Veelgestelde vragen IPCEI Waterstof

Ja, u mag IPCEI Waterstof-subsidie combineren met andere subsidies. Hierbij mag u gebruikmaken van de beste subsidie voor dezelfde activiteiten. 

Het maximale subsidiebedrag uit het Europese IPCEI goedkeuringsbesluit is niet langer een maximum als u deze subsidie combineert met andere subsidies. Dit komt doordat de Europese Commissie in juni 2024 een wijziging in de voorwaarden heeft doorgevoerd in het IPCEI Hy2Use goedkeuringsbesluit. Voor Hy2Infra en Hy2Move was dit al zo. 

Let op: het maximale subsidiebedrag, de kosten die onder de subsidie vallen en de funding gap voor uw IPCEI-project, zoals ze staan in de IPCEI H2 goedkeuringsbesluiten van de Europese Commissie, blijven natuurlijk wel gelden voor de toepassing en uitvoering van de IPCEI-subsidie.

Ja, u kunt ook OWE-subsidie aanvragen. Uw project moet wel voldoen aan de voorwaarden van de OWE. Dit betekent bijvoorbeeld dat u niet mag starten met de activiteiten van uw project die onder die subsidie vallen vóór de datum van uw aanvraag. En dat u voor die datum ook geen onomkeerbare investeringsverplichtingen mag aangaan voor de activiteiten die onder die subsidie vallen. U bent een onomkeerbare investeringsverplichting aangegaan als u voor die activiteit al een overeenkomst heeft afgesloten of hiervoor opdracht heeft gegeven.

Dit betekent dat u voor dezelfde kosten die onder beide subsidies vallen, ook OWE-subsidie mag aanvragen, tot het maximum subsidiebedrag van de OWE.

We geven een voorbeeld: 

U heeft een elektrolyser nodig. In 2022 kostte dit € 100. In 2024 kost dit inmiddels € 150. U heeft voor 100% van de kosten IPCEI-subsidie ontvangen, dat was € 100 subsidie.

Met de OWE-subsidie kunt u voor maximaal 80% van de huidige kosten (€ 150) subsidie ontvangen. Dan komt u nu uit op € 120 (80% van € 150). U mag de meest gunstige subsidie gebruiken. In het geval van de elektrolyse-installatie binnen het grotere IPCEI-project, is dit de OWE-subsidie.

Voor de elektrolyser ontvangt u maximaal één keer subsidie: € 120 als u kiest voor OWE of € 100 als u kiest voor IPCEI. U ontvangt dus niet € 100 uit IPCEI én € 120 uit OWE. 

Als u kiest voor OWE-subsidie, verlagen wij die met het IPCEI-subsidiebedrag. U ontvangt vanuit OWE daarom niet € 120, maar € 20. 

U ontvangt dus één keer subsidie volgens de meest gunstige regeling uit, in dit geval, 2 verschillende subsidieregelingen.

Voor uw IPCEI-subsidie wijzigt er niets. Alles blijft hetzelfde: de regelgeving, voorwaarden en verplichtingen, het maximale steunbedrag, de kosten die onder de subside vallen en de 'funding gap' zoals voor het IPCEI-project genoemd in de IPCEI H2-goedkeuringsbesluiten van de EC.

Alleen het maximale bedrag voor overheidssteun uit het Europese IPCEI-goedkeuringsbesluit geldt mogelijk niet langer als de maximaal toegestane steun wanneer u de IPCEI-subsidie combineert met een andere subsidie. 

Het 'claw-back mechanisme' van de IPCEI blijft hetzelfde.

Dit is afhankelijk van de subsidie die u wilt aanvragen. Lidstaten van de Europese Unie zijn verplicht om overstimulering tegen te gaan. Voor IPCEI is hiervoor een 'claw-back mechanisme' ingesteld. Het is mogelijk dat bij een andere subsidie voor een andere methode is/wordt gekozen om overstimulering tegen te gaan.

Lidstaten van de Europese Unie zijn verplicht om overstimulering tegen te gaan. Het 'claw-back mechanisme' is op voorstel van de lidstaten opgenomen in de notificatie en is terug te vinden in het goedkeuringsbesluit van de EC.

Dit mechanisme zorgt ervoor dat u bij overstimulering niet direct het volledige surplus terugbetaalt, maar slechts 60% daarvan. Op basis van de werkelijke inkomsten en uitgaven (kasstromen), tijdens en aan het einde van de projectperiode, berekenen we of er sprake is van een surplus. 

Het surplus dat u moet terugbetalen kan uiteindelijk oplopen tot de volledige hoogte van uw subsidie. Dat is alleen als uw project zo voorspoedig loopt dat, achteraf gezien, uw project geen subsidie nodig zou hebben gehad.

De Europese Commissie heeft de templates vrijgegeven voor de (pre-)notificaties. U moet gebruikmaken van deze versie van de documenten.

Voor IPCEI Waterstof: Import en opslag stelt de Europese Commissie de volgende documenten ter beschikking. Het gaat hierbij om infrastructuurprojecten die onder artikel 25 van de IPCEI Communicatie vallen. Nederland heeft de FGA template uitgebreid met 2 tabbladen, zodat deze ook geschikt is voor de subsidieregeling IPCEI Waterstof: Import en opslag.

Voor de IPCEI Waterstof: Waterstoftoepassingen in mobiliteit en transport heeft de Commissie de volgende documenten vrijgegeven. Voor O&O&I- en/of FID-projecten gebruikt u deze templates. Nederland heeft de FGA template van 20220922 uitgebreid met 2 tabbladen en het startjaar van het project opgehoogd naar 2023. Zo is deze ook geschikt voor de subsidieregeling IPCEI Waterstof: Waterstoftoepassingen in mobiliteit en transport.

Voor alle IPCEI Waterstof-subsidieregelingen geldt het (concept) Claw-back mechanisme.

Voordat u IPCEI-subsidie krijgt, moet u ook een rapport inleveren met een verklaring over de naleving van het sanctiebeleid. Een accountant moet dit rapport opstellen. Dit heet een ‘Rapport van feitelijke bevindingen m.b.t. Sanctiebeleid’. Alle informatie over het sanctiebeleid vindt u op de pagina Sanctiebeleid Rusland.

Voor elk project dat onder IPCEI Waterstof valt, kunt u gebruik maken van het guidance document en de feedback op de kwaliteit van de projectvoorstellen. Deze informatie is in het Engels.

Het is belangrijk dat alle formats zoveel mogelijk op dezelfde manier beschikbaar zijn. Hierdoor is het risico kleiner dat wij of een externe validerende partij, informatie over het hoofd zien. U levert dus informatie aan op basis van de voorgeschreven versies van de templates.

Als het mogelijk is, levert u één centraal scenario aan. Als u meerdere scenario's inlevert, maakt dat de beoordeling ingewikkelder.

Heeft uw project grote risico's of onzekerheden? Dan is het verstandig als u een presentatie van verschillende scenario's voor de berekening van de financieringskloof maakt. Meestal zijn dat die projecten waarbij er enige kans bestaat op mislukken in de O&O&I/FID-fase.

Presenteert u verschillende scenario's? Dan vragen we om objectieve en verifieerbare onderbouwing:

1. U toont aan dat het specifieke project een hoger risico vormt of dat het een grotere onzekerheid met zich meebrengt dan een typisch O&O&I/FID-project en;
2. U onderbouwt de waarschijnlijkheden die aan elk goed gedefinieerd scenario zijn gekoppeld. Bijvoorbeeld met gegevens over succes/mislukkingen van vergelijkbare projecten in het verleden.

Updates van deze scenario's mag u nog indienen tijdens de pre-notificatiefase.

De FID-fase is anders dan de fase van commerciële activiteiten/massaproductie. Daarom is verkoop in commerciële volumes tijdens de FID-fase niet toegestaan. Dit roept vragen op over het einde van de FID en het begin van de commerciële activiteiten/ massaproductiefase.

De verkoop van industriële monsters voor testdoeleinden aan geselecteerde klanten lijkt mogelijk tijdens de FID-fase. Deze verkopen moeten wel duidelijk beperkt in volume zijn. U moet ook aantonen dat deze verkopen deel uitmaken van het ontwikkelingsproject.

De 'IPCEI Communication' is een mededeling over IPCEI. Een mededeling over de staatssteunregels voor belangrijke projecten van gemeenschappelijk Europees belang.

De IPCEI Communication vindt u op de website van de Europese Commissie over IPCEI.

Bij een verlening moet u een rapport van feitelijke bevindingen van een accountant over de naleving van het sanctiebeleid indienen. De werkzaamheden en rapportage van de accountant zijn uitgewerkt in het Protocol Sanctiebeleid. Meer informatie vindt u op de pagina Sanctieloket Rusland.