Subsidieregeling praktijkleren: Voorwaarden voor vso
De Subsidieregeling praktijkleren ondersteunt bedrijven en organisaties die een praktijkleerplaats bieden aan bepaalde leerlingen uit het voortgezet speciaal onderwijs (vso) in het kader van de beroepspraktijkvorming in het laatste schooljaar.
U vraagt de subsidie aan het eind van het schooljaar aan, na afloop van de begeleiding. Alleen het laatste leerjaar van de opleiding komt in aanmerking voor subsidie.
Voorwaarden
Om in aanmerking te komen gelden de volgende voorwaarden:
De leerling
- De leerling moet voor de aangevraagde periode als schoolgaand ingeschreven staan bij een school voor voortgezet speciaal onderwijs. De onderwijsinstelling is ervoor verantwoordelijk dat deze inschrijving ook doorgevoerd wordt in het Register Onderwijs Deelnemers (ROD) van Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO).
- De leerling volgt in het laatste schooljaar onderwijs in het uitstroomprofiel 'arbeidsmarktgericht' of in een leerwerktraject binnen het uitstroomprofiel 'vervolgonderwijs'. Het schooljaar loopt van 1 augustus tot en met 31 juli.
- De leerling volgt minimaal 1 dag per week binnenschools onderwijs en heeft maximaal 4 stagedagen per week.
Uw bedrijf of organisatie
- Uw bedrijf of organisatie is voor de periode waarin de praktijkbegeleiding plaatsvindt door de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) erkend als leerbedrijf.
De stage
- De stage omvat minimaal 640 klokuren aan beroepspraktijkvorming.
- De stage voldoet aan de geldende onderwijswetgeving.
- De duur van de stage gedurende de totale opleiding mag maximaal 50% van het aantal uren bedragen waarin onderwijs wordt verzorgd.
Administratie
- U heeft de praktijkbegeleiding van de leerling aangeboden op basis van een geldige en ondertekende stageovereenkomst. Deze overeenkomst is opgesteld door de onderwijsinstelling en ondertekend door:
- het erkende leerbedrijf;
- het bevoegd gezag van de onderwijsinstelling; en
- de leerling;
- als de leerling minderjarig is: ook de wettelijke vertegenwoordiger.
- In deze overeenkomst staan in elk geval:
- de leeractiviteiten die de leerling tijdens de stage moet ontplooien;
- de aanvangsdatum, de einddatum en de tijden van de leeractiviteiten;
- een regeling voor de begeleiding van de leerling bij de stagegever;
- de manier waarop de stagegever bij de beoordeling van de leeractiviteiten van de leerling wordt betrokken; en
- een regeling die de inspectie in staat stelt toezicht te houden op de leeractiviteiten die door de leerling bij de stagegever worden ontplooid.
- U beschikt over een aanwezigheidsadministratie op dag- of weekbasis voor de leerling bij de praktijkbegeleiding.
- U beschikt over een administratie waaruit blijkt dat uw erkende leerbedrijf de leerling in het kader van de praktijkbegeleiding heeft begeleid.
U moet per leerling de vereiste administratie kunnen verstrekken. Voor de aanwezigheids- en begeleidingsadministratie kunt u de formats administratie gebruiken die u vindt op de pagina Administratie en controle.
Hier vindt u ook meer informatie over de administratieve voorwaarden. Het gebruik van deze formats is niet verplicht. U mag ook gebruik maken van gegevens uit uw eigen administratie.
U kunt alleen subsidie aanvragen voor de weken waarin daadwerkelijk begeleiding bij de beroepspraktijkvorming heeft plaatsgevonden. Om voor het maximale subsidiebedrag in aanmerking te komen moet u in minimaal 40 weken begeleiding verzorgen.
Weken van volledige afwezigheid, bijvoorbeeld omdat de student ziek was of met vakantie, tellen niet mee als weken van begeleiding. Als voorbeeld: 20 weken begeleiding resulteert in een maximaal subsidiebedrag van 50% van € 2.700. De hoogte van de subsidie hangt dus af van het aantal weken waarin de leerling praktijkbegeleiding kreeg in het schooljaar. U kunt dus ook subsidie aanvragen als u minder dan 40 weken begeleiding heeft gegeven.
Voorwaarden overige onderwijscategorieën
- Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap