Mest scheiden
Bewerkt u mest door deze te scheiden? Daarna ontstaat een dunne en een dikke fractie. Om te bepalen hoeveel werkzame stikstof er in de mest zit, rekent u met een werkingscoëfficiënt. Zo weet u of u aan de stikstofgebruiksnorm voldoet.
Hoeveel stikstof in dunne fractie
Dunne fractie is vloeibare mest. Nadat u mest heeft gescheiden, bepaalt u hoeveel werkzame stikstof er in de dunne fractie zit. Dat berekent u met de werkingscoëfficiënt. De werkingscoëfficiënt voor dunne fractie na het scheiden van mest is 80%. Deze staat in tabel 9 onderaan deze pagina.
U mag de werkzame stikstof ook berekenen met een werkingscoëfficiënt voor drijfmest. Hiervoor zijn wel voorwaarden. Dat mag als:
- de dunne fractie na het scheiden weer terug gaat naar de mestopslag waaruit gescheiden was;
- u alle dikke fractie als strooisel gebruikt in de ligboxen op uw bedrijf. U voert de dikke fractie dus niet af van uw bedrijf en u rijdt deze niet uit op uw landbouwgrond.
Hoeveel stikstof in dikke fractie
Dikke fractie na mestscheiding zien we als vaste mest. Voor dikke fractie rekent u met de werkingscoëfficiënten van vaste mest om te bepalen hoeveel werkzame stikstof er in zit. De coëfficiënt hangt af van de situatie, mestsoort, herkomst en gebruik van de mest. Alle werkingscoëfficiënten van vaste mest staan in tabel 9 onderaan deze pagina.
Hoeveel stikstof in mengsels
Voor een mengsel van drijfmest, dunne fractie en strooisel rekent u met de werkingscoëfficiënt voor mengsels van mest als:
- u de dikke fractie na mestscheiding van uw bedrijf afvoert of meteen op uw grond uitrijdt;
- de dunne fractie na mestbewerking teruggaat naar de reguliere mestopslag. Het deel dat u uitrijdt heeft een werkingscoëfficiënt van 80%.
De werkingscoëfficiënten voor deze mengsels staan in tabel 9 onderaan deze pagina. Of lees meer op Hoeveel stikstof landbouwgrond.
Het kan ook zijn dat uw mengsel een meststof heeft die niet in tabel 9 staat. Dan rekent u met een werkingscoëfficiënt van 100%.
Extra administratie bij mestscheiding
Scheiden van mest is een vorm van mestbewerking. Daarom moet u hiervoor extra gegevens in uw administratie bijhouden:
- de manier van bewerking (mestscheiding);
- de hoeveelheid bewerkte dierlijke meststoffen;
- de hoeveelheid, de aard en de samenstelling van de stoffen die samen met de dierlijke meststoffen bewerkt zijn;
- de hoeveelheid eindproduct;
- de samenstelling van het eindproduct.
Lees meer op Welke administratie landbouwer.
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur