Derogatie
U mag op uw landbouwgrond 170 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare per jaar gebruiken. Met een derogatievergunning voor 2024 is dat 210 of 230 kilogram. Op dit moment kunt u geen derogatievergunning voor 2024 aanvragen. Dat kon van 25 januari tot en met 29 februari 2024.
Derogatie in 2025
Ook in 2025 kunt u zich aanmelden voor derogatie. Daarna kunt u geen derogatievergunning meer krijgen. De voorwaarden voor 2025 worden nog uitgewerkt.
Wanneer en hoe aanvragen
U kunt voor 2024 geen derogatievergunning meer aanvragen. Heeft u een vergunning aangevraagd? Op Mijn RVO kunt u uw aanvraag bekijken en beheren. Logt u in met eHerkenning? U heeft betrouwbaarheidsniveau 2+ nodig. Logt u in met DigiD? Dit kan met een SMS-code of de DigiD-app.
Na uw aanvraag
Na het versturen ziet u direct een ontvangstbevestiging in het scherm. Dit is alleen een bevestiging dat uw formulier is verstuurd. U ontvangt uw derogatievergunning na het betalen van de leges.
Derogatie vanaf 2024
Derogatie wordt stap voor stap afgebouwd. De derogatienorm is daarom in 2024 lager dan in 2023. Met een derogatievergunning gebruikt u in 2024 maximaal 230 kg stikstof uit dierlijke mest op uw landbouwgrond.
Er is een lagere gebruiksnorm van 210 kilogram voor de met nutriënten verontreinigde gebieden (NV-gebieden). In deze gebieden zijn de normen voor nutriënten in het grond- en oppervlaktewater niet gehaald. Deze lagere derogatienorm geldt voor alle NV-gebieden die in 2024 zijn aangewezen.
Vanaf 2023 is er geen derogatie meer voor percelen in Natura 2000-gebieden en grondwaterbeschermingsgebieden (GWB-gebieden). U rekent hier met de norm van 170 kilogram. Vanaf 2024 geldt deze norm ook voor percelen die in een derogatievrije zone liggen. Derogatievrije zones zijn buffers met een straal van 250 meter rondom bepaalde Natura 2000-gebieden. In Mijn percelen ziet u in de kaartlaag of uw percelen in een Natura 2000-gebied, derogatievrije zone of grondwaterbeschermingsgebied liggen.
Omdat derogatie wordt afgebouwd, mag u met een derogatievergunning in 2024 dus minder mest uitrijden dan in 2023. Hierdoor krijgt u misschien meer kosten. Daarvoor is de subsidie Behoud grasland bij afbouw derogatie beschikbaar. Het doel van deze subsidie is behoud van grasland bij derogatiebedrijven en ondersteuning van de ondernemer. Deze subsidie is ook in 2024 weer opengesteld. Aanvragen kon van 15 juli 09:00 uur tot en met 26 augustus 17:00 uur. Meer informatie over de subsidie en de voorwaarden leest u op de pagina Subsidie Behoud grasland bij afbouw derogatie.
Voorwaarden 2024
- U betaalt € 50 leges voor uw derogatievergunning.
- U betaalt een tarief voor het monitoren van de milieueffecten. Meer hierover leest u hieronder bij Kosten voor derogatie. Misschien vragen wij u voor het monitoren om gegevens. Wij kunnen u ook vragen mee te werken aan metingen in het grond- en oppervlaktewater.
- U houdt zich aan de regels uit de Meststoffenwet. Dat zijn bijvoorbeeld regels over de gebruiksnormen en het uitrijden van mest. Ook staan er regels in over de aan- en afvoer van mest.
- U houdt zich ook aan de regels over vanggewassen na mais en scheuren van grasland. Deze regels golden al voor de in 2022 en 2023 aangewezen NV-gebieden. Vanaf 2024 zijn er nieuwe gebieden aangewezen. Meer over NV-gebieden leest u op de pagina Met nutriënten verontreinigde gebieden.
- Wij hebben in 2023 geen derogatievergunning van u ingetrokken.
- U gebruikt maximaal 230 kg stikstof uit dierlijke mest op uw landbouwgrond.
- In NV-gebieden gebruikt u maximaal 210 kg stikstof uit dierlijke mest op uw landbouwgrond.
- U past geen verhoogde norm toe in Natura 2000-gebieden, grondwaterbeschermingsgebieden en derogatievrije zones.
- U gebruikt bij de verhoging naar 210 of 230 kilogram alleen graasdierenmest. Heeft u ook staldieren? Bij die mest rekent u met 170 kilogram.
- U gebruikt geen fosfaatkunstmest op uw bedrijf.
- Gebruikt u een sleepvoetbemester op klei- of veengrond? Dan rijdt u alleen mest uit als de buitentemperatuur lager is dan 20 graden Celsius. U gebruikt deze kaart van het KNMI om te bepalen of u mag uitrijden. Hierop ziet u voor iedere regio de buitentemperatuur. Die wordt gemeten door de weerstations van het KNMI en elke 10 minuten bijgewerkt.
- U rijdt mest emissiearm uit.
- U gebruikt van 15 mei tot en met 15 september 2024 (onafgebroken) in elk geval 80% van uw landbouwgrond als grasland. Grasland dat u vernieuwt telt ook mee. Wij controleren uw oppervlakte landbouwgrond met de gegevens van uw Gecombineerde opgave.
- De bufferstrook telt niet mee voor 80% grasland. Bestaat de bufferstrook niet uit gras, maar uit bouwland? Dan telt deze grond dus ook niet mee voor het maximum van 20% bouwland op uw bedrijf. De bufferstrook telt ook niet mee voor de mestplaatsingsruimte.
- Scheurt of vernietigt u grasland voor maisteelt? Dan rekent u met een korting van 65 kilogram op de stikstofgebruiksnorm per hectare die gescheurd is.
- Scheurt of vernietigt u na 31 mei grasland voor graslandvernieuwing op alle grondsoorten? Dan rekent u met een korting van 50 kilogram op de stikstofgebruiksnorm per hectare die gescheurd is.
- Een voorwaarde bij de derogatievergunning is dat u de Aanvullende gegevens landbouwer (AGL) over 2023 en 2024 op tijd verstuurt. Had u in 2023 ook een derogatievergunning? Dan verstuurt u de AGL over 2023 uiterlijk 1 februari 2024. Als u in 2023 geen derogatievergunning had, verstuurt u de AGL uiterlijk 1 maart 2024. De AGL over 2024 stuurt u uiterlijk 31 januari 2025 naar ons.
- U laat uw percelen bemonsteren door een geaccrediteerd laboratorium. Hiervoor wordt het Protocol fosfaattoestand bepalen gebruikt. Dit protocol vindt u hieronder bij Bemestingsplan maken.
- U maakt een bemestingsplan. Dit heeft u uiterlijk 29 februari klaar en bewaart u in uw administratie. Wat u in het bemestingsplan zet, leest u hieronder.
Een voorwaarde voor derogatie is dat u een bemestingsplan maakt. U heeft hiervoor een analyserapport nodig van de bemonstering van uw landbouwgrond. Een geaccrediteerd (erkend) laboratorium moet dit uitvoeren en opstellen. Grondmonsters mogen op 1 maart 2024 niet ouder zijn dan 4 jaar en 1 maand. Er moet per 5 hectare één analyse zijn. U bewaart de rapporten op uw bedrijf.
Het maakt niet uit hoe u uw bemestingsplan vormgeeft. En u hoeft het bemestingsplan niet naar ons te versturen. U bewaart het in uw administratie.
Kosten voor derogatie
U betaalt leges en monitoringskosten voor uw derogatievergunning.
Voor het aanvragen van uw vergunning betaalt u € 50 leges. U kunt deze op 2 manieren betalen:
- iDEAL
U betaalt direct online. - factuur (rekening)
U maakt het bedrag zelf over. U ontvangt de factuur in Mijn dossier, niet met de post.
Na een mislukte iDEAL-betaling kunt u niet opnieuw een iDEAL-sessie starten. Als uw eerste iDEAL-sessie mislukt, sturen wij u automatisch een betaalverzoek (factuur). U vindt dit in Mijn dossier op Mijn RVO. Daarmee kunt u het bedrag zelf naar ons overmaken.
Als uw betaling verwerkt is, komt uw vergunning in Mijn dossier. Bij een betaalverzoek duurt dit enkele weken.
In de loop van het jaar betaalt u de kosten voor het monitoren van de milieueffecten. Het bedrag hangt af van uw aantal hectare landbouwgrond. Meer over de hoogte van de monitoringskosten leest u bij de veelgestelde vragen onderaan deze pagina. Wij schrijven het bedrag automatisch af van uw rekening. U machtigt ons hiervoor bij de aanvraag van uw derogatievergunning. Voor wij het bedrag afschrijven, ontvangt u eerst een brief.
Trekt u uw derogatievergunning na het ontvangen weer in? Als u dit voor 15 mei 2024 doet, betaalt u geen monitoringskosten. Als u de vergunning na 15 mei 2024 intrekt, moet u deze kosten wel betalen.
Controle en handhaving
De NVWA en wij controleren of u zich aan de voorwaarden voor derogatie houdt. Als wij een overtreding van de voorwaarden zien, dan kunnen wij uw derogatievergunning intrekken. Het jaar daarna kunt u dan ook geen vergunning krijgen. U krijgt een boete van ons als u in dat jaar te veel mest gebruikt. Lees meer over de hoogte van de boete op onze pagina’s over de gebruiksnormen.
Zorg ervoor dat u goed weet hoeveel mest u op uw bedrijf gebruikt in een kalenderjaar. Zo weet u of u binnen uw gebruiksruimte blijft. U past uw bemestingsplan aan op uw gebruiksruimte.
Veelgestelde vragen
Wilt u meer weten? Wij hebben voor u de veelgestelde vragen over derogatie verzameld.
Grasland is landbouwgrond waarop gras groeit dat u gebruikt als veevoer. Ligt uw perceel landbouwgrond in Nederland en is het de hele periode van 15 mei tot en met 15 september grasland? Dan telt dit mee bij de berekening van 80% grasland.
Mengsels van gras met andere gewassen tellen niet mee, behalve als u gras mengt met klaver en/of luzerne. Gras moet dan wel het dominante gewas zijn (meer dan 50% gras). Het mengsel van gras en klaver en/of luzerne voldoet ook aan de andere voorwaarde, die hierboven staat.
Welke gewascodes?
De volgende gewascodes tellen mee als grasland:
- Grasland, blijvend (265)
- Grasland, tijdelijk (266)
- Grasland, natuurlijk. Hoofdfunctie landbouw (331)1
1 Deze landbouwgrond telt alleen mee voor derogatie als u er mest op mag gebruiken (door beweiden of bemesten).
Welke grond telt niet mee?
Percelen in het buitenland, natuurgrond, overige grond, primaire waterkeringen en bemestingsvrije zones tellen niet mee. Ook landbouwgrond die valt onder bouwland telt niet mee.
Natura 2000-gebieden en derogatievrije zones
U mag op percelen in Natura 2000-gebieden en derogatievrije zones niet de hogere norm van derogatie gebruiken. Het grasland op deze percelen telt wel mee bij de berekening van 80% grasland. Dit geldt ook voor grondwaterbeschermingsgebieden (GWB-gebieden).
Bufferstroken
Bufferstroken tellen niet mee bij de berekening van 80% grasland.
Het gaat om de oppervlakte landbouwgrond die werkelijk bij uw bedrijf in gebruik is. Deze geeft u op in de Gecombineerde opgave. U hoeft dit niet in te vullen bij uw aanvraag voor een derogatievergunning.
Deze grond telt niet mee
- grond in het buitenland
- natuurgrond
- overige grond
- bemestingsvrije zones
- (landschaps)elementen, zoals:
- sloten
- houtwallen
- kikkerpoelen
- greppels
- bosjes
- heggen
- verharde kavelpaden
- kuilplaten
- mestopslagen
Bos met of zonder herplantplicht?
Heeft u bos zonder herplantplicht? Dit telt mee als landbouwgrond. Dit zijn bijvoorbeeld:
- fruitbomen, notenbomen en windschermen om boomgaarden;
- kerstbomen (niet ouder dan 20 jaar);
- kweekgoed;
- bomen (populieren, wilgen, essen of elzen) voor de productie van houtige biomassa. Deze bomen zijn geplant na 1 januari 2013. Ze worden minimaal 1 keer per 10 jaar geoogst. Het bos bestaat uit minimaal 10.000 stoven per hectare. Het wordt niet onderbroken door onbeplante stroken, die breder zijn dan 2 meter.
Hoort uw bos niet bij deze voorbeelden? Dan heeft u bos met herplantplicht. Dit is bijna al het bos in Nederland. Het gaat hier bijvoorbeeld ook om boomkwekerijen en productiebos. Bos met herplantplicht valt onder natuurgrond en telt dus niet mee als landbouwgrond.
Als u een derogatievergunning heeft, mag u geen fosfaatkunstmest gebruiken. Deze soorten mest mag u wel gebruiken:
- fosfaat uit dierlijke mest
- fosfaat uit overige organische mest
- fosfaat in mineralenconcentraat, omdat dit onder dierlijke mest valt
- zaaizaad met fosfaatcoating (I-seed) gebruiken tot 2 kg fosfaat per hectare
- spuiwater met niet meer dan 0,5% fosfaat
- fosfaatkunstmest met niet meer dan 0,5% fosfaat
De monitoringskosten hangen af van de oppervlakte landbouwgrond die u op 15 mei in gebruik heeft. Dit geeft u op in de Gecombineerde opgave. Vanaf 2018 betaalt u elk jaar deze kosten voor het monitoren van de milieueffecten:
Oppervlakte | Tarief |
---|---|
0 tot 5 ha | € 17,40 |
5 tot 10 ha | € 52,20 |
10 tot 15 ha | € 87,00 |
15 tot 20 ha | € 121,80 |
20 tot 25 ha | € 156,60 |
25 tot 30 ha | € 191,40 |
30 tot 35 ha | € 226,20 |
35 tot 40 ha | € 261,00 |
40 tot 45 ha | € 295,80 |
45 tot 50 ha | € 330,60 |
Heeft u meer hectare landbouwgrond? U berekent uw monitoringskosten gemakkelijk zelf: voor elke 5 hectare komt er € 34,80 bij.
De monitoring van milieueffecten betekent dat Nederland gegevens bijhoudt over de gevolgen van derogatie voor het milieu. Bijvoorbeeld voor de kwaliteit van het grondwater. De minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) moet deze gegevens elk jaar doorgeven aan de Europese Commissie.
Om de gevolgen te meten, bemonstert het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) water op derogatiebedrijven. Het gaat om grondwater, bodemvocht, drainwater en sloten. Het bedrag dat u betaalt, dekt de kosten voor deze metingen. En voor het afschrijven van het bedrag.
Hiervoor stuurt u ons een schriftelijk verzoek. Daarin schrijft u dat u uw derogatievergunning wilt intrekken. U noemt ook uw relatienummer en bedrijfsgegevens. Vergeet niet om de brief te ondertekenen.
U verstuurt uw verzoek online met Digitaal post versturen. Log in op mijn.rvo.nl voor Mijn dossier. Klik bij Digitaal post op Versturen. Kies bij onderwerp voor Gebruiksnormen, Derogatie en bij documentsoort voor Afmelden derogatie. Upload uw brief.
Het verzoek opsturen met de post kan ook. U verstuurt het dan naar:
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
Postbus 40225
8004 DE Zwolle
Tot wanneer intrekken
U kunt uw vergunning intrekken totdat wij starten met het afschrijven van de monitoringskosten. Dit gebeurt in het laatste kwartaal van het jaar. Ontvangen wij uw verzoek uiterlijk 15 mei? Dan hoeft u de monitoringskosten niet te betalen. Als u na deze datum uw vergunning intrekt, moet u die kosten wel betalen. De leges betalen wij nooit terug.
Niet intrekken bij controle
Is er een controle voor derogatie op uw bedrijf? En ontvangen wij uw verzoek voor het intrekken? Dan wachten wij eerst tot de controle klaar is. Als u zich niet heeft gehouden aan de voorwaarden voor derogatie, wijzen wij uw verzoek af. Wij trekken dan zelf uw derogatievergunning in. U mag dan in een volgend jaar ook niet meedoen aan derogatie.
Ja, u kunt uw derogatievergunning altijd overdragen naar het nieuwe bedrijf. Het maakt niet uit om welke soort bedrijfsoverdracht het gaat. Het nieuwe bedrijf moet zich natuurlijk ook aan de voorwaarden voor derogatie houden. Lees meer op Aandachtspunten bij bedrijfsoverdracht of bedrijfsbeëindiging.
Landbouwgrond in een Natura 2000-gebied of derogatievrije zone telt niet mee voor de verhoogde derogatienorm van 210 of 230 kilogram. Maar deze grond telt wel mee voor de berekening van 80% grasland. De percelen moeten wel worden bemonsterd.
Grondwaterbeschermingsgebieden
Hetzelfde geldt voor de grondwaterbeschermingsgebieden (GWB-gebieden).
- Grasland, natuurlijk, hoofdfunctie natuur (gewascode 332)
- Natuurterreinen (inclusief heide)
- Onbeteelde grond door een teeltverbod/ontheffing
- Tijdelijk onbeteelde grond
- Bos, blijvend met herplantplicht
- Boomkwekerijgewassen en vaste planten, pot- en containerveld
- Landschapselementen
- Grond waarop u een natuurbeheerpakket kunt aanvragen. (De gewascode maakt niet uit.)
- Percelen met de gebruikscode natuurpacht
- Primaire waterkeringen
- Bufferstroken
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur