DEI+: Energie- en klimaatinnovaties
Wilt u uw innovatieve techniek om energie te besparen of CO2-uitstoot te verminderen demonstreren of testen binnen uw bedrijf? Op deze pagina vindt u de subsidiemogelijkheden van de regeling Demonstratie Energie- en Klimaatinnovatie (DEI+) voor verschillende maatregelen in de industrie, elektriciteitssector en gebouwde omgeving. Bijvoorbeeld voor afvang, gebruik en opslag van CO2, circulair omgaan met grondstoffen en materialen, minder energieverbruik, gebruik van hernieuwbare energie, flexibel omgaan met energie of voor lokale infrastructuur als een stroom- of warmtenetwerk.
Hoogte subsidie en aanvraagperiode
Waarvoor krijgt u subsidie?
U krijgt subsidie om een innovatieve techniek te testen in een pilotproject of te demonstreren in een demonstratieproject. U introduceert bijvoorbeeld een voor Nederland nieuwe toepassing van een apparaat, systeem of techniek die CO2-uitstoot vermindert. Uw innovatie moet helpen de CO₂-uitstoot te verminderen tegen lage kosten. Dat helpt ons bij de energietransitie (de overgang van fossiele brandstoffen naar duurzaam opgewekte energie).
Pilotproject
Wilt u een pilotproject starten waarin u innovatieve CO₂-verminderende maatregelen test? Wilt u op deze manier uw innovatieve techniek verbeteren in een situatie die lijkt op de praktijk? Vraag dan subsidie aan voor een pilotproject. Het project moet innovatief zijn. Daarom kijken we bij de beoordeling van uw pilotproject naar de internationale stand van het onderzoek en de techniek. Is het al eerder gedaan?
Demonstratieproject
Wilt u in een praktijktoepassing investeren waarmee u in uw eigen bedrijf milieuvoordeel haalt? Bent u ook eigenaar van de installatie en gaat u die ook in de praktijk gebruiken? Investeer dan in een demonstratieproject. Een demonstratieproject vergelijken we met eerdere projecten. Hebben we al eerder voor een zelfde soort installatie meer dan 2 keer subsidie gegeven uit een Topsector Energie-regeling? Dan geven we hiervoor geen subsidie meer.
Voor welke innovatie vraagt u subsidie aan?
Vraag subsidie aan voor DEI+: Energie- en klimaatinnovaties als uw innovatie past bij een van de volgende onderwerpen:
De opslag van CO2 is een tijdelijke oplossing om de energie-intensieve industrie op tijd en kosteneffectief te verduurzamen. Dat doen we op dit moment vooral door CO2 af te vangen en voor altijd op te slaan (Carbon Capture and Storage, CCS).
Waarvoor krijgt u subsidie?
Vraag subsidie aan als uw project flink lagere kosten, efficiëntie en betrouwbaarheid van producten en diensten voor CC(U)S mogelijk maken. Het kan gericht zijn op één of meer van de volgende onderdelen:
- CO2-afvang: u isoleert CO2 uit een gas of vloeistof met een variërende samenstelling. Dit is het startpunt van de koolstofketen, waarna transport, opslag of het gebruik van CO2 als grondstof volgt. CO2-afvang kan gaan over fossiele of biogene puntbronafvang, maar kan ook gaan over de afvang uit de atmosfeer. Het kan ook al een integratie zijn met een vervolgtoepassing;
- CO2-transport: u ontwikkelt technieken die het mogelijk maken om CO2 naar opslaglocaties te transporteren in de vorm van gas of vloeistof;
- CO2-opslag: u legt CO2 voor altijd vast. Bijvoorbeeld in diepe ondergrond, zoals uitgeproduceerde gasvelden. Of u bindt de CO2 chemisch waarbij een stabiele vaste stof (carbonaat) ontstaat. Het carbonaat kan vervolgens worden ingezet in de grond-, weg- en waterbouw of in de bouwsector;
- CO2-toepassing: u zet CO2 in als grondstof voor materialen, chemicaliën en brandstoffen. Daarmee ontwikkelt u een alternatief voor materialen en brandstoffen, die nu op basis van fossiele grondstoffen worden geproduceerd.
Waarvoor krijgt u geen subsidie?
Richt uw project zich op de tijdelijke of permanente opslag van CO2 op land? Of op de afvang van CO2 bij elektriciteitsproductie-installaties (met uitzondering van afvalverbrandingsinstallaties)? Dan krijgt u geen subsidie.
U kunt alleen subsidie aanvragen binnen dit thema voor projecten met meer dan € 3 miljoen subsidie. Voor projecten kleiner dan € 3 miljoen subsidie kunt u subsidie aanvragen binnen de DEI+ CE.
U heeft een innovatie die de circulaire economie verder helpt, zoals recycling en hergebruik van afval (demonstratie- en pilotprojecten) of vervanging van fossiele grondstoffen door biobased grondstoffen (alleen pilotprojecten). U gebruikt het bijvoorbeeld als grondstof voor nieuwe producten.
Waarvoor krijgt u subsidie?
Vraag subsidie aan als uw project zich richt op:
- de verbetering van de hulpbronnenefficiëntie (minder gebruik met gelijke productie) door:
- een netto vermindering van verbruikte hulpbronnen in vergelijking met een al bestaand productieproces, waarbij de hoeveelheid geproduceerde output gelijk blijft en/of
- de vervanging van primaire grondstoffen (uit natuurlijke bronnen) door secundaire (hergebruikte of teruggewonnen of gerecyclede) grondstoffen;
- het voorkomen en beperken van afvalproductie. Of op de voorbereiding voor hergebruik, ontsmetting en recycling en hergebruik van afval;
- de inzameling, sortering, ontsmetting, voorbehandeling en behandeling van andere (door u of anderen) geproduceerde producten, materialen of stoffen. En die anders niet of op een minder hulpbronnenefficiënte manier zouden worden gebruikt;
- de gescheiden inzameling en sortering van afval, als voorbereiding op hergebruik of recycling.
- het vervangen van grondstoffen van fossiele of minerale oorsprong door grondstoffen van biotische oorsprong (biobased). U krijgt alleen subsidie als het gaat om recycling en hergebruik van biomassa-afval (passend bij punt 2).
Waarvoor krijgt u geen subsidie?
- pilots en demonstratieprojecten gericht op de vervanging van primaire brandstoffen (uit natuurlijke bronnen) door secundaire (hergebruikte of teruggewonnen of gerecyclede) brandstoffen;
- demonstratieprojecten gericht op de vergassing van biomassa-afval.
Waarvoor krijgt u subsidie?
Gaat u investeren in een vermindering van het energieverbruik binnen uw eigen productieproces? Dan krijgt u mogelijk subsidie binnen dit thema.
- Bij maatregelen in een bestaand productieproces moet uw innovatie leiden tot een lager energieverbruik van het bedrijf.
- Bij uitbreiding van de productiecapaciteit moet het energieverbruik lager zijn dan een vergelijkbaar bestaand productieproces dat volgens de laatste stand van techniek gebouwd is.
- Bij een nieuw productieproces wordt het energieverbruik ook vergeleken met een bestaand productieproces dat volgens de laatste stand van techniek gebouwd is. Bij de vergelijking gaat het om het energieverbruik per eenheid geproduceerde goederen.
Waarvoor krijgt u geen subsidie?
- Projecten die woningen, wijken of gebouwen aardgasloos maken;
- Projecten voor een warmtekrachtontkoppeling of energie-efficiënte stadsverwarming en -koeling;
- Projecten die ergens anders in de productieketen energie besparen. Dit geldt niet als energie-efficiëntie. U kijkt dus naar het verbruik in uw eigen bedrijf;
- De installatie van energie-uitrusting op fossiele brandstoffen, inclusief aardgas.
Wat verstaan we onder hernieuwbare energiebronnen?
Windenergie, zonne-energie (thermische zonne-energie en fotovoltaïsche energie) en geothermische energie, omgevingsenergie (energie uit de omgevingslucht en uit oppervlakte- of rioolwater), getijdenenergie, golfslagenergie en andere energie uit de oceanen, waterkracht, en energie uit biomassa, stortgas, gas van rioolzuiveringsinstallaties, en biogas.
Waarvoor krijgt u subsidie?
Vraag subsidie aan binnen dit thema als uw innovatie gericht is op de productie, opslag en inpassing van energie uit hernieuwbare bronnen. Onder 'inpassing' vallen projecten die een positieve en vernieuwende bijdrage leveren aan:
- (landschappelijke) inpassing van grootschalig opgewekte elektriciteit uit zon of wind, waarbij u op een vernieuwende wijze rekening houdt met esthetische aspecten en cultuurhistorische landschapselementen;
- ecologische inpassing van productie-installaties voor hernieuwbare energie, waarbij u rekening houdt met milieuaspecten als ecologie, biodiversiteit, geluid, waterkwaliteit en bodemkwaliteit;
- meervoudig gebruik van ruimte, waarbij u een aantoonbare meerwaarde behaalt door de combinatie van functies in de ruimte of door het optimaal gebruik van de beschikbare ruimte.
Waarvoor krijgt u geen subsidie?
• projecten die vooral gericht zijn op verduurzaming van transport of mobiliteit, of op verduurzaming van de glastuinbouw;
• pilots en demonstratieprojecten gericht op het aardgasloos maken van woningen, wijken, woongebouwen en utiliteitsgebouwen
• pilots en demonstratieprojecten gericht op hernieuwbare waterstof of elektriciteit uit hernieuwbare waterstof
• pilots en demonstratieprojecten gericht op energie uit hoogrenderende warmtekrachtkoppeling;
• demonstratieprojecten gericht op vergassing van biomassa.
Waarvoor krijgt u subsidie?
U krijgt alleen subsidie voor pilotprojecten die ons energiesysteem flexibeler maken (geen demonstratieprojecten). Dit zijn projecten voor innovaties die helpen het energiesysteem stabiel te houden met een wisselend aanbod van hernieuwbare (duurzame) energie. Dit verzekert de leveringszekerheid van energie in 2030 en verder. En draagt indirect ook bij aan de doelstelling van minder CO2-uitstoot in 2030.
U kunt hierbij denken aan projecten die inzetten op grootschalige opslag van duurzame energie. Ook het omzetten van elektriciteit naar andere energiedragers en/of producten hoort daarbij. Of projecten die zich richten op de verbetering van de stuurbaarheid van installaties die duurzame energie opwekken.
Vraag subsidie aan binnen dit thema als uw pilotproject zich richt op:
- energieopslag en het omzetten van duurzaam opgewekte energie naar andere energiedragers en producten . Of off-grid projecten waarbij u op grote schaal direct energie omzet naar een moleculaire energiedrager, als u het energiesysteem daarmee ontlast;
- flexibele vraag (demand side response) van energie: uw innovatie stimuleert dat gebruikers hun behoefte aan energie binnen bepaalde grenzen kunnen aanpassen in de hoeveelheid of het tijdstip van het gebruik (vraagsturing). De aanpassing in het geleverde vermogen aan deze gebruikers kan proactief worden gebruikt om verwachte onbalans of congestie (overbelasting van het elektriciteitsnet) te voorkomen. Ook kan het reactief of in real-time worden ingezet om opgetreden onbalans of congestie te verminderen of op te lossen;
- flexibiliteit van het energiesysteem:
- Doordat u het energiesysteem innoveert met slimme combinaties van het bestaande energiesysteem met energieopslag;
- Conversie tussen energiedragers (elektriciteit, warmte, gas);
- Flexibele vraag is de flexibiliteit van het gehele energiesysteem in potentie te vergroten. De uitnutting van de bestaande energie-infrastructuur kan hiermee dan ook worden geoptimaliseerd.
Waarvoor krijgt u geen subsidie?
- Pilots die vooral gericht zijn op de productie of opslag van of omzetting naar waterstof;
- Pilots die gericht zijn op de stimulering van CO2-vrij regelbaar vermogen voor de opwekking van elektriciteit.
Waarvoor krijgt u subsidie?
Vraag subsidie aan binnen dit thema als uw project zich richt op een lokale infrastructuur. Dat is bijvoorbeeld een stoomnetwerk of een warmtenetwerk. Het moet gaan om een open infrastructuur. Dat wil zeggen dat het mogelijk moet zijn dat ook andere ondernemingen aansluiten op de infrastructuur.
Waarvoor krijgt u geen subsidie?
- Projecten gericht op energie-infrastructuur voor elektriciteit, gas (aardgas en biogas), CO2 en waterstof;
- Projecten gericht op infrastructuur met als doel om woningen, wijken, woongebouwen en utiliteitsgebouwen aardgasloos te maken;
- Projecten gericht op luchthaveninfrastructuur en haveninfrastructuur.
Waarvoor krijgt u subsidie?
Richt uw innovatie zich op een andere CO2-verminderende maatregel voor de industrie, de gebouwde omgeving of de elektriciteitssector? En valt deze niet onder de bovengenoemde thema's? U krijgt dan mogelijk alsnog subsidie binnen dit thema.
Bij demonstratieprojecten gaat het om milieu-investeringssteun. Milieu-investeringssteun ontvangt u als ondernemer alleen als u met eigen activiteiten in uw eigen bedrijf een milieuvoordeel behaalt. Dit moet tijdens de looptijd van uw project gebeuren. Dat wil zeggen: uiterlijk bij ingebruikname van de installatie.
Waarvoor krijgt u geen subsidie?
- Pilots of demonstratieprojecten waar bij de andere thema’s staat dat deze geen subsidie krijgen;
- Demonstratieprojecten waar bij de andere thema’s staat dat alleen pilotprojecten zijn toegestaan;
- Pilots of demonstratieprojecten gericht op investeringen in uitrusting, machines en industriële productiefaciliteiten die van fossiele brandstoffen gebruikmaken (inclusief aardgas). Pilots en demonstratieprojecten richten zich op de verbetering van het milieubeschermingsniveau van bestaande uitrusting, machines en industriële productie-installaties met uitbreidingen. Ze vallen alleen binnen dit thema als deze uitbreidingen niet leiden tot een vergroting van de productiecapaciteit of een verhoogd verbruik van fossiele brandstoffen.
Voorwaarden
Uw project moet passen binnen de voorwaarden van deze regeling. Deze regeling valt onder de subsidies voor energie-innovatie van de Topsector Energie. Daarom moet u ook voldoen aan de algemene voorwaarden van de Topsector Energie-regelingen.
- Bedrijven die zijn gevestigd in Nederland en het Caribische deel Bonaire, St. Eustasius en Saba.
- Een individuele onderneming die voor eigen rekening en risico een project uitvoert.
- Een deelnemer in een samenwerkingsverband met minimaal één onderneming.
- Provincies en gemeentes mogen meedoen in projecten, maar kunnen zelf geen subsidie ontvangen.
Uw project duurt maximaal 4 jaar.
Uw subsidieaanvraag is voor een pilot of demonstratie van een innovatie die met lage kosten de CO2-uitstoot in Nederland vermindert.
- Met CO2 bedoelen we ook CO2-equivalent.
- Met CO2-equivalent bedoelen we de hoeveelheid CH4, N₂O, HFK’s, PFK’s en SF6 die hetzelfde broeikaseffect oplevert als een massaeenheid CO2. De overeenkomstige factoren staan genoemd in de handleiding (bijlage 1).
- U berekent de CO2-vermindering met de referentieparkmethode. De CO2-emissiefactoren die we hiervoor gebruiken zijn de factoren die het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) berekent.
- Onder de doelstelling vallen ook te bouwen fabrieken met activiteiten die nieuw zijn in Nederland. Het gaat om investeringen in duurzame alternatieven die voldoen aan de minimale milieustandaarden met minder CO2 uitstoot.
- Uw project valt in één van de categorieën, niet in allebei. Dus het is een pilotproject of een demonstratieproject.
Beheer uw lopend project
Heeft u al een DEI+-project lopen? Onder de knop 'Na uw aanvraag' leest u hoe u de voortgang en wijzigingen van uw project doorgeeft. Ook leest u hoe u vaststelling aanvraagt voor uw subsidie.
Veelgestelde vragen
Past u een (voor Nederland) nieuwe of vernieuwende technologie toe? Dan is uw investeringsproject een demonstratieproject.
Het woord 'demonstratie' gebruikt men ook met andere betekenissen. Vaak is dat in de fase van onderzoek en ontwikkeling. Bijvoorbeeld: de demonstratie van het principe of van een prototype. Dat kan op ware grootte zijn. Bij een demonstratieproject blijft de installatie ook na het project in gebruik. Is dat niet het geval? Omdat u de installatie demonteert of deze stil komt te staan? Dan is dit mogelijk een pilotproject (experimentele ontwikkeling). Het is dan geen demonstratieproject.
Voor een demonstratieproject geldt:
- U krijgt hierbij alleen subsidie wanneer u als ondernemer met uw eigen activiteiten een milieuvoordeel behaalt. Dit moet u tijdens de looptijd van het project behalen. Dat wil zeggen: uiterlijk wanneer u de installatie in gebruik neemt.
- De aanvrager van de subsidie is de investeerder die eigenaar is en blijft van dat waar hij in investeert.
- De investeringen zijn technisch en economisch risicovol.
Het gaat dus nadrukkelijk om investeringsprojecten. De aanvrager investeert en is eindgebruiker in zijn eigen organisatie. Dit kan gaan om energiebesparingen of om energiegebruik uit hernieuwbare energiebronnen. De investering mag ook de CO2-uitstoot van de onderneming verminderen.
Het gaat om investeringen in materiële en eventueel immateriële bezittingen. Leaseconstructies zijn mogelijk voor zover het om financiële lease gaat. De leasenemer moet eigenaar worden van de installatie. Bij een demonstratieproject blijft de installatie ook na het project in gebruik. Is dat niet het geval? Heeft u de installatie gedemonteerd of is deze stil komen te staan? Dan is er mogelijk sprake van een pilotproject.
Wilt u als ontwikkelaar een nieuwe innovatieve techniek of product demonstreren? Of een combinatie van technieken of producten? Dan moet u een zogenoemde 'eerste toepasser' in de markt zoeken. Die toepasser is de hiervoor genoemde investeerder die moet investeren in deze techniek of dit product. De toepasser heeft het milieuvoordeel en het financieel voordeel en kan daarom subsidie aanvragen voor een demonstratieproject.
Vindt er binnen het project nog experimentele ontwikkeling plaats? Dan kan de ontwikkelaar samen met de investeerder subsidie aanvragen. Er is dus sprake van een demonstratieproject in combinatie met experimentele ontwikkeling.
Met een pilotproject beoordeelt u de risico's en impact van uw nieuwe ideeën voordat u ze compleet invoert. Een pilotproject is dan ook een beperkte, voorlopige invoering van een nieuw initiatief of project. Daarin test u de haalbaarheid, effectiviteit en praktische onderdelen van uw ontwerp, voordat u het op grotere schaal uitrolt. Een pilotproject helpt u inzicht te krijgen in de uitdagingen, valkuilen en succesfactoren, voordat u investeert in verdere opschaling van de technologie. Belangrijke kenmerken van een pilotproject zijn: beperkte omvang, tijdelijkheid, doelgerichtheid, leermogelijkheden en evaluatie aan het eind.
U moet in uw aanvraag aantonen hoe u het project gaat financieren. Het gaat dan om het deel van de projectkosten waarvoor u geen subsidie krijgt (uw eigen aandeel in de projectkosten). Dit kunt u bijvoorbeeld onderbouwen met een verklaring van uw bank of investeerder, een (recent) jaarverslag en/of een businessplan. De financiering moet dus rond zijn, eventueel onder voorbehoud van het verkrijgen van Topsector Energie-subsidie. Is dat niet het geval, dan wijzen wij uw aanvraag af. Omdat er dan onvoldoende vertrouwen is dat het project gefinancierd kan worden (Kaderbesluit nationale EZ-subsidies, artikel 23). Lees meer op Financiering subsidieproject.
Wetten en regels
Meer weten?
- Ministerie van Klimaat en Groene Groei