Monitor Wind op Land
De monitor Wind op Land beschrijft hoeveel windenergieprojecten op land er in Nederland staan. En waar ze staan. Maar ook welke nieuwe projecten nog te verwachten zijn. Deze jaarlijkse monitor is een belangrijk hulpmiddel voor de stand van zaken bij het behalen van nationale en provinciale doelstellingen voor windenergie, zoals de doelstellingen uit het Klimaatakkoord.
De monitor laat de voortgang van alle windprojecten op land per provincie zien. Daarbij signaleren we knelpunten en belemmeringen op weg naar realisatie. Ook geeft de monitor inzicht in (ontwikkeling van) het windbeleid per provincie.
Nieuw in de monitor 2021 is de hoeveelheid productie (in TWh) voor elk van de 30 regio’s in Nederland die werken aan een Regionale Energie strategie (RES-regio). Bent u op zoek naar meer data over de RES? Ga dan naar de RES-pagina Data & Monitoring.
Bekijk de samenvatting van de Monitor Wind op Land 2021 in onderstaande infographic of bekijk de hele monitor in de download eronder.

Wind op land. Realisatie 2021 en verwachting 2023.
Peildatum 31/12/2021
Fasering Windenergie in Nederland 2021
- Gerealiseerd: 5.286 MW
- Bouw gestart: 904 MW
- Bouw in voorbereiding: 854 MW
- Voortraject, RO- & Vergunningsfase: 733 MW
Inschatting Realisatie 2023
5286 MW (Eind 2021)
6190 MW (Eind 2023)
Voortgang Doelstelling Energieakkoord per provincie in MW
Blauw: Operationeel
Groen: (Vrijwel) zeker operationeel in 2023
Oranje: Mogelijk/deels operationeel in 2023
Rood: (Vrijwel) zeker niet operationeel in 2023
Doelstelling Energieakkoord is gelijk aan 100%
Doelstelling windparken
De Monitor Wind op Land 2021 laat zien in hoeverre de doelstelling van 6.000 MW aan windvermogen op land in 2021 is gehaald. Dit is de doelstelling uit het verouderde Energieakkoord (2013). Deze is inmiddels vervangen door het Klimaatakkoord. De doelstelling van 6.000 MW is echter blijven staan. Voor alle projecten vermelden we in de monitor in welke fase het project zit.
- Uit de monitor blijkt eind 2021 dat bijna 5.286 MW aan windvermogen in gebruik is.
- Daarvan is in 2021 1.109 MW opgeleverd. Dit is het hoogste aantal MW dat tot nu toe in één jaar is opgeleverd.
- Het gaat dan om de projecten waarvoor een CertiQ-verklaring is afgegeven. Omdat dit verplicht is voor windprojecten, tellen projecten zonder verklaring niet mee in de monitor.
- Als we deze projecten optellen bij de projecten die nu gebouwd worden, kan het totale windvermogen in gebruik eind 2023 op 6.190 MW uitkomen.
Door de uitspraak van de Raad van State over de windturbinenormering is een groot aantal projecten vertraagd of (tijdelijk) stilgevallen. Er wordt gewerkt aan het opstellen van nieuwe normen. Tot die tijd kunnen gemeentes ook zelf aan de slag met het opstellen van normen voor windprojecten. Lees meer op de pagina Helpdesk Wind op Land.
Verschillen per regio
Naast het vermogen per provincie laat de monitor ook de verwachte opwek van windenergie per Regionale Energiestrategie (RES)-regio zien. Het gaat om de opwek van gerealiseerde projecten en van projecten waarvan de bouw in voorbereiding of in opdracht is. Het valt op dat het windaandeel per regio sterk verschilt. De gerealiseerde windprojecten zijn in 2021 al goed voor een gemiddelde jaarproductie van 15,2 TWh. In de komende jaren wordt hier nog ruim 6 TWh verwacht.
Dat betekent dat vanaf 2024 de jaarlijkse productie van windenergie op land naar verwachting voor ruim 50% bijdraagt aan de landelijke RES-doelstelling van 35 TWh hernieuwbare energieproductie op land in 2030. Dit is handig omdat wind en zon meestal niet tegelijk energie leveren aan het elektriciteitsnet. Door wind- en zonne-energie met elkaar te combineren, ontvangt het net gelijkmatiger stroom. Dit zorgt voor minder grote pieken. Zo voorkomen we overbelasting. Lees meer over (oplossingsrichtingen voor) netcapaciteit.
Afspraken versnellingspakket
De doelstelling van 6.000 MW windvermogen uit het Energieakkoord moest in 2020 gehaald zijn. Voor het deel dat niet gehaald is in 2020 (1.184 MW) zijn 2 extra afspraken gemaakt:
- Het deel van de doelstelling dat niet is gehaald, moet alsnog worden gehaald voor het einde van 2023.
- De 1.184 MW wordt verdubbeld en mag ‘techniekneutraal’ ingevuld worden. Dit betekent dat dit deel dus ook met bijvoorbeeld zonne-energie mag worden opgewekt.
Dit noemen we ook wel het versnellingspakket. Deze projecten dragen ook bij aan de doelstelling voor 2030 (CO2-reductie van 49%).
Met de inzichten op de peildatum van 31 december 2021 concluderen we dat:
- in 2023 ruim 6.000 MW aan vermogen uit windenergie op land gerealiseerd zal zijn;
- de verdubbelingsopgave (1.184 MW) met zonne-energie al ruimschoots is gehaald.
Daarmee voldoen we dus aan de aanvullende afspraken van het versnellingspakket.