.400 | € 1.200 |
DC-laadstation met een vermogen vanaf 20 kW | € 5.279 | € 2.640 |
DC-laadstation met een vermogen vanaf 50 kW | € 12.842 | € 6.421 |
DC-laadstation met een vermogen vanaf 150 kW | € 37.287 | € 18.644 |
DC-laadstation met een vermogen vanaf 225 kW | € 55.069 | € 27.535 |
DC-laadstation met een vermogen vanaf 350 kW | € 83.393 | € 41.696 |
DC-laadstation met een vermogen vanaf 600 kW | - | € 70.306 |
Voorwaarden
- U bent ondernemer of concessiehouder van openbaar vervoer
- U heeft een KVK-inschrijving
- Uw bedrijf is gevestigd in Nederland
- U plaatst de laadinfrastructuur in Nederland op uw eigen terrein of op terrein dat u huurt
Wat moet u weten voor uw aanvraag?
Subsidiebedrag bepaalt moment van aanvragen
Bepaal met de rekentool hieronder of u in aanmerking komt voor meer of minder dan € 25.000 subsidie.
Minder dan € 25.000 subsidie
Is het subsidiebedrag lager dan € 25.000? Laat dan eerst de laadinfrastructuur aanleggen en vraag daarna subsidie aan. Aanvragen moet binnen 13 weken na de datum waarop de werkzaamheden klaar zijn.
Dient u de aanvraag in op de dag dat of nadat het budget is overtekend (als er meer aanvragen zijn dan er geld beschikbaar is) en is het subsidiebedrag lager dan € 25.000? Dan geldt de doorschuifbepaling. Dat betekent dat we de 1e dag waarop u kunt aanvragen in het jaar daarna als de datum van indiening zien.
Meer dan € 25.000 subsidie
Is het subsidiebedrag hoger dan € 25.000? Dan vraagt u de subsidie aan met een niet-ondertekende offerte, voordat u de opdracht heeft gegeven en de werkzaamheden laat uitvoeren. Let op: een getekende offerte zien we als een gegeven opdracht.
Bepaal de laadbehoefte van de gebruikers van de laadinfrastructuur
Dit is afhankelijk van het aantal gereden kilometers, de bestemming en de thuisbasis van het voertuig.
Huidige netaansluiting en huidig (gecontracteerd) vermogen
Deze gegevens zijn vaak zichtbaar op de factuur van de netbeheerder.
Het benodigde vermogen van de laadpunten
Bepaal welk vermogen geschikt is voor uw situatie.
Uw aanvraag voorbereiden
Wij beoordelen alleen volledige aanvragen. Zorg daarom dat u onderstaande bij de hand heeft als u aanvraagt.
- post- en bezoekadres
- IBAN-bankrekeningnummer
- naam, telefoonnummer en e-mailadres van de contactpersoon
- KVK-inschrijfnummer
- MKB-verklaring, als u als MKB'er aanvraagt
- postcode van de locatie waar de laadinfrastructuur wordt aangelegd
- doelgroep van de gebruikers van de laadinfrastructuur
- factuur voor de aanleg van de laadstations, met daarin het merk, type en specificatie van de laadstations. Hieruit blijkt welk vermogen elk laadstation heeft en op welke datum de installatiewerkzaamheden zijn uitgevoerd.
- de-minimisverklaring
- de hoogte van eventuele andere subsidies die u aanvroeg of ontving om laadinfrastructuur aan te leggen
- document waaruit blijkt dat de laadinfrastructuur altijd met het internet is verbonden en waarbij de communicatie verloopt volgens het Open Charge Point Protocol versie 1.6 of hoger.
- hoogte van de gemelde in aanmerking komende investeringskosten op basis van de MIA
- eHerkenning niveau 3. Heeft u nog geen eHerkenning? Vraag dit dan aan op de website van eHerkenning. eHerkenning aanvragen duurt ongeveer 1 tot 5 werkdagen. Meer informatie vindt u op de pagina Mijn machtigingen.
- post- en bezoekadres
- IBAN-bankrekeningnummer
- naam, telefoonnummer en e-mailadres van de contactpersoon
- KVK-inschrijfnummer
- MKB-verklaring, als u als MKB'er aanvraagt
- postcode van de locatie waar de laadinfrastructuur wordt aangelegd
- doelgroep van de gebruikers van de laadinfrastructuur
- offerte met merk, type, specificaties en installatiekosten van de laadstations. Hieruit blijkt het vermogen van elk laadstation. Uit de offerte blijkt ook dat:
- de laadinfrastructuur altijd met het internet is verbonden en de communicatie verloopt volgens het Open Charge Point Protocol versie 1.6 of hoger;
- het project uiterlijk 24 maanden na ontvangst van de subsidie kan worden afgerond.
- een contract met de netbeheerder waaruit blijkt dat er voldoende netcapaciteit is op de locatie waarvoor u aanvraagt. Dit is het geval wanneer de benodigde netcapaciteit voor de laadinfrastructuur minder dan 50% van het gecontracteerde transportvermogen is. Is dit niet het geval en is de benodigde netcapaciteit meer dan 50% van het gecontracteerde transportvermogen? Dan toont u met een berekening aan dat de benodigde netcapaciteit binnen 24 maanden na verlening gerealiseerd wordt en uw laadinfrastructuur binnen die tijd operationeel kan zijn. Hieronder ziet u voorbeelden van capaciteitsberekeningen.
- een onderbouwing waaruit blijkt dat u het project afrondt binnen 24 maanden na verlening van de subsidie
- de hoogte van eventuele andere subsidies die u aanvroeg of ontving om laadinfrastructuur aan te leggen
- vraagt u subsidie aan voor een stationaire batterij? Dan levert u een offerte aan met opslagcapaciteit, vermogen en C-waarde van de stationaire batterij. Hieruit blijkt ook dat de batterij communiceert met het laadstation waarvoor u subsidie aanvraagt
- eHerkenning niveau 3. Heeft u nog geen eHerkenning? Vraag dit dan aan op de website van eHerkenning. eHerkenning aanvragen duurt ongeveer 1 tot 5 werkdagen. Meer informatie vindt u op de pagina Mijn machtigingen.
Capaciteitsberekeningen
Een capaciteitsberekening laat zien dat er op een locatie voldoende capaciteit beschikbaar is om de aan te schaffen laadinfrastructuur binnen 24 maanden operationeel te maken.
Hieronder vindt u enkele voorbeelden van capaciteitsberekeningen. Onderstaande gegevens zijn hierbij belangrijk:
- netaansluiting
- gecontracteerd vermogen (grootverbruikersaansluiting) of piekvermogen (kleinverbruikersaansluiting)
- laadvraag
- gewenst totaalvermogen van de laadinfrastructuur
De voorbeelden laten zien hoe u een capaciteitsberekening maakt en welke gegevens u hiervoor gebruikt.
Voorbeeld 1
- Netaansluiting: 3x 80A
- Piekvermogen: 55 kW
Laadvraag
5 bestelauto’s met elk een accupakket van 113 kWh. Wanneer alle bestelauto’s op hetzelfde moment worden geladen, is ongeveer 450 kWh nodig. Hierbij wordt de accucapaciteit per bestelauto voor 80% verbruikt. De bestelauto’s kunnen van 20:00 tot 6:00 uur op een laadplek staan (laadtijd 10 uur).
Gewenst totaalvermogen van de laadinfrastructuur
5 AC-laadstations met elk een vermogen van 11 kW (11 kW x 10 uur laadtijd = 110 kWh).
Capaciteitsberekening
Het bedrijf beschikt over een app om slim te kunnen laden. Hierdoor is de totale laadvraag 450 kWh verdeeld over de 10 uur geen 55 kW, maar in het meest gunstige geval 45 kW per uur.
Percentage elektriciteitsvraag van de totale beschikbare elektriciteit op de locatie =
Totale laadinfra/beschikbaar vermogen = 45kW/55kW * 100% = 81%.
81% van het totale beschikbare vermogen is nodig voor het laden van de voertuigen in de nacht.
Het gaat om een bedrijfshal waarbij tussen 20:00 en 6:00 uur het overige energieverbruik niet meer dan 10% van het piekvermogen is. De ondernemer heeft geen beschikking over een belastingsprofiel op kwartierbasis. Een factuur met het energieverbruik van een recente representatieve maand wordt meegestuurd om zo het verbruik per werkdag te kunnen berekenen. Er wordt voldoende aangetoond dat de aan te schaffen laadinfra binnen 24 maanden operationeel kan zijn.
Conclusie RVO: de laadinfra is binnen 2 jaar operationeel te maken.
Voorbeeld 2
- Netaansluiting: 3x 80A
- Piekvermogen: 55 kW
Laadvraag
5 vrachtauto’s met elk een accupakket van 225 kWh. Wanneer alle vrachtauto’s op hetzelfde moment worden geladen, is ongeveer 900 kWh voor de vrachtauto’s nodig. Hierbij wordt de accucapaciteit per vrachtauto voor 80% verbruikt. De vrachtauto’s worden in de nacht ingezet voor het transporteren van brood. De vrachtauto’s kunnen van 12:00 tot 2:00 uur op een laadplek staan (laadtijd 14 uur).
Gewenst totaalvermogen van de laadinfrastructuur
5 DC-laadstations met elk een vermogen van 20 kW.
Capaciteitsberekening
Het bedrijf beschikt over een app om slim te kunnen laden. Hierdoor is de totale laadvraag 900 kWh verdeeld over de 14 uur geen 100 kW, maar in het meest gunstige geval 65 kW per uur.
Percentage elektriciteitsvraag van de totale beschikbare elektriciteit op locatie =
Totale laadinfra/beschikbaar vermogen = 65kW/ 55kW * 100% = 118%.
118% van het totale beschikbare vermogen is nodig voor het laden van de voertuigen binnen het gewenste tijdvenster.
Om extra capaciteit te creëren is de mkb-ondernemer van plan om zonnepanelen en een batterij voor opslag aan te schaffen. De offertes voor de zonnepanelen en de batterij moeten met de capaciteitsberekening worden meegestuurd.
De batterij heeft vanwege de piekwaarde bij de zonnepanelen een C-waarde van 0,5. De capaciteit is 500 kWh en het vermogen is 250 kW.
N.b. De batterij voldoet in dit voorbeeld niet aan de subsidievoorwaarden van de SPRILA, maar wel aan de Energie Investeringsaftrek onder bedrijfsmiddelcode: 251118 (jaar 2024). Zie Link EIA.
Het belastingprofiel op kwartierbasis van het bedrijf wordt meegestuurd. Uit het belastingprofiel blijkt dat in combinatie met de batterij en zonnepanelen er voldoende vermogen is om de 5 vrachtauto’s in het gewenste tijdvenster te laden met elk een DC-lader van 20 kW, naast de normale bedrijfsactiviteiten.
Conclusie RVO: de laadinfra is binnen 2 jaar operationeel te maken.
Voorbeeld 3
- Aansluiting: 160 kVA
- Gecontracteerd vermogen: 55 kW
Laadvraag
De laadvraag en het benodigde vermogen voor het laden van de voertuigen zijn gelijk aan voorbeeld 2.
Om extra capaciteit te creëren is de ondernemer van plan om in 2025 een flexibel contract af te sluiten met de netbeheerder. De aansluiting heeft de ruimte om meer vermogen te kunnen leveren. Er is bij de aanvraag nog geen flexibel contact beschikbaar om te overleggen.
Conclusie RVO: Dit is onvoldoende om de aanvraag toe te kennen.
Aanvragen
Vanaf dinsdag 24 september 2024, 09:00 uur kunt u SPRILA Aanschaf aanvragen. Voor uw aanvraag heeft u minimaal eHerkenning niveau 3 nodig.
Na uw aanvraag
Na uw subsidieaanvraag ontvangt u een bevestiging per e-mail. U vindt deze ook in Mijn RVO. Wij behandelen de aanvragen op volgorde van binnenkomst per datum. We streven ernaar binnen 13 weken te beslissen over uw aanvraag. U kunt de status van uw aanvraag ook volgen in Mijn RVO.
Verlenen wij u subsidie en is het bedrag hoger dan € 25.000? Dan ontvangt u 50% van het subsidiebedrag als voorschot. Is het subsidiebedrag lager dan € 25.000? Dan wordt de subsidie direct vastgesteld. U ontvangt dan direct het volledige vastgestelde subsidiebedrag.
Vaststelling aanvragen
Bij een aanvraag van € 25.000 of hoger vraagt u binnen 24 maanden na het ontvangen van het voorschot vaststelling aan. Dit doet u na het het afronden van de werkzaamheden. U ontvangt daarna het resterende subsidiebedrag, afhankelijk van de beoordeling van de vaststelling.
Uitstel aanvragen
Blijkt dat u, door overmacht, na aanvraag meer dan 24 maanden nodig heeft voor de aanleg? Dan kunt u eenmalig uitstel aanvragen voor een periode van maximaal 12 maanden.
Milieu-investeringsaftrek na uw aanvraag
Heeft u de SPRILA Aanschaf aangevraagd? Dan komt u misschien in aanmerking voor de Milieu Investeringsaftrek (MIA). Als u MIA heeft aangevraagd trekken we het vaste percentage milieu-investeringaftrek van 11,25%, berekend over de voor de MIA in aanmerking komende investeringskosten, af van het subsidiebedrag. Vanwege staatssteunregels is het niet mogelijk om SPRILA Aanschaf met de MIA te stapelen.
Let op: u moet de MIA zelf aanvragen. Doe dit binnen 3 maanden nadat de overeenkomst definitief is gemaakt. Geef op het aanvraagformulier voor MIA aan dat u subsidie via SPRILA ontvangt. Vul ook het subsidiebedrag in dat u ontvangt.
Wetten en regels
- Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat